28
KRONIEK
Wanneer aan de archivaris op grond van de voorgaande overweging de
inspectie der lopende archieven ener bestuursinstelling is opgedragen, kan
hij dus namens het bestuur daarvan toezien of de lopende archieven inder
daad in goede en geordende staat worden bewaard; hij kan erop toezien dat
de archiefbescheiden, welke hun actuele waarde voor de administratie ver
loren hebben, inderdaad tijdig naar de archiefbewaarplaats worden overge
dragen; hij kan van advies dienen bij het samenstellen van lijsten van archief
bescheiden, welke voor vernietiging in aanmerking komen; hij kan tenslotte
de beheerders der lopende archieven bij hun arbeid van advies dienen op
grond van de ervaringen, welke hij als beheerder der oudere overgedragen
archieven heeft opgedaan.
8. Op grond van de voorafgaande beschouwingen menen wij tot de volgende
conclusies te moeten komen:
I. De vraag, welk stelsel voor de ordening van het lopend (dynamisch)
archief van een bepaalde bestuursinstelling het meest geëigend en doelmatig
is om een goede administratie en snelle afdoening der lopende zaken mogelijk
te maken, behoort te worden beantwoord door degenen, die door het bestuur
der instelling met het beheer van dit lopend archief zijn belast en die de
administratie voeren; zij zijn voor de keuze van een stelsel ten volle verant
woordelijk te achten en moeten tevens geacht worden op grond van hun
ervaringen daartoe het meest bevoegd te zijn.
II. Bij de keuze van een stelsel van ordening voor het lopend archief
ener bepaalde bestuursinstelling behoort echter tevens het advies gevraagd
te worden van de archivaris, die het naar een archiefbewaarplaats overge
bracht oud-archief dezer instelling beheert en het tegenwoordig lopend archief
dezer instelling later onder zijn beheer zal krijgen; met dit advies dient ernstig
rekening te worden gehouden.
III. Het is gewenst dat de archivaris, die het overgedragen oud-archief
ener bestuursinstelling beheert, namens het bestuur dier instelling toezicht
houdt op de toestand van het lopend archief dezer bestuursinstelling, zolang
dit nog onder de administratie berust.
G, PANHUYSEN
Corrigenda. In de laatste afl. van de vorige jaargang zijn enige betreurens
waardige misvattingen ingeslopen, Op p. 131, laatste r. v.o., leze men i.p.v.
rijksarchief: rijkstarief; de voorlaatste regel van p. 136 worde na candidaten
gelezen: voor het diploma B II 22 candidaten, waarvan 14 werkzaam bij ge
meenten, 8 bij ministeries. Voor correctie op p. 133 sub B r. 4. zie hierna p. 38.
In de Inhoudsopgave worde in r, 5 v.o. mr. A. P. van Schilfgaarde vervangen
door: mr. A. Haga.
Verzoek van de redacteur. Nu t.a.v. de spelling de laatste en definitieve
beslissing gevallen is, verzoekt de redacteur, ten einde overbodige correctie der
mss. te voorkomen, de medewerkers dringend hiermede rekening te willen
houden. Uiteraard zal de voorkeur" der auteurs worden geëerbiedigd.
29
AMERIKAANSE ARCHIEFUITGAVEN VAN DE LAATSTE TIJD
Weer zijn, sedert ruim anderhalf jaar geleden1) verslag werd gedaan over
Amerikaanse archiefuitgaven, vele dergelijke geschriften aan de redactie toe
gezonden.
Belangwekkend als steeds is weer het Annual report on the National Archives
and records service. Het beslaat het fiscale jaar van 1 Juli 1952 tot 30 Juni 1953.
De General Services Administration had negen Federal Record Centres en
twee Depositories in beheer, die samen niet minder dan 1.881.000 kubieke
voeten archieven bevatten. Hoewel verreweg het grootste deel van de meeste
archieven die worden overgebracht naar de bewaarplaatsen, wordt vernietigd
of door micro-foto's vervangen blijft de aanwas toch groot. Alle staatsarchie
ven samen worden geschat op 25.2 miljoen k.v. In het licht van deze enorme
getallen is het begrijpelijk, dat vooralsnog de vernietiging meer op de
voorgrond staat dan de wetenschappelijke beschrijving. Toch vordert de voor
lopige inventarisatie aanzienlijk. Slechts 8 van de archieven in de bewaar
plaatsen was nog geheel onbewerkt.
Het verslag deelt mede, dat de administratie over het algemeen 29 van
haar archieven wil bewaren, wat echter nog zeven gebouwen, zo groot als dat
van de National Archives te Washington, zou vragen. Dat is zelfs voor
Amerika te erg; dus zal op den duur nog meer vernietigd moeten worden.
Wat in het bijzonder de National Archives betreft, daar komt doorgaans de
voortgezette vernietiging ongeveer overeen met de aangroei. Dit centrale depot
bevat thans 788.ICO k.v. Er werden 100.700 inlichtingen verschaft, waarvoor
372.900 stukken werden gebruikt.
Verschillende tamelijk oude archieven, enkele teruggaande tot de 18e eeuw,
werden ontvangen. De permanent tentoongestelde Declaration of Independence
werd dagelijks door zeer velen bezocht, eens zelfs op één dag door 3400 per
sonen. Talrijke goedbezochte exposities werden in de tentoonstellingszaal ge
houden en aan vele buiten het gebouw werd meegewerkt.
Er zijn thans 4600 rollen foto-copieën van archivalia, terwijl 550.000 bladen
benevens 800 plattegronden werden gelamineerd.
De leeszaal van de Franklin D. Roosevelt Library kreeg 328 bezoekers, weer
veel minder dan het vorige jaar; het bijbehorende museum echter 210.000.
Van de Preliminary Inventories verschenen van 1953 tot 1955 zeventien
deeltjes. De beschreven, doorgaans zeer recente, archieven gaan niet verder
terug dan tot 1826. De inventarissen, als men deze lijsten zo noemen mag, zijn
zeer ongelijk van omvang, n.l, tussen de 188 en 6 bladzijden. Van de Special
Lists zag nr. 13 het licht, een lijst van de Carthographic records of the bureau
of Indian Affairs. Hier vindt men vele 19e-eeuwse kaarten vermeld. Verder
verscheen van de National Archives Accessions, de aanwinstenlijsten, in Juni
1954 nr. 51. Het begint met een interessant artikel van Carl L. Lokke over
The Continental Congress Papers, Their History 1789 1952, zulks n.a.v. het
feit, dat zoals bekend in 1952 het grootste deel dezer papieren van de Library
of Congress naar de National Archives werd overgebracht. Daarna volgen de
1) Zie Ned. Archievenblad 1953/54. bl. 8081.