bewaarfdrGh"iSaHCh.lïVe° '"t? h"n benamin9 a' kaslelen waai zij
bewaard worden. Het is eigenlijk vreemd, dat waar het woord „huis" voor
154
meestal wel, soms ook heerlijkheden, maar het accent valt hier bepaald wel
zeer sterk op hun familie- en ambtelijke papieren.
Tot zover is het wel mogelijk een onderscheid te maken tussen huis- en
amikearchieven. Moeilijker wordt het echter als er op een kasteel ook de
administratie bewaard wordt van andere huizen, met hun toebehoren als
heerlijke rechten leenkamers enz. Als al die bezittingen gezamenlijk ge
administreerd worden en de rentmeesters er één archief van gemaakt hebben
krijgt zon archief, zelfs al zouden er geen persoonlijke stukken in voorkomen'
het karakter van het archief, aan de kasteelbewonende familie behorende'
Ik hoop hiermee duidelijk gemaakt te hebben dat het niet altijd gemakkelijk
is de juiste benaming te kiezen.
C. Persoonlijke verzamelingen.
Een andere categorie vormen de zg. persoonlijke verzamelingen, waarvan
de collecties Groen van Prinsterer en Van Hogendorp de belangrijkste voor-
kar tf" !T' A u mstrlg Van één Persoon dragen zij wel een heel ander
karakter dan de huis- en familiearchieven.
Dan zijn er nog de persoonlijke collecties, waarover Muller zich zo opwond,
annen met historische of genealogische belangstelling verzamelden vaak alle
en die zij maar in handen konden krijgen, en die voor hen en hun studie
belangrijk waren. Als zij de stukken zelf niet konden behouden, maakten zij
S cd!fen"1119611 Uit °laff1lri]ten Van' Waamaar Zi' dan in hun publicaties
of collecties verwezen. Veel is daardoor voor het nageslacht, hetzij in oriqinali
dan wel in afschrift, behouden gebleven van stukken, die anders onherroepelijk
verloren zouden zijn gegaan. Een fraai - helaas geschonden - voorbee d
wrspTeidT en dff kt(than, over 3 bewaarplaatsen
erspreid) en de gelukkig vrijwel intact gebleven collectie Van Rhemen van
Gelderse Toren. Dat bij deze collecties de gewone regelen der archivistiek
met kunnen gelden, kunnen wij ditmaal met de Handleiding eens zijn.
de HnüiiPrl' J°0r Tf nodlg' duidelijk gemaakt hebben, dat par. 3 van
dat het k1^9 d"n90nd hefiening nodig heeft, en meen te kunnen verwachten
ook zal inzien96 dnemanSchap' dat deze herziening onder handen heeft, dit
eerTt0een1tnkeïder besch°uwingen van huis- en familiearchieven
st een enkel woord over de betekenis van het woord huisarchief. Het enige
huisarchief, dat onder die naam in Nederland bekend is en dan ook met een
naamvals W Koninkliik Huisarchief. Het draagt die
in D 't 1 16 O3" Koninklijk Huis, en deze benaming vinden we vooral
onder n terUg als "Geheimes Hausarchiv" Ik mag wel ver-
noo te Ml' h U benamln9 teruggaat op de tijd, toen het Nassause archief
nog te Dillenburg berustte. Groen van Prinsterer had een eigenlijk juister
la Maison°d'Otange-Nassau''n ""h"""" bet"e'de: L" A'Ch'VeS de
kasteel voornamelijk, misschien wel bij uitstek in het oosten van Gel
derland gebruikt wordt (bijv. Huis Bergh), dit woord voor alle kasteel
archieven is aangenomen. De benamingen Huis ten Bosch en Huis te Werve
155
zijn bepaald niet van oude oorsprong. In Westfalen en het Duitse Rijnland
is het woord „Haus" zeer gewoon.
Wat zijn nu de belangrijkste bestanddelen der huisarchieven. Hierbij zijn
publiekrechtelijke en privaatrechtelijke gedeelten te onderscheiden. De bezitter
van zo'n kasteel of huis (andere benamingen komen ook voor) was vaak de
heer ener heerlijkheid, aan welke in vele gevallen een leenkamer was verbonden.
De uitoefening der heerlijke rechten (hoge, middelbare of lage jurisdictie)
bracht teboekstelling daarvan mede, dus archiefvorming. Met de opheffing der
particuliere jurisdicties zijn in de meeste gevallen de daarvan gevormde archie
ven naar de publieke archieven overgegaan, maar toch zijn er tot in recente
tijd een aantal bestanddelen daarvan in huisarchieven blijven berusten. In
sterkere mate is dit het geval geweest met de archieven der leenkamers. Als
men de lijsten beziet van de vroeger bestaande leenkamers (in archiefverslag
1920, voor Gelderland nader bewerkt in Jaarboek Centr. Bur. voor Genealogie
deel II), dan kan men constateren dat vele hunner archieven nog in particuliere
handen moeten berusten, dan wel in huisarchieven liggen die aan de Rijks
archieven in bewaring zijn gegeven.
Men moet het belang dezer leenregisters niet onderschatten. Over goederen,
die leenroerig waren, konden rechtshandelingen, met uitsluiting van andere in
stanties, alleen verricht worden ten overstaan van deze leenkamers, een toestand
die in theorie tot 1795, in de praktijk tot in het begin der 19de eeuw voort
geduurd heeft.
Eenzelfde geval, zij het van minder belang, doet zich voor met de tyns-
registers, aangezien bezitters van tynsplichtige goederen ook uitsluitend bij de
tynshoven terecht konden. Deze soort registers vormen dus een welkome aan
vulling op het materiaal, dat in de notariële en rechterlijke archieven te vin
den is.
Een klein getal leenkamerarchieven zijn bij de officiële opheffing in 1795
overgebracht naar de secretarieën der gerichten, en zo in de Rijksarchieven
terecht gekomen, maar een grote meerderheid berust nog steeds in de huis
archieven.
De meeste kasteelheren hadden groot-grondbezit, dat soms door aanerving
topografisch zeer verspreid lag. Het beheer daarvan ik zeide het straks
reeds eiste een behoorlijke administratie, immers, de financiële positie van de
kasteelheer was hier ten zeerste van afhankelijk. Dat de neerslag dezer admini
stratie van groot belang is voor de onderzoeker, hoeft hier niet te worden
toegelicht. De geschiedenis van het kasteel en zijn bewoners, van het gebied
waarover de heer zijn rechten uitoefende, dit alles kan men in dit gedeelte
der huisarchieven vinden.
Als derde bestanddeel moge hier vooral het zg. „persoonlijke" gedeelte ge
noemd worden. In de meeste huisarchieven vindt men behalve de echte familie
stukken (huwelijksvoorwaarden, testamenten en dgl.) uitvoerige pakken met
correspondentie aan de vroegere bewoners, die een nog veel te weinig bekend
beeld geven van het „huiselijk en maatschappelijk leven" van het voorgeslacht.
Van deze facetten van het leven op het platteland is vrijwel niets bekend, dit
in tegenstelling met dat van de stedelijke bevolking.
Dat deze persoonlijke stukken vaak zo goed bewaard zijn gebleven, danken
wij aan het feit, dat zo'n familie dikwijls generaties lang op een kasteel woonde,