G.S. gaven hun fiat. De nieuwe ambtenaar werd belast met het ordenen en beschrijven van tot nog toe niet of onvoldoende geïnventariseerde archieven. De klappering der namen uit de zgn. transportregisters werd voortgezet en vorderde, terugwerkend, tot c. 1635. Aangeboden werd het archief der familie Van Foreest, sinds de 16e eeuw nauw met Alkmaar verbonden. Amersfoort. Het verslag over 1960 maakt melding van een aanzienlijke ver betering van bureauruimte en leeskamer. Door verschuivingen kwam een v.m. wethouderskamer ter beschikking van de archivaris, zodat nu eindelijk voor be langstellenden en archivaris een behoorlijk werkvertrek, met voortreffelijk daglicht daarvóór moest de hele dag bij kunstlicht worden gewerkt aanwezig is. De afstand tussen bureauvertrek en bewaarplaats is echter groter geworden. Door plaatsgebrek zijn de rechterlijke en notariële archieven en de retroacta B.S. nog niet in bewaring gegeven; hun afwezigheid noemt de archivaris 'met recht een afzichtelijke verminking van ons stedelijk archiefgoed'. Over de plannen inzake het onderbrengen van het oud-archief in het ontworpen nieuwe raadhuis is de archivaris minder goed te spreken. Zijn beschouwingen hierover kunnen ook voor anderen onzer, m.n. van kleinere archiefdiensten, nut hebben; daar ook onze ruimte beperkt is moeten wij dezulken naar het verslag verwijzen. Collega Hovy's opmerking, dat de Amersfoortse plannen 'weer eens de vraag doen rijzen of vesti ging van het gemeentearchief in het centrale gedeelte van het stadhuiscomplex wel een bevredigende oplossing biedt', zij echter ieder ter overweging aanbevolen. De beschrijving der archivalia werd geregeld voortgezet. Voltooid werd de be handeling van de bijlagen der stedelijke rekeningen, die i deel van het oud-archief zonder de charters uitmaken. Een punt van overweging vormden de talloze stukken, die betrekking hebben op de inning der gewestelijke belastingen door ontvangers en pachters van stadswege en wier plaats door de wonderlijke lotge vallen van het Amersfoortse archief niet volkomen duidelijk was. Zij zullen in de nieuwe inventaris in een afzonderlijke afdeling worden beschreven. Tengevolge van historische onderzoekingen kwam de archivaris in nader contact met het '19e-eeuwsche archief'. Dit onderdeel, dat de periode nov. 1813dec. 1913 bestrijkt, bevindt zich in een, archivistisch bezien, eigenaardige, doch hier te lande geenszins uitzonderlijke toestand. Per 1 jan. 1914 werd het decimale re gistratuurstelsel van het Ned. registratuurbureau ingevoerd. Het toenmalige ge meentebestuur droeg dit Bureau tevens op het gehele archief over de jaren 1851 1913 volgens dit stelsel te ordenen; in 1921 werd aan de zo juist gevormde Ver eniging van Ned. Gemeenten een gelijke opdracht t.a.v. het archief 18131850 verleend. Zaandam heeft hierbij Amersfoort als voorbeeld gediend. Blijkens de gemeenteverslagen ging men aldus te werk dat men de 'voornaamste' of belang rijke stukken uitzocht om aan de nieuwe dossiers te worden toegevoegd. Toen dit in 1921 zijn beslag had gekregen werd een aanvang gemaakt met het ordenen der overige stukken'; het grootste deel van deze 'minder belangrijke' stukken werd m een soort onderwerp-dossiers verzameld en ingebonden. Zij schijnen gro tendeels volgens een bepaalde, thans in onbruik geraakte en niet meer voorhanden code op de rekken te zijn geplaatst; na 1926 horen wij er niets meer over. Deze [56] 'minder belangrijke' stukken nu vormen het onderhavige 'nieuw-archief', 1813 1913; immers de 'belangrijke' bevinden zich in de dossiers op het bureau registra tuur. In feite kwam deze jarenlange archiefhervormingsarbeid neer op een plun dering van de bijlagen der series resoluties, notulen enz. en van de in de 19e eeuw gevormde dossiers; de genoemde series zelf waren reeds ingebonden en bleven uiteraard in hun oude toestand1. Het beheer van dit archiefdeel berust in naam nog steeds onder de administratie, maar de historische onderzoekingen worden in de praktijk hoofdzakelijk door de archivaris verricht; overdracht van dit archief gedeelte en dus openstelling voor het publiek acht hij daarom de beste oplossing. Geheel bevredigend kan deze echter niet zijn, daar een deel der archivalia 1813 1913 in de dosiers der registratuur berust, maar het alternatief, het gehele archief van 1813 af onder de secretarie-administratie laten, is nog minder gewenst; im mers, deze is niet ingesteld op het verrichten van historische onderzoekingen. De archivaris zal de inventaris van het oud-archief met nov. 1813 afsluiten. Historisch en archivistisch bezien is deze datum voor een gemeentearchief geheel willekeurig maar de beschrijving van het archief 18131913 zal, als gevolg van de boven vermelde omwerking een dusdanig eigensoortig probleem vormen dat de oplos sing afzonderlijk ter hand zal moeten worden genomen. Een voorlopige oplossing hoopt de archivaris, na overleg met de secretaris en de chef van het bureau re gistratuur, het volgend jaar aan het college voor te stellen. T.a.v. de talrijke 17e en 18e eeuwse pamfletten, door het toenmalige stadsbestuur om welke reden dan ook aangekocht, zal t.z.t. een afzonderlijke pamflettencollec tie aan de verzamelingen der archiefbibliotheek worden toegevoegd. De archivaris maakt n.a. hiervan de volgende opmerking van algemeen belang: De meest ge wenste plaats van bewaring van de pamfletten, die niet voor de Amersfoortse ge schiedenis van belang zijn, vormt een moeilijk vraagstuk: enerzijds zijn deze be scheiden niet toevallig op het gemeentearchief terecht gekomen, anderzijds zouden zij elders (in de centrale pamflettenverzamelingen van wetenschappelijke biblio theken, m.n. die van de Koninklijke Bibliotheek) van meer nut kunnen zijn Brabants Westhoek (Streekarchivariaat). Blijkens het verslag over 1960 kwam de beschrijving op fiches van het oud-archief van Klundert nagenoeg gereed, hopelijk kan de inventaris in 1961 voor de druk gereed worden gemaakt. In Fijnaart en Heyningen vond de beschrijving van de omvangrijke hoeveelheid losse stukken goede voortgang; nog een aanzienlijk aantal delen en stukken wacht op bewerking. Het oud-archief van Dinteloord en Prinsenland is nagenoeg geordend en voor- 1 Zoals men weet is men van gene zijde daarvan reeds lang teruggekomen. Toch kon ref. op inspectiebezoeken bij wat achtergebleven gemeentebesturen gedachten in die richting nog wel eens vernemen. 2 Collega Hovy zegt dat deze hoogstafkeurenswaardige, met de elementaire beginselen der archiefleer volkomen strijdige toestanden hier te lande geenszins uitzonderlijk is. Het zou m.i. aanbeveling verdienen dat hiernaar eens een onderzoek werd ingesteld. Daarbij zou dan tevens onder het oog kunnen worden gezien in hoever de disharmonie inzake de begrenzing van het begrip nieuw-archief, waaromtrent bij de gemeentearchieven een bijna babylonische spraakverwarring heerst, van deze regeling een gevolg zou kunnen zijn (Ref.). [57]

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1962 | | pagina 32