IN MEMORIAM HENDRIK LEONARDUS DRIESSEN (1888—1960) MEDEDELINGEN VAN HET BESTUUR 102 Op 17 september 1960 overleed plotseling de heer H. L. Driessen, oud- hoof darchivist A aan het Rijksarchief in Gelderland. Hij was op 22 mei 1888 te Haarlem geboren, kwam al jong (in 1906) in dienst bij het Haarlemse Rijks archief onder leiding van de heer Gonnet, over wie hij steeds met veel eer bied sprak. In 1922 werd hij als adjunct-commies overgeplaatst naar het Algemeen Rijks archief, en in ditzelfde jaar bevorderd tot commies. In zijn Haarlemse tijd heeft hij, ten dele samen met zijn collega Van Es, verschillende in druk verschenen inventarissen vervaardigd, vermeld in ons Repertorium van 1947 Hij is slechts kort in Den Haag gebleven, reeds in 1924 werd hij in zijn rang overgeplaatst naar het Gelderse Rijksarchief, waar hij tot aan zijn pensionering met vrucht veel werk verzet heeft. Van zijn hand is onder meer verschenen „De Retroacta van den Burgerlijken Stand in Gelderland" (1933) een der meest gebruikte werken uit onze bibliotheek. Hij heeft voornamelijk zijn krachten gewijd aan het archief van het Hof van Gelderland, waarvan hij de inventaris weliswaar niet geheel heeft kunnen voltooien, maar welk archief dank zij zijn werkzaamheden voor onderzoek bruikbaar is geworden. Zijn publicaties, voornamelijk in de Bijdragen en Mededelingen der Ver eniging Gelre, werden graag gelezen. Nadat hij het oud-archief van Tiel geïnventariseerd had, heeft hij reeds tijdens zijn ambtsjaren, en ook daarna, veel bemoeienis gehad met het ge meentearchief van Wageningen, welke stad zijn volle belangstelling had. Wij zullen deze ijverige en goedgehumeurde collega, die nog geregeld op het Rijksarchief kwam, zeer missen. VAN SCHILFGAARDE 103 VERSLAG DER TACHTIGSTE ALGEMENE VERGADERING Deze, buitengewone, ledenvergadering, die werd gehouden op 6 juli 1960 te Utrecht in hotel Smits, werd bijgewoond door 45 leden. Zij wordt om 2.45 uur geopend door de voorzitter, dr. G. W. A. Panhuysen. Aan de bestuurstafel ontbreekt slechts dr. W. J. Formsma, redacteur van het Neder lands Archievenblad, die wegens ziekte is verhinderd. (Namens de vergadering werd hem een attentie toegezonden). Van een aantal leden is bericht van verhindering binnengekomen. Aan het slot van zijn openingsrede getiteld: „De archiefwet 1959 in de Eerste Kamer" -elders in dit blad opgenomen stelt de voorzitter namens het bestuur aan de vergadering voor het navolgende telegram te zenden aan Z. Ex. de Staatssecretaris mr. Y. Scholten: De Vereniging van Archivarissen in Nederland in buitengewone ver gadering bijeen te Utrecht op 6 juli 1960; heeft met grote teleurstelling kennis genomen van het feit dat de Eerste Kamer der Staten-Generaal het ontwerp-arohiefwet 1959 heeft verworpen; is van oordeel dat hierdoor een zware slag is toegebracht aan het archief wezen in Nederland en daarmee tegelijkertijd aan de rechtszekerheid van de Nederlandse staatsburgers, waarvoor zorgvuldig bewaarde, goed ge ordende en wettelijk streng beveiligde archieven van de wetgevende, besturende en rechtsprekende organen van de Overheid onontbeerlijk zijn; verzoekt Uwe Excellentie met verschuldigde eerbied, ter wille van het algemeen belang dat hierbij op het spel staat, te willen zoeken naar een modus, die het mogelijk maakt het ontwerp van de archiefwet 1959 zo spoedig mogelijk opnieuw bij de Staten-Generaal in te dienen en zodoende te bevorderen, dat deze wet alsnog binnen korte tijd tot stand komt. De vergadering wordt vervolgens voor een kwartier geschorst. Na her opening stelt de voorzitter de verzending van het ontwerp-telegram aan de orde. Mr. Aa heeft enige vragen: Is overleg gepleegd met de Staatssecretaris? Moeten niet enige wijzigingen in de wetstekst worden aangebracht? Wordt het A.N.P. op de hoogte gebracht? De voorzitter geeft te kennen dat het bestuur goede reden -heeft aan te nemen dat een verzoek als in het telegram gesteld niet ongunstig zal worden opgenomen. Spreker is van mening dat men eventuele wijzigingen in de tekst van de wet aan de prudentie van de Staatssecretaris zal moeten overlaten. Over het communiqué aan de pers zal in de loop der vergadering nog gesproken worden. Mr. Aa neemt hiermede genoegen en wil nog slechts voorstellen het jaartal 1959 in de tekst weg te laten, hetgeen de voorzitter wil overnemen. Dr. Woltring doet een voorstel in het telegram tot uiting te brengen dat ook in deze kring begrip heerst voor de gerechtvaardigde bezwaren van de Staten-Generaal. Mejuffrouw Jurriaanse valt deze spreker bij en geeft haar waardering te kennen voor een aantal zaken die in de Eerste Kamer zijn aangeroerd. De voorzitter geeft te kennen ervan overtuigd te zijn dat de Eerste Kamer de essentiële betekenis van deze wet heeft miskend. Spreker is van oordeel dat wij ons in de tekst van het telegram buiten iedere discussie

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1960 | | pagina 4