38
Dr. H. O. Meisner behandelt, aanknopend aan de mededeling van graaf
Filangieri op het 3e internationale archiefcongres te Florence, Privatarchivalien
und Privatarchive (p. 117-127). In ruimen zin verstaat men daaronder alle
archieven van niet-publiekrechtelijke aard; Fl. wil dit beperken tot „Schrift-
nachlasse und Familienarchive (archives personelles et de families)''. Archivalia
kunnen worden onderscheiden in „Registraturgut" en ..Sammelgut". Het laat
ste mist de keineigenschap van het „Archivgut ,,es ist auch Archiv-
bestand, aber kein Archivgut". Privaat archiefgoed vertoont hetzelfde beeld;
„die Bezeichnung Schriftnachlass umfasst nicht nur handschriftliche, sondern
auch maschinenschriftliche, gedruckte und sonstige Ueberlieferung von Schrift-
zeichen und sie ist eine denominatio a potiori, die stillschweigend auch Bild-
und Tongut einschliest". Opvatting, die hier te lande wel geen algemene in
stemming zal vinden, maar waarvoor wij belangstellenden verder naar het
artikel mogen verwijzen, temeer daar hier ook de controverse archief-biblio
theek ter sprake komt. Dit geldt ook voor het artikel van W. Goldinger:
Fragen der Archivterminologie in österreichischen Sicht. Ook het artikel
van Ernst Pitz, Ueber das Verzeichnen und Ordnen von historischen Karten
(p. 147-164) verdient onze belangstelling.
Dr. H. Dahm wijdde een „Nachruf" aan dr. B. Vollmer, Otto Schottenloher
aan dr. W. Winkler.
Een groot aantal boekbesprekingen en een zeer uitvoerig tijdschriften
overzicht besluiten de jaargang.
Archeion XXVIII (1958), het orgaan van het Poolse archiefwezen, brengt
wederom een aantal bijdragen, die ons door resumés in het Engels en Frans
enigermate toegankelijk zijn. H. Altman geeft verslag van de Table Ronde
te Zagreb (1957), waaraan hij deelnam. B. Kroll behandelt een bij het Poolse
archiefwezen actueel probleem, dat van het hulppersoneel. A. A. Kuzin geeft
de vertaling van een hoofdstuk uit een in 1956 verschenen Russisch boek
over de bewaring en behandeling van technische documenten in de archieven.
M. Antonow herdenkt het 25-jarig bestaan van het departementaal archief te
Kattowitz. A. Ajnerkiel en M. Wrzoskowa behandelen de Poolse landbouw
organisaties 1886-1939 en het overschot van hun documenten, bewaard in het
Archief voor moderne documenten te Warschau, M. Cyganski de documenten
betreffende het Hitlerbewind in het Staatsarchief te Lodz. De documenten te
Stettin betreffende de Poolse seizoen-emigratie naar West-Pommeren sinds
begin der 19e eeuw bespreken M. Drewniak en A. Wielopolski. In het
diocesaan archief te Lodz bevinden zich twee fragmenten van het stedeboek
van Zgierz uit de 16e en 17e eeuw, in zeer slechte staat die volledige weer
gave niet mogelijk maakt; het leesbare geeft volgens de auteur, Warezak,
zeer waardevolle gegevens van rechterlijke aard. Een verslag van de bronnen
voor de Poolse geschiedenis in het Haus-, Hof- und Staatsarchiv te Wenen
brengen J. Wolinski en Z. Wojcik. Een historische schets van de papiermolens
in Polen, tevens van belang voor de kennis der watermerken, geeft T. Pencak.
J. Teodorczyk geeft een overzicht van de bronnen voor de geschiedenis der
bewapeningsindustrie 1918-1939, bewaard in het Archief voor moderne docu
menten te Warschau. Z. Niezgoda beschrijft de organisatie en de kanselarij
der domeinen in Galicië en de overblijfselen hunner documenten in het Staats
archief te Krakau; het betreft het Oostenrijkse deel van Polen na de deling
van 1773. Buiten Polen handelen twee artikelen. P. Damjanovic geeft een
39
overzicht van de archiefdienst in het nieuwe Yoego-Slavië, d.w.z. van de
archieven van na 1918 en van de organisatie van de dienst. Een vertaling van
een artikel in het Hongaarse archieftijdschrift over de brand in de archieven te
Boedapest in nov. 1956 besluit de reeks.
Volgen Kroniek der archieven, boekbesprekingen en overzicht van buiten
landse tijdschriften (zonder resumé).
Het Journal of the Society of Archivists I nr. 7 (april 1958) brengt o.a.
een artikel „Ecclesiastical and Palatinate Archives at Priors Kitchen, Dur
ham" van James Conway Davies: een middeleeuws en later kerkelijk archief
in een tot moderne bewaarplaats ingerichte en in 1950 geopende keuken van
een priorij van de kathedraal van Durham. Schr. geeft een beknopt overzicht
van de rijke inhoud en geschiedenis van dit archief. Het opstel: The
Establishment of Administrative Unity in the County of Kent door Derek
M. M. Shorrocks, tot stand gekomen door een wet van 1814, is meer van
speciaal Engels belang.
Nr. 8 (okt. 1958) opent met een belangrijk artikel van Sir Hilary Jenkmson:
Archives and the Science and Study of Diplomatic, waarin deze de opvatting
verdedigt dat diplomatiek een onderdeel moet zijn van de institutionele ge
schiedenis, en ontvouwt of beter suggereert zijn voorstel om te komen tot een
„corpus of informationfor students anxious to study this or that variety
of local or private archives". David S. Macmillan behandelt ,,Archiva
Reform in Australia", de gevolgen van het bezoek van dr. Schellenberg aan
dat land in 1954. Daarvóór beheerste het inzicht van bibliothecarissen het
archiefwezen voorzover daarvan dan sprake mocht zijn nadien zijn in
verschillende delen der Commonwealth archiefdiensten naar ons begrip in
wording, terwijl in New South Wales een archiefwet in voorbereiding is.
„Australian historians have generally been quick to see that S. s opinion
is a sound one and his theories on archives administration have obtained
wide currency in academic circles and even the Public services of the Com
monwealth and the State governments". Een der belangrijkste vruchten is de
vorming van de Business Archives Council of Australia, die reeds meer dan
100 bedrijfsarchieven voor ondergang bewaarde. Schr. bepleit de instelling
van een archiefdiploma. „Australia is on the threshold of a period of con
structive development in the Archives field", en verder: „Given a continuation
of the present prosperity, the next 20 years should see the achievement in
Australia of archival reform, which will bring the country into line with
developments in advanced centres abroad". Het artikel van Henry S. Cobb:
Local Port Customs Accounts prior to 1550, is van groot belang voor de
studie der Engelse economische geschiedenis. Het artikel van Marie
Slocombe: Storage of Tape Recordings, brengt ons op de zijpaden der moderne
archivistiek.
JAARVERSLAGEN DER RIJKSCOMMISSIE VOOR VADERLANDSE
GESCHIEDENIS OVER 1956-1958
Van de vrijwel geheel op in binnen- en buitenlandse archieven berustend
materiaal gebaseerde uitgaven der R.G.P. verscheen wederom een verslag,
waarvan in dit blad een overzicht niet mag ontbreken. Conform de Verslagen