110
belemmerd. Het sibbe-onderzoek legde op bijna de gehele tijd der ambtenaren
beslag, waardoor ander werk, voorzover nog mogelijk, moest blijven rusten.
Van de strijd in Sept. 1944 tot na de bevrijding in April 1945 heeft de dienst
geheel stilgestaan.
De relatie, die al vóór de oorlog bestond met dr Vollmer, staatsarchivaris
te Düsseldorf, waar het Kleefse en Gulikse archief wordt bewaard, dat voor
Gelderland bijzondere betekenis heeft, werd, zii het uiteraard op andere voet,
voortgezet nu deze als „Leiter des Archivamts in den Niederlanden" was op
getreden: door diens oprechte belangstelling voor het Gelderse rijksarchief en
zijn juiste inzichten op het gebied van archiefbeheer konden de besprekingen
over ruil van archiefstukken met het Düsseldorfse depót met vrucht worden
voortgezet. Verkregen werd het archief van hertogin Mechteld van Gelre;
aan het Staatsarchief te Düsseldorf overgedragen werden een viertal delen
betreffende het graafschap Meurs. Een eis van het Staatsarchief te Marburg
om uitlevering van het tot het Culemborgse archief behorende archief van den
veldmaarschalk Georg Friedrich von Waldeck heeft dr V. tot zwijgen ge
bracht, doch hij vermocht omgekeerd niet een aantal bescheiden uit het Wal-
deckse archief te Marburg voor ons te verwerven. De door hem met enige
ophef aangekondigde overdracht van de Gelderse charters te München is
niet doorgegaan tengevolge van omstandigheden, die sterker bleken te zijn
dan zijn invloed.0) Tegen het verzoek alle hertogelijke rekeningen voor het
Staatsarchief te laten fotograferen, wat alleen op het Algemeen Rijksarchief
kon geschieden, heeft de rijksarchivaris zich aanvankelijk verzet, doch tenslotte
is hij gezwicht voor het argument, dat bij het heersende oorlogsgevaar het
rijksarchief wel eens kon profiteren van het bestaan dier foto's.
GEMEENTE- EN WATERSCHAPSARCHIEVEN
Ook de gemeente- en vooral de waterschapsarchieven zijn in deze zo rijke
lijk door het oorlogsgeweld bezochte provincie niet onberoerd gebleven. In
diverse gemeenten werden maatregelen genomen: in Ede werd het archief in
1940 geborgen in de kelder onder een kruidenierswinkel, waar het echter veel
van vocht heeft geleden, doch overigens geen schade beliep; in Nijmegen was
boven de gewelven der 15e eeuwse kapel, waarin het archief is ondergebracht,
een betonnen vloer aangebracht; bij het bombardement van 22 Febr. 1944
leed het gebouw alleen ruitenschade, waardoor overigens gevaar voor vocht
ontstond, maar oud- noch nieuw-archief leden enig verlies; in Zutfen werden,
overigens eerst in het eind van 1943, nadat de huidige functionaris was opge
treden, de oudste en belangrijkste bestanddelen van het stadsarchief, de van
het Rijk in bewaring gehouden archieven der weeskamer en geestelijke stichtin
gen, naar een bankkluis overgebracht, terwijl in Sept. 1944 nog een aantal
stukken en kaarten in de Librye der St. Walburgskerk, die meer brandvrij
geacht mocht worden dan de archiefbewaarplaats, werden geborgen. Maar
daar het brandgevaarlijke stadhuis ongedeerd is gebleven, beliep het archief
geen schade. Het oud-archief van Arnhem berustte op het rijksarchief, doch
bleef ongedeerd; dat van Doesburg was er tijdelijk ondergebracht ter bewer
king en bleef intact, evenals de fiches van inventaris en regestenlijst, die op
Zie ook hiervóór p. 104.
111
de fatale dag bij toeval eveneens in het gespaarde depót waren geborgen. Ook
het oud-archief van Doetinchem was daar en bleef gespaard; het nieuw-archief
daarentegen ging ter plaatse verloren. Te loor gingen verder vrijwel alle
nieuwere archieven der gemeenten Ammersooien, Gent, Nederhemert, Op-
hemert en Penkumzwaar beschadigd of gedeeltelijk verloren gingen de, meest
nieuwere, archieven van de gemeenten Arnhem (1860—1916), Dodewaard,
Est en Opijnen, Groesbeek, Hedel, Hemmen, Huissen (oud-archief waarschijn
lijk gespaard), Resteren, Millingen (correspondentie) en Pannerden. Merkwaar
dig is dat het archief der gemeente Echteld, bewaard in de kluis ten gemeente
huize van Ochten, gespaard bleef, hoewel dit dorp overigens geheel werd
verwoest. Geringe schade berichtten de gemeenten Bergharen en Heteren, en
verder Waardenburg en Zoelen, waar de bezetting met een gedeelte van het
archief de kachels heeft gestookt.
Zwaar getroffen zijn de polderarchieven in de Betuwe. Bij enkele dorps
polders zijn met het gehele archief ook de van de v.m. geërfden in de kerspe
len afkomstige archivalia verloren gegaan, met name in de Over-Betuwe, nl.
bij 12 dorpspolders, d.i. de helft van het totaal. Dit zijn de volgende, telkenmale
met vermelding van het oudste archiefstuk: Angeren, Doornenburg, Driel,
(dijkcedul, 1781- 1816), Etden (resolutiën, 1754), Eist (dorpsboeken van
verschillende buurschappen onder Eist, o.a. Eist en Reet, beide c. 1770), Gent,
Hemmen, Homoet, Oosterhout (zetting dorpslasten, 1780), Honderdmorgen
van Pannerden, Slijk-Ewijk (zetting dorpslasten, 1791), Valburg (dorpsboeken
1684). Beschadigd is het archief van de dorpspolder Loenen en Wolferen. In
het polderdistrict Nederbetuwe waren de archieven der dorpspolders alle naar
de kluis in het districtshuis overgebracht. De nog onder den secretaris berus
tende nieuwste archivalia zijn verloren gegaan bij de dorpspolders Aalst, Ingen,
Lienden, Meerten, Ochten en Zandwijk. Beschadigd zijn zij bij de dorpspolders
Heusden, Hien en Dodewaard, IJzendoorn en de Marsch, Lede en Oude-
waard. In de Tielerwaard is verloren het archief van de dorpspolder Zenne-
wijnen (uitzetting dorpslasten, 1792) en beschadigd dat van Wadenooien
(geërfdenarchief, 18de eeuw). In de Bommelerwaard boven de Meidijk is het
archief van de dorpspolder Hedel (resolutiën, 1767, verpondingskohier, 1651),
nadat het nog uit het polderhuis was weggehaald, ten laatste toch verbrand
in een boerderij. In de Lymers is het nieuwste archief van de dorpspolder
Geldersoord en Westervoort verloren gegaan, en zijn beschadigd die der
beide andere dorpspolders Latum, Baar en Giesbeek, en Babberik, Holthuizen
en Didam. Ook hier berustte het oudere gedeelte ten districtshuize te Zeve
naar. Van de archieven der buitenpolders zijn verloren die van de Angeren-
sche en Doornenburgsche buitenpolder, de Gentsche Waarden (ten dele),
's-Gravenweerd, Millingen, de Duffelt en Zeeland en de Pannerdensche
waard, alsmede van het waterschap Nijmegen-Duitsche grens. Grotendeels
verloren is het archief van de Uitenvaardenpolder van Huissen (oudste stuk
1809). Beschadigd zijn de archieven van de W^illemspolder en van de buiten
polder IJsseloord.
Eindelijk hebben verschillende besturen gemeld, dat hun archieven in ver
warring waren geraakt, maar overigens ongedeerd bleken te zijn. Zo b.v.
Doesburg, waar de archiefkelder in het raadhuis door de Duitsers tot ope-