126 GEMEENTE- EN WATERSCH APS ARCHIE VEN Deventer. In de vroege ochtend van 10 Mei 1940 werden de retroacta van de B.S., de inventarissen en andere belangrijke stukken, die raadpleegbaar moesten blijven, overgebracht naar de kluis van de B.S. in de beneden verdieping van het stadhuis. Reeds eerder waren de middeleeuwse stukken, cameraarsrekeningen, resolutiën van schepen en raden e.d. in een bankkluis geborgen. Na Sept. 1944 werden alle charters en het gehele archief tot 1795 naar de kelders van een fabriek overgebracht; tussen die maand en de be vrijding (10 April 1945) werd Deventer herhaaldelijk gebombardeerd. Des ondanks bepaalden de archiefverliezen zich tot het minder belangrijke deel van de archieven van het Grote en Voorster Gasthuis. Kampen. In Mei 1940 werd het voornaamste deel der archieven volgens de plannen overgebracht naar bankkluizen; bij het transport werd gebruik gemaakt van brandzakken, waarbij het practisch nut van dit materiaal ten volle bleek. Nog in hetzelfde jaar werden de meeste gebruikte stukken terug gebracht; na de voltooiing van de beveiligingswerkzaamheden aan het ge bouw -het stadhuis volgden in het voorjaar van 1941 ook de oude rechterlijke archieven. De charterverzameling, in daartoe vervaardigde kisten geborgen, bleef in de genoemde kluizen. In het voorjaar van 1944 werd ver dere verspreiding der opberging doorgevoerd; raadpleging der stukken bleef echter mogelijk. De archivalia hebben niet geleden, en niets ging verloren. De archiefbibliotheek werd echter na de bevrijding in wanorde aangetroffen; de boeken waren in de laatste dagen vóór de aftocht kennelijk benut om een goede mitrailleurstelling voor de vensters van het stadhuis te krijgen. Enige boeken bleken beschadigd, doch niets werd vermist. Zwolle. Zoals reeds vermeld14) zijn bij aanvang der vijandelijkheden de voornaamste bestanddelen in het brandvrije archiefgebouw der Provinciale Griffie overgebracht. Gelukkig zijn deze maatregelen vrijwel overbodig ge weest, want de archieven hebben niets geleden en alles is weer geheel in orde op zijn oude plaats teruggebracht. Het behoud van de overige gemeente- en waterschapsarchieven is meer aan zuiver toeval te danken. Het archief van het waterschap Hasselt en Zwartsluis werd door het bestuur, na het onderduiken van den secretaris, van Meppel naar Staphorst verplaatst en heeft in het begin van 1945 voor een groot gedeelte een ongewenst eind gevonden in de kachel, door de landwacht en consorten als brandstof gebruikt. Gelukkig zijn o.a. de notulen boeken bewaard gebleven, die in de brandkast te Meppel geborgen waren en waar men niet aan heeft kunnen komen. Het gebouw van het waterschap De Regge is door de Duitsers gevorderd geweest, zodat-alles er uit moest. Aan het gebouw is nog al wat schade toegebracht, doch het archief is intact. GRONINGEN. RIJKSARCHIEF De reeds eerder vermelde maatregelen15) voortzettend, werd de onderste 14) Zie Ned. Archievenblad 1939/40 p. 60. 15) Zie Ned. Archievenblad 1939/40 p. 41, 50. 127 verdieping van het archiefgebouw, waarin ook het archief der gemeente Groningen is gevestigd, door het aanbrengen van barrières van zandzakken voor de ramen scherfvrij gemaakt; bij het uitbreken van de oorlog werden de belangrijkste niet in de kelders geborgen archivalia hierheen overgebracht. Het dakbeschot werd tot een hoogte van 2 m met zgn. mevrietplaten bekleed, het onderste deel der spanten daarmede omkokerd en behandeld met brand werende verf. Van alles overheersend belang echter is een andere maatregel geweest; alle ramen aan de zeer smalle Singelstraat werden van draadglas voorzien, waardoor bij de branden in April 1945 grote rampen werden voor komen. Dit omvangrijke werk het depot bevat zeer vele en zeer grote ramen kwam eerst in 1941 gereed. In 1941 werden in de kelders, waar de stukken aanvankelijk waren opge stapeld, solide houten stellingen geplaatst, waarin de archivalia in volgorde werden opgesteld, zodat zij konden worden geraadpleegd. In het voorjaar van 1944 werd overeenkomstig voorschrift vanwege het departement een groot aantal „dubbelen Statennotulen e.d., naar kluizen in diverse gemeente huizen overgebracht. Toen van den archivaris der gemeente Groningen bericht was ontvangen dat in het v.m. klooster Ter Apel, waar het gemeente-archief grotendeels was ondergebracht, 100 m plankruimte beschikbaar was, werden daarheen gebracht die verzamelingen van het rijksarchief, die betrekking hadden op de stad en de aan haar onderhorig geweest zijnde gebieden; voorts het archief van het klooster zelf, dat derhalve terugkeerde naar de plaats, waar het gevormd was, en enige andere. De door deze overbrenging in de kelders van het archiefgebouw vrijgekomen ruimte werd geleidelijk weer door andere archieven bezet. Tevens werden op aanwijzing van de Lucht beschermingsdienst e.a. de afweermaatregelen uitgebreid en een „bedrijf s~ luchtbeschermingsplan opgemaakt; tenslotte werd een nachtbewakingsdienst ingesteld, waarvan de kosten door de Inspectie Kunstbescherming werden gedragen. In Oct. 1944 werden volgens het reeds eerder voorgelegde plan de stalen rekken der beide bovenste verdiepingen afgebroken en op de beide laagste weder opgesteld; de daar vroeger neergelegde archivalia werden daarna in volgorde hierop geplaatst. Het bureau van rijks- en gemeente-archief werd, om brandstoffen te sparen, in dezelfde maand naar het Provinciegebouw overgebracht, doch reeds in Maart was de gezamenlijke hoeveelheid brand stoffen van Provinciehuis en rijksarchief geheel verbruikt en werd de dienst weer naar het oude gebouw overgebracht. Toen in Maart 1945 de gevechten zich meer en meer naar het Noorden des lands verplaatsten, werd besloten nog een aantal nieuwe veiligheids maatregelen te nemen. Het was reeds geruime tijd duidelijk geworden dat in dit stadium van de oorlog in ons land de hevigste gevechten zich juist in de steden afspeelden. Berichten over Deventer en Zutfen bevestigden deze op vatting. Aangezien de beveiligingsmaatregelen in het archief gebouw, hoe omvangrijk zij langzamerhand ook waren geworden, geheel gericht waren op de bestrijding van brandbommen, terwijl met de mogelijkheid van straatge vechten geen rekening gehouden was, werd nu alle in de kelders nog be schikbare ruimte volgezet met archivalia. Van de daardoor vrij gekomen ruimte werd gebruik gemaakt om alle stukken, die nog in het depot waren

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1949 | | pagina 16