28
bedrijven of instellingen, waartoe zij behoren; en dat B. en W.. indien zij
een wetenschappelijk gevormde archivaris met het beheer van de gemeente
lijke archiefbewaarplaats hebben belast, door bemiddeling van deze archivaris
toezicht uitoefenen op het beheer door de hoofden der gemeentelijke diensten,
bedrijven en instellingen der onder deze ressorterende archieven Ten onrechte
immers heeft Fruin, Archiefwet 1918 I p. 47, gemeend, dat aan B. en W„
evenals aan Gedeputeerde Staten, de vrijheid diende te worden gelaten hoe,
met welke middelen zij de hun opgedragen zorg voor de gemeentearchieven
wensten uit te oefenen. Tengevolge van deze „vrijheid" is er van deze zorg,
voor wat betreft de archieven der gemeentelijke diensten, bedrijven en in
stellingen, in vele gevallen zo goed als niets terecht gekomen.
Ik inspecteer in Limburg nu reeds 15 jaar lang naast de archieven der
secretarieën ook de archieven van deze talrijke gemeentelijke diensten, be-
rijven en instellingen, in al de gemeenten, waar zij van énig belang zijn.
eze ervaring heeft mij geleerd, in de eerste plaats, dat deze inspectie zeer
dringend noodzakelijk is; in de tweede plaats, dat degene, die namens de Pro
vincie inspecteert, bij deze inspectie de hulp van de gemeente-archivaris in
de toekomst niet zal kunnen ontberen, zeker niet. wanneer hij bovendien nog
beLst_ zal worden met de inspectie van de archieven der rijksinstellingen,
-diensten en -bedrijven in zijn gewest. Ik stel daarom voor dat nu reeds,
zonder op de wijziging van onze Archiefwet te wachten, de besturen der
grotere gemeenten, waar dat nog niet gebeurd mocht zijn, aan de hoofden
van alle gemeentelijke instellingen, bedrijven en diensten uitdrukkelijk
opdragen:
lo. Goede zorg te dragen voor de archieven van de instelling, het bedrijf
of de dienst onder hen ressorterende, voorzover deze archieven niet
naar de (centrale) gemeentelijke archiefbewaarplaats zijn overgebracht.
2o. die gedeelten van de onder hun beheer staande archieven, welke voor
de lopende dienst van hun instelling, bedrijf of dienst niet meer veel-
vuldig geraadpleegd behoeven te worden, zodra mogelijk in overleg met
en met instemming van de archivaris der gemeente naar de centrale ge-
meentelijke srchicfbcwaarplaats over tc brengen;
3o. geen stukken uit de onder hun beheer staande archieven te vernietigen
zonder voorafgaand overleg met en zonder goedkeuring van de archiva
ris der gemeente.
Verder stel ik voor, dat het eerste artikel van de instructie van de Gemeente
archivaris, zoals Fruin die in zijn „Archiefwet 1918", Tweede stuk, p. 101.
gegeven heeft en zoals zij wel veelvuldig door onze Nederlandse gemeente
besturen zal zijn nagevolgd, wordt aangevuld. Dit eerste artikel zegt, dat
de archivaris is belast met het beheer der in de gemeentelijke archiefbewaar
plaats overgebrachte archieven en verzamelingen. Het ware naar mijn mening
aan te vullen met drie nieuwe bepalingen, luidende:
lo. „Lid 2. Hij (de archivaris der gemeente) houdt tevens toezicht op de
uitoefening van de zorg voor de archieven der gemeentelijke instellingen
bedrijven en diensten, welke aan de hoofden dier instellingen, bedrijven
en diensten is opgedragen; hij zal daartoe minstens eenmaal per jaar
29
de genoemde archieven bezoeken en jaarlijks aan het College van Bur
gemeesters en Wethouders verslag uitbrengen over de toestand, waarin
hij deze archieven heeft aangetroffen.
2o. „Lid 3. Hij bevordert, dat die gedeelten van de archieven der gemeente
lijke instellingen, bedrijven en diensten, welke voor de lopende dienst
dier instellingen, bedrijven en diensten niet meer veelvuldig geraadpleegd
behoeven te worden, zo spoedig mogelijk naar de centrale gemeentelijke
archiefbewaarplaats worden overgebracht".
3o. „Lid 4. Hij adviseert de hoofden van de gemeentelijke instellingen, be
drijven en diensten betreffende de vernietiging van stukken uit de ar
chieven, welke onder hun beheer staan".
Een zeer belangrijk onderdeel van de zorg voor de moderne archieven be
staat vanzelfsprekend in hun ordening en. inventarisatie. Het is mijn vaste
overtuiging en ook deze is gebaseerd op een 15 jaar lange ervaring bij de
inspectie en de inventarisatie der gemeente-archieven, dat de inventarisatie
ook van deze moderne archieven, voor zover zij dateren van voor de in
voering van het Decimale Registratuurstelsel in de desbetreffende dienst,
moet worden opgedragen aan archivarissen, die minstens, wat wij noemen,
wetenschappelijke archiefambtenaren der tweede klasse zijn. Want voor de
juiste, verantwoorde ordening en inventarisatie dezer moderne archieven is
beslist evenveel historische zin en minstens evenveel archief-economisch inzicht
nodig, als bij de ordening en inventarisatie van menig archief uit de 16e,
17e of 18e eeuw; ik meen zelfs, dat de inventarisatie van vele schepenbanks
archieven, van notariële protocollen, van oude kerkelijke doop-, huwelijks-
en overlijdensregisters enz., heel wat minder problemen van archief-economi
sche aard oplevert dan de inventarisatie van het moderne archief ener ge
meente. Het administratieve personeel op de secretarieën der gemeenten is.
voor deze taak niet berekend en het heeft er geen tijd voor, overstelpt als het
wordt door zuiver administratieve werkzaamheden. Zelfs het volgen van een
cursus voor gemeentelijke archiefverzorging maakt hen voor deze taak niet
geschikt, omdat daar hun vorming op dit punt beperkt blijft tot „enige kennis
van de verzorging der oude archieven van na 1813". Nogmaals: voor degene,
die deze moderne archieven dier rijks-, provinciale- en gemeentelijke instellin
gen, diensten en bedrijven zelfstandig op de juiste wijze wil kunnen inventari
seren, is m.i. onontbeerlijk de normale bestaande vorming tot wetenschappelijk
archiefambtenaar der tweede klasse, na een stage van niet een half, maar
van minstens een heel jaar, doorgebracht aan een onzer grotere archiefbe
waarplaatsen onder leiding van een wetenschappelijk gevormde archivaris;
als voorstudie acht ik voor hen eindexamen Gymnasium of H.B.S. noodzake
lijk. Ik zie hier een zeer belangrijk en zeer uitgestrekt arbeidsveld, juist voor
onze op deze wijze gevormde, wetenschappelijke archiefambtenaren der
tweede klasse.
Immers, naast de moderne archieven der instellingen, diensten en bedrijven
van het Rijk, van de Provinciën en van de Gemeenten zijn er nog zovele an
dere moderne archieven, welke voor de geschiedenis van ons vaderland uiterst
belangrijk zijn. Ik bedoel de archieven van de moderne groot-industrieën, van