54 In dit overzicht schenken wij voornamelijk aandacht aan de kaarten van Nederland en onderdelen, beschreven in de inventaris Hingman van 1871, in ruim 3800 nummers. In deze collectie vindt men eerst een aantal atlassen en kaartboeken. Wij noemen een kaartboek van de voormalige abdij Leeuwenhorst in Rijnland van 1631, waarin door de kundige landmeter Jan Pieters. Dou in ongeveer 50 kaarten de bezittingen van die abdij in Delfland en Schieland zijn getekend op perkament13). Het kaartboek maakte oorspronkelijk deel uit van het archief van de abdij Leeuwenhorst, of liever van dat van de Ridderschap van Holland, die de goederen van die voormalige abdij later in beheer had. Het kaartboek is natuurlijk gemaakt om een overzicht te hebben van de lan derijen met de inkomsten en de lasten, dus voor een praktisch doel. Voor ons heeft zulk een kaartboek een andere waarde, n.l. schoonheidswaarde en als topografische documentatie. In het Rijksarchief en elders zijn nog vrij veel van zulke kaartboeken bewaard, waarin de landerijen, die tot een klooster, een gasthuis of andere instelling behoorden, in kaart zijn gebracht14). Een ander kaartboek in de inventaris Hingman beschreven is het prachtige, met de hand gekleurde kaartboek, waarin de gegraveerde kaarten van Delfland, Rijnland en Schieland, tussen 1610 en 1615 gemaakt door Floris Balthasars en zijn zoon Balthasar Florisz. van Berckenrode te vinden zijn. (zie afb. 1.) De kaart van Delfland is bovendien voorhanden in de vorm van een wandkaart15). Na die atlassen en na enige algemene kaarten van Nederland, komen enige kleinere rubrieken, n.l. kaarten van de grenzen van het Rijk, van zeeweringen, duinen en dijken16). Daarna komen de zeer uitgebreide en belangrijke afdelin gen, n.l. de kaarten van de rivieren, overlaten, kanalen en vaarten, en later de gewestelijke en polderkaarten, provincie-gewijs ingedeeld17). Het is merkwaardig, dat men bij het doorbladeren van die catalogus bemerkt, dat de massa kaarten zeer ongelijk over ons land verdeeld is. Zeer talrijk zijn de kaarten van de bovenrivieren, dus b.v. van Rijn en Waal bij Lobith en Pannerden18)Hier werden in de 18e eeuw veel rivierverbeteringen aange bracht, waaraan de Staten van Holland medewerkten, zodat de kaarten in hun archief bewaard werden. Verder zijn er bijzonder veel kaarten uit de 16de eeuw en later van de Zuid-Hollandse eilanden, vooral van het gebied van de Biesbosch. Deze kaarten danken hun ontstaan aan de talloze geschillen van de eigenaars van onder gelopen gebieden, die later weer werden ingedijkt, of waar men visrechten pretendeerde; de meeste van deze kaarten zijn afkomstig uit het archief van de rekenkamer van Holland, die de domeinen van Holland beheerde; en ook van de Nassause Domeinen. 13Hingman Atlas Q. 14) F. C. Wieder in T.A.G. 33 (1918), blz. 520-523 over getekende kaartboeken van landerijen in de 16de en 17de eeuw in Noord-Holland. 15) Hingman Atlas F en no. 2338. Zie verder S. J. Fockema Andreae. Kaart van Rijnland door Floris Balthasar 1610-1615, herdrukt van de originele platen en opnieuw uitgegeven. s-Gravenhage 1929.Dezelfde: Naar aanleiding van Floris Balthasars grote kaart van Rijnland, uitgegeven in 1615, opnieuw uitgegeven in 1929. T.A.G. 46 (1929), blz. 372-379. La. J. Ruys. De oude kaarten van het Hoogheemraadschap Delfland. Het Boek 23 (1935-1936), blz. 195-209. J. Keuning. Meting en kartering van Schieland. Zuid-Hollandse Studiën II (1952), blz. 124-138. 16Hingman, nos. 6-235. 17) Hingman, nos. 236-1282 en 1387-3127. 18) Hingman, nos. 243-375. 55 Onder de 16de en 17de-eeuwse kaarten zijn ware pronkstukken, die niet alleen voor de topografische documentatie van grote waarde zijn, maar niet minder als artistieke werkstukken van uiterst bekwame landmeters. Wij noemen een zeer fraaie op perkament getekende en gekleurde kaart van de Rotte, een kaart van Jan Potter uit het jaar 1567, met een van de oudste afbeeldingen van de stad Rotterdam19). Van dezelfde Jan Potter, die een groot aantal mooie kaarten gemaakt heeft, nog een fraai gekleurde kaart van de buitengorzen bij Vlaardingen20)Een andere kunstenaar in het vak in het midden van de zestiende eeuw was Pieter Sluyter. Van hem zijn er mooie kaarten van de hoflanden en de graaf lijkheidslanden bij Gorinchem en Schoonhoven (zie afb. 421De kaarten zijn gemaakt voor de Rekenkamer van Holland, om de grootte van de landerijen aan te geven; maar voor ons hebben die kaarten vooral waarde vanwege de kunstzinnige afbeelding van de steden Gorinchem en Schoonhoven. Een ander merkwaardig stuk is de zeer grote kaart, waarop de landerijen zijn afgebeeld, waarover de Graaflijkheid van Holland geschil had met de Heer van Half-Asperen22De landerijen zijn gedeeltelijk rood, gedeeltelijk geel gekleurd. Een uitvoerig bijschrift op de kaart leert ons, dat tussen partijen geloot werd, en de ene partij de rood, en de andere partij de geel gekleurde landen zou krijgen. Voor ons is echter van meer waarde de aardige afbeel ding uit het jaar 1549 van de stadjes Asperen, Heukelum en Leerdam, waar de wegen, straten en huizen nauwkeurig zijn weergegeven. Leerzaam is het die afbeelding te vergelijken met de in dezelfde tijd gemaakte plattegrond van die stadjes door Jacob van Deventer, gereproduceerd in de uitgave Nijhoff- Fruin (zie afb. 523Bovendien kan men op de door de provincie in 1846 uitgegeven kaart van Zuid-Holland (afb. 6) zien, dat in de tussenliggende drie eeuwen de richting van straten en wegen en de omtrek van de drie stadjes weinig veranderd is. Verder wil ik nog noemen een door de landmeter Jacob van Banchem in 1595 op perkament getekende kaart van landerijen onder Warmond, met een natuurgetrouwe afbeelding van het Huis Lokhorst of Oud-Teilingen (afb. 7)24); dan nog een kaart, men kan het wel een schilderstukje noemen, waarop het dorp Rijnsburg is afgebeeld, een gedetailleerd beeld van een Hollands dorp in de 17de eeuw, zoals men vrijwel nergens zal aantreffen2"); verder een merkwaardige kaart met afbeelding van Overschie en op de achtergrond Delfshaven en Rotterdam, die in de kamer van de Algemene Rijksarchivaris 19) Hingman, no. 1094. Een moderne copie berust in het gemeentearchief te Rotter dam. 20) Hingman, no. 1052. Over Potter zie E. Wiersum. De 16de eeuwsche landmeter Jan Potter en zijne werken. T.A.G. 28 (1911), blz. 602-627 en 51 (1934), blz. 207-215. 21) Hingman, nos. 2453 en 2436. Catalogus: Eilanden en waarden in kaart en beeld. Tentoonstelling in het Maritiem Museum „Prins Hendrik" te Rotterdam 1953-1954, (verder afgekort E.W.), nos. 119 en 104. 23Hingman, no. 2452, E.W. no. 130. 23) Nederlandsche steden in de 16de eeuw. Plattegronden van Jacob van Deventer. Facsimile-uitgave met een inleiding van R. Fruin. 's-Gravenhage 1917-1925. De oor spronkelijke „minuten" van enige steden in Zuid-Holland berusten in het Algemeen Rijksarchief. Zie Verslagen omtrent 's Rijks oude archieven deel 47 (over 1924), blz. 69. 24Hingman, no. 2318. 25) Hingman, no. 2309.

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1961 | | pagina 4