78
79
KRONIEK.
samengevoegd. De archieven gingen dus automatisch eveneens over. Kort ge
leden wenste ik te X. toegevoegde bescheiden der voormalige gemeente Y. te
raadplegen. Tijdens deze raadpleging bleek mij dat keurig ingepakte bundels
papieren ernstig aangetast waren door insecten. Indertijd, misschien 10 of 25
jaar geleden, had Y. alles keurig netjes ingepakt en bij de samenvoeging gingen
de bescheiden ongecontroleerd op insecten, schimmels etc. „besmet" en wel
de bewaarplaats te X. in. Ik laat nu in het midden of deze al of niet insecten-
vrij was, doch vraag op deze plaats: Is dat te verantwoorden? Waarom niet
eerst cyanering toegepast? Om de kosten? Die behoeven niet hoog te zijn. Aan
beveling verdient het echter cyanering door een overheidsbedrijf te laten ver
richten. De overheidsbedrijven zijn hierop gespecialiseerd, hebben deskundige
leiding en deskundig personeel. In de grote plaatsen doet men het beste zich
daaromtrent te laten voorlichten door de leiding van de plaatselijke ontsmet-
tmgsdienst. De overheidsdiensten zijn niet ingesteld met het doel winst te
behalen, geven veelal de gevraagde adviezen gratis en werken met grote nauw
keurigheid. Zij zullen ongetwijfeld, indien daartoe het verzoek gedaan wordt,
een bewijs willen afgeven waarin omschreven wordt welke behandeling de
bewaarplaats of de stukken hebben ondergaan
Vooruitlopende op de wijzigingen, die de Archiefwet en de bijbehorende
uitvoeringsbesluiten vermoedelijk binnen niet al te lange tijd zullen onder
gaan, zal het aanbeveling verdienen reeds nu te besluiten geen archieven of
gedeelten van archieven op te nemen welke niet gedekt zijn door een certificaat
dat hen onbesmet" resp. gecyaneerd verklaart. Kan een zodanig certificaat
met bij deponering worden overgelegd, dan zou de archiefbeheerder eventueel
zelf tot cyanering kunnen overgaan opdat zijn depot voor „besmettinq" gevrij
waard zal blijven2). j R BRAKKE
2) Tot toelichting diene:
Insecticiden zijn insectendodende stoffen.
Desinsectie een woord dat blijkbaar door Karaffa Korbutt het eerst gebezigd
is en vernietiging van insecten aanduidt door middel van soeciale middelen
®nermg 18 Sasslng door middel van het uiterst giftige HCN. Wordt vnl 'toege
past ter verdelging van ongedierte op schepen, in pakhuizen e.d. Wie hieromtrent
meer wil weten leze: Ontratting en desinsectie. door dr ir M. F. de Bruyne.
DE VERSLAGEN OVER 1948.
De Verslagen omtrent 's Rijks oude archieven over 1948 bevatten weer
een aantal mededelingen van algemeen belang over en voor het archiefwezen,
waarvan wij ouder gewoonte hier gaarne verslag geven.
Uit de mededeling over het verhandelde in de bijeenkomsten der rijks
archivarissen lichten wij vooreerst, dat daar „voorstellen tot eventuele wij
ziging van de Archiefwet 1918 en de daarmede samenhangende uitvoerings
besluiten" werden behandeld. Aan de hand daarvan deed de Algemeen Rijks
archivaris den minister voorstellen toekomen „welke beogen de bepalingen der
Archiefwet en der Koninklijke besluiten meer in overeenstemming te brengen
met de eisen, welke na een practijk van thans dertig jaren gesteld kunnen
worden".
T.a.v. de ordening en eventuele vernietiging van het archief van het Militair
Gezag is een regeling getroffen, waarbij aan den Algemeen Rijksarchivaris de
supervisie is opgedragen.
Aan prof. Meyers, belast met de herziening van het B.W., werd verzocht
„te willen overwegen art. 22 zodanig te wijzigen of aan te vullen, dat daarin
wordt opgenomen de bepaling, dat de dubbelen der registers van de Burger
lijke Stand met de bijlagen jaarlijks moeten worden overgebracht naar de Rijks
archiefdepöts". Dit zal het ruimtegebrek nijpender maken, maar anderzijds laat
de toestand dier registers bij verschillende rechtbanken zoveel te wensen over,
dat alle maatregelen, welke het onbruikbaar worden dezer registers kunnen
tegengaan, overwogen dienen te worden.
Voorgesteld werd overbrenging van de archieven der opgeheven Tiend
commissies naar de rijksarchiefdepöts. In verband met de a.s. vervanging van
het verouderde K.B. van 4 September 1823, regelende de post- en archief
zaken, werd voorgesteld een bepaling op te nemen, waarbij aan de rijksarchief
dienst het toezicht op de materiële verzorging van de archieven der rijksdien
sten, welke vaak te wensen overlaat, wordt opgedragen.
Het mocht den Algemeen Rijksarchivaris gelukken de Britse bezettings
autoriteiten in Duitsland te bewegen toestemming tot afgifte te verlenen van
een aantal archiefstukken, die deel uitmaakten van de verzamelingen van de
Hoge Raad van Adel en die door de Duitsers naar Düsseldorf waren gevoerd
op grond van de overweging, dat zij vroeger hadden behoord tot archieven
in het Rijnland. Na terugkeer adviseerde de Algemeen Rijksarchivaris den
Raad enige archivalia, welke volgens het herkomstbeginsel beter in enkele
rijksarchiefdepöts op hun plaats zouden zijn, af te staan. Hierdoor werden
enkele rijksarchieven met waardevolle archiefstukken verrijkt. Zo verwierf
het Rijksarchief in Gelderland een aantal stukken uit het hertogelijk archief,
daaruit vermoedelijk in den tijd van Van Spaen gelicht, vrnl. cartularia uit
den tijd van hertog Karei, resolutieboek van Stadhouder en Raden 1486—1490,
en een groot aantal brieven. Dat in Overijsel verkreeg o.a. het zgn. chronicon
Albergense 15001525, een cartularium van dat klooster 1333-—1396 en een
van het klooster Sibculo, 1412—1584, met nog ongepubliceerde oorkonden.