20 INTERROGATORIUM STUDIEDAGEN VOOR ARCHIEFAMBTENAREN 1958 CORRIGENDA JAARGANG 1957/1958 In de inhoudsopgave in te voegen vóór Kroniek: Dr. G. W. A. Panhuysen, Table ronde des archives 1958 177 A. van Giessel, Handleiding en registratuur, met Antwoord van dr. W. J. van Hoboken 179 M. Dreese, Organisch geheel, met Antwoord van dr. W. J. van Hoboken 183 Dr. A. Johanna Maris, De graaf van Holland en het ontstaan van het maarschalkambt van den lande van Utrecht 186 Ds. A. Mulder, Archieven van de Doopsgezinde Broederschap 187 Op blz. 197 wordt medegedeeld, dat de „eigen archieven" van de raadkamers en hoven, welke op last van Karei de Stoute in de jaren 1473/77 in werking zijn geweest in Gelre en Zutphen, „verloren zijn gegaan". Dit is niet geheel juist; enige exploitenrekeningen zijn bewaard gebleven. LEDEN VAN DE FAMILIE ADAMS IN NEDERLAND De „Massachusetts Historical Society" heeft een uitgave ondernomen van de geschriften van de familie Adams, die gedurende vier generaties leiders op leverde op politiek en intellectueel gebied in de Verenigde Staten. Deze uitgave zal meer dan 50 delen omvatten, lopend over 1755-1889. Twee leden van deze familie hebben verbindingen met Nederland gehad. John Adams (1735-1826), later de tweede president van de Verenigde Staten, was de eerste minister bij de Staten-Generaal, 1781-1788. Van 1780 tot 1783 verbleef hij te Amsterdam of Den Haag, en ook later bracht hij bezoeken aan ons land. Nadat hij van de Nederlandse regering erkenning had weten te ver krijgen van de Amerikaanse onafhankelijkheid, sloot hij leningen bij Amster damse bankiers en tekende hij het eerste Nederlands-Amerikaanse verdrag (1782). Gedurende zijn zending en ook later, correspondeerde hij met Neder landse autoriteiten en vrienden. Zijn zoon John Quincy Adams (1767-1848), later de zesde president, ver gezelde zijn vader in 1780 naar ons land, waar hij in Leiden studeerde. Minister resident in Den Haag was hij van 1794-1797. De bewerker van de Adams Papers", dr. L. H. Butterfield, zou gaarne inlichtingen ontvangen over de aanwezigheid in openbare instellingen of elders, van documenten die betrekking hebben op de Adamsen. Het is zijn bedoeling in 1959 de voornaamste archieven te bezoeken, maar voorafgaande inlichtingen zouden waardevol voor hem zijn, in 't bijzonder betreffende verscholen mate riaal. Zijn adres is: Massachusetts Historical Society, 1154 Boylston Street. Boston 15, Massachusetts, U.S.A. 21 INLEIDING Voor de derde maal zijn door de Algemene Rijksarchivaris en de Vereniging van Archivarissen in Nederland studiedagen voor archiefambtenaren georgani seerd. Zij werden gehouden op 9 en 10 juli in Pulchri Studio te 's-Gravenhage en bijgewoond door ruim 60 archivarissen, die alle takken van het archiefwezen vertegenwoordigden. Het hoofdonderwerp van de studiedagen was het gebruik van archieven voor de historische wetenschap. Bij de opening van de studie dagen, bijgewoond door mr. F. P. Th. Rohling, chef van de afdeling Oudheid kunde en Natuurbescherming van het Ministerie van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen, kon de Algemene Rijksarchivaris terecht constateren, dat de grote belangstelling bewijst, hoezeer het instituut van de jaarlijkse studiedagen voorziet in een werkelijke behoefte aan verdieping van onze vakkennis. De morgenbijeenkomst van 9 juli was gewijd aan een levendige voordracht van prof. dr. Et. Sabbe, algemeen rijksarchivaris van België, over Belgische bronnen voor de Nederlandse Geschiedenis1). Na de aandacht te hebben ge vestigd op de van oudsher bestaande vriendschappelijke relaties tussen de Belgische en Nederlandse archivarissen, gaf spreker een inzicht in de historische banden tussen Nederland en België en demonstreerde welke bronnen als gevolg van die banden voor de Nederlandse geschiedenis in Belgische archieven te vinden zijn. Dat de archieven van in België gevestigde bestuursinstellingen van gewesten, waarvan thans gedeelten tot Nederland behoren, veel omtrent Nederlandse zaken bevatten, spreekt vanzelf (Raad en Rekenkamer van Bra bant, Vlaamse besturen) en werd door spreker met treffende voorbeelden geïllustreerd. Hetzelfde geldt voor de centrale administraties uit de Bourgon- disch-Oostenrijkse periode (Grote Raad, Audience, Raad van Beroerten). Ook economische banden (land indijkende kloosters, Antwerpse koopmans huizen) en kerkelijke relaties (bv. Jezuïtencolleges) hebben veel sporen in Belgische archieven achtergelaten; de Belgische gemeente-archieven bevatten talrijke gegevens voor een reconstructie van Nederlandse militaire acties tijdens de oorlogen tegen Lodewijk XIV. Het archief van de eerste Spaanse gezant te 's-Gravenhage na 1648 is een waar spionage-archief. Over de periode 1815-1830 geven niet alleen de Nederlandse archieven veel over Belgische zaken, maar bevatten ook Belgische archieven veel, dat voor een Nederlands onderzoeker van belang kan zijn. Spr. besloot zijn voordracht, die veel rijker aan geest en zakelijke inhoud was dan een samenvatting kan weergeven, met de verzekering, dat hij zou doorgaan met jacht te maken op stukken, die volgens de ruilovereenkomst van 1953 in Nederlandse archiefdepots thuis behoren. Na een dankwoord van mr. Hardenberg beantwoordde prof. Sabbe een vraag van mej, dr. Nu^ns over charters van St. Servaas te Brussel, waaruit bleek dat spreker stukken, gebruikt als bewijs in een geschil, terug wenst te laten keren tot het archief, waaruit ze tijdelijk zijn gelicht. Een vraag van de heer Ten Cate ontlokte aan spreker een boeiende uiteenzetting over de avon turen van sommige kloosterarchieven. Mej. dr. Van Eeghen ontving nadere inlichtingen omtrent een door spreker genoemd archief van een 18de eeuwse i) Een schriftelijke samenvatting van de voordracht van prof. Sabbe is niet ontvangen.

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1958 | | pagina 14