10
meer uitmaakt van ons corps en hopen, dat hij in zijn nieuwe functie de be
langstelling voor onze archieven niet zal verliezen.
Aan het Rijksarchief in Limburg werd mejuffrouw Nuyens als commies
chartermeester in vaste dienst aangesteld, evenals dr Camps aan dat in Zee
land, aan de derde afdeling van het Algemeen Rijksarchief de heer J. Fox
tot commies-chartermeester benoemd en de heer F, H. C. Weytens als archi
vist, de laatste ter vervanging van de heer C. Postma, die naar de tweede
afdeling werd overgeplaatst. Als gemeente-archivaris van Deventer en biblio
thecaris van de Athenaeum-Bibliotheek aldaar werd de heer A. C. F. Koch,
als gemeente-archivaris van Venlo de heer W, Hendriks, als die van Vlissin-
gen de heer W, D. de Bruine aangesteld, als tijdelijk gemeente-archivaris van
Hoorn de heer T. R. Mulder en als tijdelijk adjunct-commies in het gemeente
archief te Rotterdam ds H. Hoekstra, Als assistent 2de klasse aan het
Gemeente-archief te Delft werd de heer P. J. G. Verburgt benoemd.
Een zeldzaam jubileum vierde de heer M. D. Lammerts, die als pensioen
gerechtigd ambtenaar de tweede afdeling van het Algemeen Rijksarchief ver
liet, maar terzelfder plaatse in andere functie wederkeerde. Hij was n.l. on
afgebroken gedurende vijftig jaren in s Rijks dienst. Een welverdiende ko
ninklijke onderscheiding werd zijn deel. Hij werd n.l. benoemd tot ridder in
de Orde van Oranje-Nassau. Een gelijke eer viel te beurt aan de heer J. M.
van de Venne, hoofdcommies aan het Rijksarchief in Limburg, terwijl de
gemeente-archivaris van Amsterdam, mr A. Ie Cosquino de Bussy tot offi
cier in die orde werd benoemd. Aan deze allen onze hartelijke gelukwensen!
Tot slot onze verenigingszaken. Heugelijk is het feit, dat bij K. B. van
12 April 1949 no. 27 de gewijzigde statuten zijn goedgekeurd en verlenging
tot 16 Juni 1978 is verkregen. Met nadruk verzoek ik onze jongere leden in
het begin van 1978 er aan te denken tijdig maatregelen te nemen voor ver
lenging tot het jaar 2008.
Zeker even heugelijk is het, dat sinds September 1948 niet minder dan 21
nieuwe leden toetraden; met de tijdelijke archivaris van Hoorn en de 4 be-
drijfsarchivisten, die in deze vergadering zijn toegelaten, brengen zij ons leden
tal tot over de 150.
Dank zij dr Unger, onze bekwame en voortvarende redacteur, en, moet
ik er bij zeggen, dank zij de verschuiving van de datum van onze bijeen
komst van vandaag, is het aloude ideaal, dat de jaargang van het Archieven
blad vóór de jaarvergadering voltooid was, weer bereikt. Wij mogen er met
voldoening op wijzen, dat de vier jaargangen van ons Archievenblad, die
sinds de oorlog het licht zagen, wat omvang en inhoud betreft, zeker de ver
gelijking kunnen doorstaan met wat in het buitenland verscheen. Ondertussen
herleven ook elders de archieftijdschriften en verschijnen zelfs nieuwe perio
dieken. Zo ontvingen wij onlangs een Pools archieftijdschrift gelukkig met
een Frans résumé van de inhoud aan het slot! en verscheen in Engeland
een nieuw tijdschrift, „Archives'" geheten.
Het is welhaast traditie geworden, dat naast de jaarvergadering een voor
jaarsvergadering wordt gehouden. Onze jaarvergadering hielden wij in Rotter
dam, waar wij met onze Belgische gasten het nieuwe archiefgebouw mochten
11
bewonderen. Onze voorjaarsvergadering in Den Haag bracht ons twee inte
ressante voordrachten, nl. van de heer Noordenbos over: De ordening van
de Gemeente-archieven volgens het stelsel van de Vereniging van Neder
landse Gemeenten en van dr Panhuysen over: Het respect en de zorg van
de archivaris en van de overheid, óók voor nieuwe archieven. De heer Noor
denbos stelde in het licht hoe, dank zij het vrijwel algemeen aanvaarde re
gistratuurstelsel de moderne gemeente-archieven t.z.t., ontdaan van onnodige
ballast, aan de gemeente-archivarissen kunnen worden overgedragen.
In dit verband zien wij met grote belangstelling het rapport van de com
missie Mey tegemoet, welke commissie o.a. tot taak had te adviseren over
de wenselijkheid en mogelijkheid van een centraal registratuurplan op de
basis der decimale indeling voor de departementen, de Hoge Colleges van
Staat en de Rijksdiensten. Het rapport, dat blijkbaar nu zelf „om advies"
rondreist, is nog steeds niet gepubliceerd. Wij hopen, dat ook hier een weg
zal worden gevonden om de archieven zo te ordenen, dat zij na vernietiging
van de overtollige bestanddelen zonder veel moeite raadpleegbaar zijn te maken.
De voordracht van dr Panhuysen, die zoals U zich herinnert, bij alle
aanwezigen zeer insloeg, was aanleiding om een commissie onder leiding van
de inleider te benoemen, die de niet lichte taak op zich nam, voorstellen
te doen over wijziging en aanvulling van de archiefwetgeving. Hiermede
neemt onze Vereniging een oude traditie weer op. Immers wij weten allen,
dat de Archiefwet van 1918 niet in de departementen, maar wel in onze ver
eniging is uitgebroed en dat, wat door onze Vereniging was voorbereid, in de
jaren toen prof. Fruin Algemeen Rijksarchivaris was wet is geworden. Zij
kan geen mooier taak op zich nemen dan nu wederom vorm te geven aan
wat door ons archivarissen gewenst wordt in het belang van het Nederlandse
archiefwezen. Ongetwijfeld zullen de autoriteiten onze pogingen op prijs stel
len en naar vermogen medewerken om onder een vernieuwde archiefwetgeving
een nieuwe bloeiperiode van het Nederlandse archiefwezen in te luiden.
AFDELING VAN RIJKSARCHIEF-AMBTENAREN
Verslag van de eenendertigste afdelingsvergadering op 29 October 1949
te Amsterdam.
Onder aanwezigheid van 19 van de 32 leden opent de voorzitter, mr H.
Hardenberg, te ca. 11.15' de vergadering en brengt verslag uit over het afge
lopen verenigingsjaar. Op verzoek van de vergadering zal dit verslag ter
plaatsing in het Ned. Archievenblad aangeboden worden. Naar aanleiding
van het jaarverslag worden geen vragen gesteld, zodat vervolgens wordt
overgegaan tot het ongewijzigd vaststellen van de reeds in het Archievenblad
gepubliceerde korte notulen (verslag) van de vorige vergadering. De uitge
brachte rekening en verantwoording van de secretaris-penningmeester wordt
onveranderd goedgekeurd. Een voorstel van de Centrale voor Hogere Rijks
ambtenaren tot het voor éénmaal heffen van een extra-omslag van f 0.50 per
lid ten behoeve van een budget-onderzoek onder de hogere rijksambtenaren
verwerft gezien het belang van het beschikken over concrete cijfers in de
strijd tegen de verarming van de hogere rijksambtenaar de goedkeuring der