12
13
stel uitvoerig toegelicht. Het blijft in deze diligent en hoopt over een en
ander het volgend verenigingsjaar naldere mededelingen te kunnen doen.
De overtuiging, dat het terwille van een gezonde democratie een dringende
vereiste is, dat in het Georganiseerd Overleg naast de drie op politieke basis
rustende zuilenorganisaties ook de neutrale representatieve ambtenalrenorgani-
saties vertegenwoordigd dienen te zijn, had als gevolg dat het afdelingsbe
stuur bij de Centrale van Hogere Rijksambtenaren aandrong te bevoegder
plaatse te ijveren, dat het Ambtenarencentrum niet uit het Georganiseerd
Overleg zal worden geweerd. Welke waarborgen toch zijn er, dat onze Cen
trale niet het volgende slachtoffer zal zijn?
Ten slotte geeft de voorzitter uiting aan zijn ontstemming in verband met
de verder doorgevoerde nivellering door het toekennen van de 5 toeslag
tot een maximum van f 180.
Na het verslag van de voorzitter wordt gediscussieerd over de vraag, tot
welke instantie de afdeling zich zal wenden om haar groot misnoegen over
de onredelijkheid van de beperking van de 5 toeslag tot een maximum van
f 180 kenbaar te maken. Besloten wordt dit aan het bestuur over te laten
(De beperking is inmiddels teruggenomen (Red.)). Vervolgens wordt de re
kening en verantwoording van de penningmeester goedgekeurd.
Aangezien mr Groesbeek aan de beurt van aftreden en niet herkiesbaar is,
wordt in diens plaats dr Panhuysen benoemd. Aan mr Groesbeek wordt dank
gebracht voor hetgeen hij als bestuurslid heeft verricht. Terwille van de
continuïteit blijft mr Groesbeek als vertegenwoordiger in de Verenigingsraad
aangewezen.
Bij de rondvraag komt nog ter sprake of het wenselijk moet worden geacht
stappen te doen tot het verkrijgen van vergoeding voor het bezoeken van de
vergaderingen der Vereniging. Na een korte discussie wordt besloten in deze
geen pogingen te ondernemen.
Om kwart voor twaalf sluit de voorzitter de vergadering.
AFDELING VAN GEMEENTE- EN WATERSCHAPSARCHIEF-AMBTENAREN.
Verslag van de negenentwintigste afdelingsvergadering op 23 September
1950 in het stadhuis te Breda.
Wanneer dr W. Moll de vergadering opent, zijn 20 leden aanwezig, welk
getal later tot 23 aangroeit. De voorzitter doet mededeling van een agenda
wijziging en brengt daarna zijn jaarverslag uit. Met een terugblik op het ver
leden bepleit hij het bestaansrecht en de noodzakelijkheid der afdeling alsmede
het grote nut van de aansluiting bij de Centrale van Hogere Gemeente
ambtenaren. Herdacht worden de overledenen: mej. R. Visscher, van 1900
1933 archivaris der gemeente Leeuwarden, en mej. Aafje Maarleveld, van
1920—1941 assistente aan het archief van Vlaardingen. Drie leden verlieten
tijdens het verslagjaar de archiefdienst, nl. mr A. Ie Cosquino de Bussy, die
op 1 Januari 1950 aftrad als archivaris van Amsterdam, de heer W. N
Arntzenius, die eveneens op 1 Januari werd gepensionneerd, terwijl op 1 April
de heer L. ten Cate Hoedemaker ook het Haagse gemeentearchief vaarwel zei.
Zes nieuwe leden traden tot de afdeling toe, met name de heren D. P. Ooster
baan, archivaris van Delft, W. D. de Bruine, archivaris van Vlissingen, G.
't Hart en F. Ch. L. Raadsveld -die de beide Haagse vacatures aanvulden
P. M. J. Wuisman, assistent te Breda, en W. Dolk, adjunct-commies te
Leeuwarden. Aan drie jubilarissen konden gelukwensen worden aangeboden:
dr E. Wiersum, archivaris van Schieland, die 80 jaar werd, dr H. P. Coster,
archivaris van Groningen, en de heer H. J. M. Ebeling, archivaris van 's-Her-
togenbosch, welke beiden hun 40-jarig ambtsjubileum vierden. Ook een der
archiefdiensten zelf jubileerde: het gemeente-archief van Maastricht nl. be
stond een eeuw als zelfstandige instelling. Na nog enige bevorderingen en
benoemingen te hebben gememoreerd, besluit de voorzitter zijn rede met de
volgende mededelingen: Het bestuur richtte een request aan B. en W. van
Delft met verzoek te bevorderen, dat aan archiefambtenaren de mogelijkheid
wordt geschonken tot een hoger rang dan commies op te klimmen. In Heerlen
is de archiefverordening zo gewijzigd, dat de archivaris toezicht moet houden
op de archieven van diensten en bedrijven. Te Gouda is f 10.000 aangevraagd
om archivalia door microfilm te reproduceren. Het gemeentebestuur van
Doesburg tenslotte heeft besloten de inventaris van het zeer belangrijke stads
archief te laten drukken.
Naar aanleiding van dit verslag maakt mr Beyerman nog de opmerking,
dat in Delft vroeger ook een mej. Yperlaan is werkzaam geweest. Een dank
schrijven van dr H. P. Coster wordt hierna voor kennisgeving aangenomen.
De vergadering stelt geen prijs op voorlezing van de notulen der vorige jaar
vergadering, welke intussen in het Archievenblad zijn gepubliceerd.
De penningmeester, de heer S. Hart, geeft dan zijn financieel verslag. ,,Het
gehele nominale contributiebedrag werd afgedragen aan de Centrale, zijnde
55 maal f 3.50, of f 192.50, terwijl de onkosten f 23.90 bedroegen. De uit
gaven beliepen dus f 216.40, terwijl aan inkomsten slechts f 178 binnenkwam.
Er is dus een nadelig saldo van f 38.40, waardoor het saldo van het vorig
jaar, ten bedrage van f 145.85, tot f 107.45 is ingekrompen. Volgens gewoonte
recht kan nog gerekend worden op een bijdrage van f 25 van de Vereniging,
welke evenwel nog niet is ontvangen. De afdeling heeft nu een eigen giro
rekening onder no. 506487 ten name van de penningmeester
Een inmiddels ingestelde kascommissie controleert de administratie van de
penningmeester en bevindt deze in orde, waarna decharge wordt verleend.
Door de heer C. D. Goudappel wordt hierna rapport uitgebracht omtrent
zijn vertegenwoordiging in de Centrale van Hogere Gemeente-ambtenaren.
Kort samengevat: ,,De contributie heeft men voor 1.951 moeten verhogen tot
f 4.50 per jaar. T.a.v. leden, die zich in de loop van een kalenderjaar aan
melden, is de volgende regeling getroffen: vóór 1 Juli toetredend de volle
contributie; tussen 1 Juli en 1 October de halve, na 1 October geen contributie.
Het aantal aangeslotenen bij de Centrale bedroeg op 31 December 1949
990. Het Ambtenarencentrum telde ruim 22.000 leden".
Nadait dr Moll nog eens het belang van de aansluiting bij de Centrale heeft
bepleit, berust de vergadering in de contributieverhoging tot f 4.50. De heer
Hart verbindt hieraan de troostvolle opmerking, dat de bijdrage der gemeente
archivarissen voor hun „vakorganisatie" de lalagste is, die er bestaat!