INQUIRENDUM
KRONIEK
152
Een gediplomeerd archiefambtenaar I of II in onder
geschikte positie behoort een salaris te genieten, niet lager dan dat van zulk
een ambtenaar in vergelijkbare positie bij de rijksarchiefdienst.
Vergelijkbare posities:
archiefambtenaar I: adjunct-chartermeester met mogelijkheid van op
klimming tot hoofdchartermeester;
archiefambtenaar II: adjunct-archivist met mogelijkheid van opklimming
tot hoofdarchivist A.
N.B. Het bovenstaande kan op archiefambtenaren I slechts van toepassing wor
den geacht, voorzover het betrokken gemeentebestuur aan het vervullen van de
functie door een archiefambtenaar I de voorkeur geeft.
Ten einde de principiële gelijkwaardigheid met de rangen en functies bij
de rijksarchiefdienst duidelijk te doen uitkomen, verdient het aanbeveling de
bij het Rijk gebruikelijke titulatuur (archivaris, chartermeester, archivist) ook
bij de gemeentearchieven toe te passen. In gemeenten, waar bovendien de
rang van adjunct-archivaris bestaat, behoort deze vanzelfsprekend te worden
gehandhaafd.
Ter vergelijking volgen hier de salarisschalen voor de ambtenaren bij de
rijksarchieven, geldende sedert 1 juli 1955 (in guldens per maand), waarbij
in aanmerking worde genomen dat deze sindsdien zijn verhoogd.
schaal
(salarisgrenzen)
Adjunct-archivist
43
f
226
f
419
Adjunct-archivist A
57
f
338
f
473
Archivist
71
f
392
f
527
Archivist A
89
f
473
f
608
Hoofdarchivist
103
f
554
f
689
Hoofdarchivist A
121
f
662
f
776
Adjunct-chartermeester
73
f
446
f
527
Chartermeester
112
f
527
f
747
Chartermeester le klasse
128
f
718
f
863
Hoofdchartermeester
145
f
834
f
1008
Rijksarchivaris
147
f
863
f
1037
Algemeen Rijksarchivaris
151
f
1080.50
f
1225.50
Onder auspiciën van het ministerie van Onderwijs van Frankrijk (sectie:
Centre National de la Recherche Scientifique) werkt een groep filosofen en
historici aan een nieuwe uitgave van de volledige werken van Malebranche.
Ondergetekende richt hierbij het verzoek aan alle Nederlandse archivarissen,
die documenten onder hun beheer hebben welke voor deze uitgave van belang
kunnen zijn, dit aan hem te willen mededelen.
Dr. J. TANS,
Ev. Meysterlaan 75, Utrecht
153
BUITENLANDSE ARCHIVIST1SCHE LITERATUUR
IV
Het Journal of the Society of Archivists, ons Engelse zustertijdschrift,
vol. I nr. 3 (april 1956) brengt een artikel van Sir Hilary Jenkinson: The
Future of Archives in England. De grondwaarheden van ons werk, de nood
zaak documenten te bewaren voor hun raadpleging ,,recordari still means,
as it meant in the twelfth century, to remember" zullen onaangetast blijven,
maar de voortschrijdende techniek zal onze opvolgers voor tal van nieuwe
problemen stellen. Onafwendbaar is ook de groei van het overwicht van
moderne boven oude archieven, met al zijn consequenties. In dit verband
bespreekt J. de wel geuite oplossing beide archieven te scheiden; hij acht dat
onwenselijk en niet wel doenlijk. De noodzaak van herziening van onze op
leiding is ook onafwendbaar; er zijn reeds tekenen die er op wijzen dat er
behoefte is aan archivisten met kennis van chemie, vergelijkbaar met de onze
van Latijn en geschiedenis. Vermeld worden verder: Records Management
in the Central African Archives, van de hand van E. E. Burke (betreft re
cente bestuursarchieven in Rhodesia), en: The Recording of Mediaeval (and
some later) Seals, door F. W. Steer, in aansluiting aan Sir Hilary's boekje
A Guide to seals in the Public Record Office van 1954. Julian C. K. Corn
wall behandelt „The Archives of the Treasurers of Buckinghamshire
before 1889".
Afl. 4 (okt. 1956) bevat een bijdrage van G. H. Martin, The Records of
the Borough of Ipswich to 1422, en van R. C. Jarvis, The Records of the
Deserted Village, n.a.v. een boek over The Lost Villages of England; er
zijn in Engeland 1500 dergelijke gemeenschappen, waarvan ten dele archivalia
zijn bewaard. Op modern terrein liggen de artikelen van L .C. Johnson,
Historical Records of the British Transport Commission, en van A. D. Ridge,
The County of London's Rest Centre Service, 19391945, and its Archives.
Miss I. Darlington publiceert „The Lamination of Paper Documents. An
Interim Report on methods available in the United Kingdom", biedend „British
alternatives to the Barrow Process".
In Archives II nr. 16 (Michaelmas 1956) breekt Foster W. Bond, vice-
president der Postal History Society, een lans voor de bewaring van oude
brieven, in het bijzonder in het belang van de geschiedenis der posterijen
In de reeks der local archives van Groot-Britannië wordt het archief van de
County of London, gevormd in 1889, behandeld door miss Ida Darhngton.
Een kort verslag van het derde internationale archiefcongres oppert de wen
selijkheid in de toekomst meer gelegenheid te openen tot onderling overleg,
is de geest van de Stage technique. Uit het tijdschriftenoverzicht vernemen
wij de verschijning van het eerste nummer (mei 1956) van het halfjaarlijkse
Bulletin van de Business Archives Council of Australia.1)
Elders vonden wij nog melding gemaakt van: Archives and Manuscripts. The
Journal of the Archives Section of the Library Association of Australia.