80
eenvoudig zal zijn deze ontwikkeling in de bouw van de inventaris te doen
uitkomen, enerzijds omdat de structuur van het archief in de aanvang verre
van duidelijk is, anderzijds omdat latere ingrepen de aanwezige orde voor
een groot deel hebben verstoord. In Overijsel kwam de inventaris der be
stuursarchieven 1795-1810, als onderdeel van de werkzaamheden tot voorbe
reiding van de definitieve inventarisatie van het Statenarchief, gereed. - De
ordening der archieven van het provinciaal bestuur van Limburg 1862-1914
werd voortgezet; de inventarisatie van de archieven der Landen van Overmaas
is bijna voltooid. Ook de inventarisatie der domeinarchieven 1795-c. 1840
vond voortgang. De bewerking der waterstaatsarchieven in Noord-Brabant
werd voortgezet; in Groningen werd de beschrijving der kaarten en tekeningen,
behorende tot het provinciaal archief 1814-1850, voltooid.
Omtrent de rechterlijke archieven valt te vermelden dat die van Helmond,
nu deze gemeente een bevoegd archivaris bezit, daaraan in bewaring zijn
gegeven; de redhterlijke stukken uit Rijsbergen, overgedragen door de streek
archivaris van Nassau-Brabant, werden ingevoegd. In Gelderland werd de
bewerking van het hofarchief voortgezet, evenals die van de rechterlijke
archieven in Overijsel. De inventaris van het archief der hoofdmannenkamer
in Groningen werd in elkaar gezet; de talrijke losse stukken, die deel hadden
uitgemaakt van verloren dossiers of op zich zelf stonden, werden afzonderlijk
beschreven omdat de gebruiker daarmede het best gediend zou zijn. Voor de
droeve toestand, waarin zich de moderne rechterlijke archieven in Dordrecht
bleken te vinden, worde naar de Verslagen (p. 29) verwezen.
T.a.v. de andere archiefbestanddelen kan worden gemeld dat op het rijks
archief in Utrecht de bewerking van het archief van het kapittel van St-Jan
werd voortgezet en op dat in Limburg dat van het kapittel van St-Servaas.
In Noord-Holland werd voortgegaan met het indiceren der notariële proto
collen van Zaandam; een indrukwekkende oogst aan fiches is reeds binnen
gehaald. Familiearchieven waren in Gelderland, Utrecht en Overijsel aan
de orde. In eerstgenoemde provincie werd de bewerking der archieven van
het geslacht Van Limburg Stirum bijna voltooid; gereed kwamen het huis
archief Aerdt en het familiearchief Brantsen. In Utrecht werd de aanvulling
van het archief-Huydecoper beschreven, in Overijsel de bewerking van het
in bewaring ontvangen deel van het zeer belangrijke familiearchief Van Dedem,
dat vroeger deel had uitgemaakt van de v.m. havezate De Gelder, aangevat.
Mss.-verzamelingen, vrnl. afkomstig van provinciale genootschappen, werden
bewerkt in Noord-Brabant, Friesland en Overijsel. Op het rijksarchief in
Gelderland werd de inventarisatie van de archieven van Doetinchem en van
een aantal kleine archieven van heerlijkheden in het rijk van Nijmegen en het
land van Maas en Waal voltooid.
De meeste der verslagen maken onder Aanwinsten melding van de registers
der hypotheekbewaarders van vóór 1838, overgedragen ex K.B. van 21 okt.
1957 no. 18. Vermelding verdient in dit verband de opmerking van de rijks
archivaris in Noord-Holland dat de hypotheekbewaarder te Alkmaar tegen de
overname ernstige bezwaren had waaraan hij uiting gaf in een vakblad; bij
een daarna gehouden bespreking kon veel misverstand uit de weg worden
geruimd. De rijksarchivaris merkt nog op dat gebleken is dat ook overdracht
der kadastrale kaarten zeer gewenst zou zijn daar deze bijna onontbeerlijk
zijn om de identificatie van een onroerend goed mogelijk te maken. In Friesland
81
kon een deel wegens plaatsgebrek niet worden overgenomen. De rijks
archivaris in Overijsel maakt melding van de overneming van de serie domein
leggers c. 1850-c. 1950 van de directie van 's rijks belastingen voor Overijsel
en Drente; een deel ervan is aan de rijksarchieven in Drente en Gelderland
doorgezonden. Die in Utrecht nam de van de ontvangstkantoren der registratie
en domeinen afkomstige registers over, „hoewel de formele grondslag voor
die overneming eigenlijk ontbreekt". Familiearchieven werden verworven
door het A.R.A. (Van Vredenburch 1733-1805 en 1903-1948 (tot 1980 niet
toegankelijk)) en het rijksarchief in Overijsel (bovengenoemd archief Van
Dedem). De kaartverzamelingen vonden aanmerkelijke uitbreiding op
A.R.A. en de rijksarchieven in Noord-Brabant en Overijsel (schenking ge
meentearchief Rotterdam); het rijksarchief in Gelderland verkreeg een aantal
kaarten, overgedragen door het gemeentemuseum te Arnhem. Verder moeten
als belangrijkste aanwinsten nog worden genoemd het archief der hoge heer
lijkheid Valkenburg, 1615-1927, in bewaring ontvangen door het A.R.A.; het
leen- en erftijnsboek van de heerlijkheid Monnikenland (bij Loevestein) (1614-
1637), het bestaan van welke leenkamer bekend was, doch geen archief was
bewaard, geschonken aan het rijksarchief in Gelderland; stukken van de com
manderij Vught der Duitse Orde, 1423-1790, overgedragen door de Staats
archivaris te Düsseldorf aan het rijksarchief in Noord-Brabant. Het rijksarchief
in Friesland verwierf een aantal kerkelijke archieven in bewaring; dat in
Drente nam archieven van een aantal opgeheven waterschappen over.
Tenslotte nog enkele mededelingen van algemene aard. De rijksarchivaris
in Zeeland, rijksarchieven in Zieriksee inspecterend en bevindend dat de be
waring van die van de hypotheekbewaarder te wensen overliet, merkt op dat
het hem in verband met deze waarneming gewenst voorkomt dat de inspectie
taak der rijksarchivarissen zal worden uitgebreid met de bevoegdheid de
toestand en de inrichting der bestaande en nieuw te bouwen bewaarplaatsen
voor nog niet overgedragen archieven van rijksinstellingen te keuren. Het
vijfde en laatste deel van het Oorkondenboek van het Sticht Utrecht, bewerkt
door dr. F. Ketner, is ter perse gelegd.
De opgaven betreffende het bezoek zijn nu uniform; voor Overijsel zijn
echter nog alleen de bezoekers opgegeven. Het A.R.A. telde c. 1300 bezoekers
en ruim 13000 bezoekers (v.j. resp. 1200 en ruim 10000). In de provincie won
t.a.v. de bezoekers Noord-Holland de blauwe wimpel met 522; Groningen be
hield het record der bezoeken (2650). Zeeland sluit ook dit jaar de rij (resp.
144 en 417). Vermeld worde tenslotte dat de rijksarchivaris in deze provincie
de dorre enumeratie van de onderwerpen der onderzoekingen in enigerlei
willekeurige volgorde heeft vervangen door een geleding in paragrafen: bronnen,
vaderlandse en Zeeuwse geschiedenis, topografie en lokale geschiedenis, rechts
geschiedenis, kerkgeschiedenis, genealogieën en biografieën. Dit moge navolging
vinden. U.
BUITENLANDSE ARCHIVISTISCHE LITERATUUR
I
Archives (IV nr. 21, Lady Day 1959), het orgaan van de British Records
Association, brengt een artikel van Charles Newman, m.d., Medical Records;
in aansluiting daaraan een bijdrage van dr. R. A. Hunter, m.d.: Some notes
on the importance of manuscript records for psychiatric history, beide voor-