NAGEKOMEN BESTUURSBERICHT 136 Bij K.B. van 23 Nov. 1953 is toegekend de aan de Orde van Oranje-Nasau verbonden ere-medaiile in brons aan P. W. Zegerman, archivaris bij de N.V. Amsterdamse Chininefabriek aldaar. EXAMENS Aan prof. dr D. Th. Enklaar is op zijn verzoek ontslag verleend als lid van de commissie voor de archief examens. In zijn plaats is m.i.v. 1 Aug. 1954 benoemd prof. dr J. F. Niermeyer. Voor het examen van wetenschappelijk archief ambtenaar der le klasse is geslaagd de neer H. Hoekstra .theol. cand. Voor dat der 2e klasse zijn ge slaagd de heren L. J. Abelmann, F. A. Brekelmans, jur. docts, tijd. archivaris der gemeente Zevenbergen e.a., J. F. Driessen en H. J. H. Knoester. Voor de examens archiefverzorging, uitgaande van de Studiekring Over heidsdocumentatie, slaagden voor het diploma A 84 candidaten, werkzaam bij de meest uiteenlopende overheidsdiensten (o.w. van 8 ministeries), voor het diploma B (voor hen, die reeds het diploma gemeente-administratie I of het diploma gemeente-financiën bezitten) 20 candidaten, allen werkzaam op gemeente-secretarieën of -diensten. VARIA Eigenaardige opvattingen betreffende archivalia. Wij wisten dat het her- komstbeginsel bij het Engelse archiefwezen niet gold als hier te lande, maar wat daarvan het gevolg kan zijn ziet men uit een recent bericht in de N. R. C. De directie van het Britse oorlogsmuseum zou grote prijs stellen op de ver werving van het document van de Duitse overgave in Mei 1945, dat zich in het bezit bevindt van veldmaarschalk Lord Montgomery. Deze weigerde er afstand van te doen; de directeur van het museum deelde aan de pers mede dat z.i. het document in het museum behoort. Ons wil het voorkomen dat beide standpunten onjuist zijn. Het Engelse staatsarchief lijkt hiervoor de aangewezen bewaarplaats. AFDELING VAN RIJKSARCHIEF AMBTEN AREN Op de in de vergadering van 19 Sept. 1953 vastgestelde statuten der af deling is de gevraagde goedkeuring verleend. De ministers van Justitie en van Sociale Zaken en Volksgezondheid verklaarden bij schrijven resp. van 22 Jan. en 1 Febr. 1954 dat zij een voortzetting is van een op 10 Mei 1940 bestaande erkende vereniging. Art. 4 luidt als volgt; De vereniging is opge richt 23 April 1921. Te rekenen van 2 Februari 1946 af is de duur van de vereniging nader vastgesteld voor een tijdvak van 29 jaren en 11 maanden derhalve eindigende 1 Jan. 1976. Bij het verstrijken van genoemd tijdvak wordt de vereniging opnieuw aangegaan voor de tijd van 7 jaren, derhalve eindigende 1 Jan. 1983. Afgesloten 15 Augustus 1954.

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1954 | | pagina 23