ARCHIEVENBLAD
NEDERLANDS
1956-1957
Nr. 4
ORGAAN VAN DE VERENIGING VAN
ARCHIVARISSEN IN NEDERLAND
MEDEDELINGEN VAN HET BESTUUR
VERSLAG DER DRIE EN ZEVENTIGSTE ALGEMENE VERGADERING
120
wordt gemaakt van indicering, klappering e.a. werkzaamheden, dienende om
het gebruik der verzamelingen te vergemakkelijken. Tal van onderzoekingen
werden ingesteld ten behoeve van het gemeentebestuur en van particulieren.
Vlaardingen. De voornaamste werkzaamheden waren blijkens het verslag
over 1955 de inventarisatie van het archief der rederij Yzermans 6 Co. (zie
hiervóór p. 34) en van dat der families Yzermans en Van Linden van den
Heuvell, het maken van regesten der transport- en hypotheekakten en van
diverse indices.
Vlissingen. Tot archivaris (vac.-mr. De Bruine) is m.i.v. 1 april 1957 be
noemd de heer J. den Hoed (II), adjunct-commies bij het archief der gemeente
Dordrecht. De raad besloot de inventaris van het oud-archief (tot 1915),
bewerkt door mr. De Bruine, te doen stencillen.
BUITENLANDSE ARCHIEVEN
België. Dr. J. Bolsée is wegens het bereiken van de leeftijdsgrens afge
treden als conservator aan het Algemeen Rijksarchief, waar hij aan het hoofd
stond van de zegel-verzameling; evenzo de Z.E. Heer P. Lefèvre als hoofd
der le afdeling. Dr. P. Gorissen, adjunct-conservator, heeft een betrekking
in Kongo aanvaard. Tot conservator, hoofd der 5e afd., is benoemd madelle
E. Lejour. Aan het rijksarchief te Gent is benoemd tot adjunct-conservator
dr. C. Wijffels, thans archivaris-paleograaf.
Hongarije. Tengevolge van de gebeurtenissen in okt. en nov. 1956 zijn
9000 m archief in het Staatsarchief door brand verloren gegaan; andere fond
sen zijn door het water zwaar beschadigd, terwijl leeszaal en werkkamers voor
maanden onbruikbaar zijn geworden. Aldus een mededeling van de staats
archivaris dr. Borsa in het mededelingenblad nr. 2 van de Conseil international
des archives.
Zuid.-Afrika. Dr. A. Wypkema, sinds 1952 verbonden aan de Zuidafri-
kaanse archieven, is benoemd tot eerste Zuidafrikaanse permanente archivaris
in het buitenland, met standplaats Den Haag". Zijn opdracht is het maken van
een mikrofilm van alle stukken, van belang voor de Zuidafrikaanse geschie
denis 16e-18e eeuw. (Persbericht).
PERSONALIA
Op 50 jar. leeftijd overleed 27 mei 1.1. de heer Loeff, sinds kort archivaris
van het Streekarchivariaat Brabants Westhoek.
Onze voorzitter, dr. G. IV. A. Panhuysen, is benoemd tot officier in de
orde van Oranje-Nassau.
Dr. M. G. de Boer, de bekende historicus, die 1892-1893 te Goes, waar hij
leraar was, gemeente-archivaris is geweest, werd 18 maart 1.1. 90 jaar.
EXAMENS
Bij de in april 1.1. gehouden archiefexamens zijn voor het diploma eerste
klasse geslaagd de heren mr. W. Downer, mr. J. H. van den Hoek Ostende,
J. L. van der Gouw, hist, docts., en P. Oprsal, hist, docts.
Afgesloten 31 mei 1957.
GOEDGEKEURD Bij KON. BESLUIT VAN 29 SEPT. 1891
(LAATSTELIjK GEWIjZIGD Bij KON. BESLUIT VAN 11 APRIL 1949, Nr. 27)
De abonnementsprijs van
het Nederlands Archie
venblad bedraagt per
jaargang f 10-50, voor
het Buitenland f 12.
Deze jaargang loopt
van september 1956 tot
september 1957
Bijdragen voor dit Tijd
schrift te zenden aan
Dr W. S. UNGER, Rijks
archief in Zeeland,
Middelburg
De voorjaarsvergadering der Vereniging, die blijkens de presentielijst werd
bijgewoond door 65 leden, werd gehouden te Rotterdam op 24 april 1957.
Van 8 leden was bericht van verhindering ontvangen.
De voorzitter, dr. G. W. A. Panhuysen, opent om 11 uur de vergadering
en verwelkomt de aanwezigen. Ir. zijn openingswoord wijst hij op de moge
lijkheid tot het volgen van een stage technique international d'archives te
Parijs in januari 1958. Vervolgens geeft hij het woord aan drs. A. van der
Poest Clement voor zijn lezing over de functie, in het bijzonder de weten
schappelijke functie, van de archivaris in de samenleving (zie hierna p. 125).
De veelzijdigheid van deze functie, waarop de inleider breedvoerig wijst,
komt mede tot uitdrukking in de daarop volgende discussie. Gewezen wordt
op de bredere taak van de archivaris bij historisch onderzoek op sociaal-
economisch, taalkundig e.a. gebied. De stelling van de inleider aangaande de
wenselijkheid tot het aanstellen van archivistisch geschoolde krachten door
de overheid voor zuiver historisch-wetenschappelijk onderzoek wordt alge
meen gedeeld maar voor ons land in de praktijk als niet te verwezenlijken
gezien. Evenwel wordt gewezen op de rijkssubsidiëring voor de uitgaven van
oorkondenboeken en de R.G.P. Gesproken wordt ook over de suggestie van
de inleider bekendheid te geven aan het archivariaat door middel van de
radio. Inleider heeft een dergelijk plan in voorbereiding en voor verdere uit
werking zou de instelling van een commissie aan te bevelen zijn. Aandacht
wordt eveneens gevraagd voor de taak van de archivaris in engere zin op
technisch gebied (inventariseren, verstrekken van inlichtingen, waarbij het
orgaan, waarvan de dienst uitgaat, voorrang dient te hebbe". Gewezen