BERICHTEN
138
zoals vicarieën en liefdadige instellingen. Indien men de vermogenscomplexen
met pieuze bestemming verdeelt in „geestelijke" en „kerkelijke" goederen, dan
houdt dit in, dat de aldus als „kerkelijke" gequalificeerde goederen niet geeste
lijk zijn. Onder „geestelijke goederen verstaat men goederen, welke door de
kerkelijke autoriteit (bisschop) uit de wereldlijke rechtssfeer zijn overgebracht
naar de kerkelijke of canonieke rechtssfeer. Deze goederen zijn gemortificeerd
en vergeestelijkt. Niet alleen goederen van kapittelen, abdijen en kloosters
waren gemortificeerd en vergeestelijkt, maar ook die van pastorieën en vica
rieën. Pastorie- en vicariegoederen zijn derhalve „geestelijke" goederen, ook
indien zij behoren tot stichtingen, welke in een parochiekerk zijn gefundeerd,
ongeacht wie de goederen beheert of wie het patronaatsrecht uitoefent. Aan
gestipt zij, dat er ook buiten Friesland talloze vicarieën zijn blijven bestaan.
Het wekt enige bevreemding, wanneer wij de S. de mening horen uiten,
dat overeenkomstig het „Pertinenzprinzip de oude kerkmeestersarchivalia (in
den regel geen zelfstandige „archieven welke in de oude archieven van de
burgerlijke autoriteiten zijn gebleven, hadden moeten overgaan aan de kerk
op het tijdstip van de scheiding van kerk en staat (blz. 2); terwijl dezelfde
auteur de opeising van de doop- en trouwboeken in de jaren 1811-1812 „juri
disch nauwelijks te verdedigen acht. De opeising geschiedde toch, omdat de
Overheid diende te beschikken over retroacta voor de nieuwe burgerlijke stand.
De hier gemaakte opmerkingen willen niet afdoen aan het feit, dat wij aan
de Commissie voor de Archieven der Ned. Hervormde Kerk grote dank ver
schuldigd zijn voor deze hoogst nuttige uitgave. Moge het tweede deel spoediq
volgen!
A. JOHANNA MARIS
W ij ontvingen:
F. M. Hendriks, De grenzen van Overijssel en van de Overijsselse qemeenten van
1807 1811-1842. Deventer 1960.
H. Halbertsma, Zeven eeuwen Amersfoort.
A. C. F. Koch, Vroeg Middelnederlands ambtelijk proza, Gen'-.e keuren van vóór
1240. Fontes minores medii aevi X. Groningen 1960.
Aangezien Nederlandse teksten van vóór de tweede helft der 13e eeuw zeer schaars
zijn, is deze publikatie van belang, niet alleen voor historici, maar in het bijzonder ook
voor taalkundigen. Bij de uitgave is dan ook wat normalisatie, interpunctie enz. betreft
vooral met de wensen der taalkundigen rekening gehouden. Afgeweken wordt dus van
de regels van het Historisch Genootschap.
G. Hansotte, Inventaire des archives de 1 abbaye de Neufmoustier, Tome I, Inventaire
regestes (1125-1530). Bruxelles 1960.
J. Rouhart-Chabot, Inventaire des archives de la familie de Crassier et de ses
allies. Bruxelles 1960.
Archives de 1 etat a Mons. Archives communales inventaires. Tome I. Fascicule I.
National Archives Accessions No. 55, May 1960. Supplement to the National Ar
chives Guide.
Bevat o.a.: Paul Lewinson, The industrial records division of the national archives:
economics, welfare, and science in United States history.
V. E. Baugh, Records of the Bureau of naval personnel. Preliminary inventories
of the United States nr. 123.
M. M. Johnson e.a., Records of the United States district Court for the Eastern
district of Pennsylvania. Preliminary Inventories nr. 124.
L. Evans Walker, Records of the Public Works Administration. Preliminary inven
tories nr. 125.
Verschenen is:
W. Ph. Coolhaas, Generale Missiven van gouverneurs-generaal en raden aan Heren
139
XVII der Verenigde Oostindische Compagnie, deel I: 1610-1638. R.G.P., Gr. S. 104.
Het is het eerste deel van een tiendelige „bloemlezing" uit de Generale Missiven be
rustende in de Koloniale Afdeling van het Algemeen Rijksarchief. In verband met reeds
verschenen publikaties gaat de keuze van de bewerker vooral uit naar brieven handelend
over niet-Indonesische gebieden en anderzijds naar de niet-staatkundige, vooral de
economische geschiedenis. Voor het overige wordt noch Indonesië noch de staatkundige
geschiedenis verwaarloosd.
RIJKSARCHIEVEN
In de Staatscourant van 10 februari 1960 No. 28 is het volgende bericht
opgenomen:
„Openbaarstelling archief Ministerie van Buitenlandse Zaken 1871-1918.
De Minister van Buitenlandse Zaken maakt bekend, dat het archief van zijn
ministerie over de jaren 1871 tot en met 1918 voor wetenschappelijk onderzoek
is opengesteld. Op dezelfde voorwaarden als bij het Algemeen Rijksarchief
kunnen alle stukken betreffende dit tijdvak worden geraadpleegd, met uitzon
dering van de documenten betreffende nog in leven zijnde leden van het
Koninklijk Huis, alsmede persoonsdossiers. Voor de inzage dezer stukken zal
afzonderlijk toestemming moeten worden aangevraagd. Genoemd archiefge
deelte is gevestigd Louis Couperusplein 34, te 's-Gravenhage; men melde zich
echter in eerste instantie bij de archivaris van het Departement van Buiten
landse Zaken, Casuariestraat 16, telefoon 184000, toestel 349.
Rijksarchief in Noordholland. Benoemd tot adjunct-archivist de heer J. R.
Persman (II) te Haarlem.
GEMEENTE- EN WATERSCHAPSARCHIEVEN
Inspectie der archieven van gemeenten en waterschappen in Gelderland. Te
gelijkertijd verschenen de verslagen dezer inspectie over 1957 en 1958-1959.
Om herhaling te voorkomen vatten wij ons overzicht ervan samen. Wat voor
eerst de gemeenten betreft maakt de inspecteur met voldoening melding van
de vorming van het streekarchivariaat De Liemers, met als kernen twee gemeen
ten, die over omvangrijk oud-archief beschikken. Doesburg met Angerlo, welk
gebied oudtijds tot het richtersambt van Doesburg behoorde, en Zevenaar, dat
eertijds evenals Duiven en Wehl de zgn. Kleef se enclaves in het Gelderse
gebied vormden. Dit streekarchivariaat ging 1 jan. 1959 in. In Zevenaar werd
in juni 1959 een nieuw gemeentehuis in gebruik genomen, met een voortreffelijk
ingerichte bewaarplaats; bestanddelen van het ambtsarchief van de Lymers,
ten dele op het rijksarchief, ten dele bij de gemeente berustende, werden in
voortdurende bewaring gegeven. Besprekingen, in andere delen der provincie
gevoerd om tot dergelijke regeling te komen, hebben nog niet tot een resul
taat geleid.
In Apeldoorn werd in de archieflokalen de gevaarlijke gasverwarming door
een elektrische vervangen; een nieuwe indeling en inrichting in het souterrain
kwam tot stand en een nieuwe arohiefkluis werd ingericht in een v.m. school
gebouw, dat voor de gemeentesecretarie in gebruik zou worden genomen. In
de zoldervertrekken werd de omvangrijke verzameling gedrukte stukken ge-