-4— van af het ogenblik, waapop men erkent, dat de archieven nutteloos ziln geworden voor de lopende diensten^ Deze bepaling is, zoals wij zagen, allesbehalve nieuw, maar v/el is nieuw, dat als waarborg voor de uitvoering van dit voor schrift aan de archivarissen van de Staat uitdrukkelijk wordt op gedragen om regelmatig toezicht te houden op de archieven van deze Staatsdiensten en om in nauwe samenwerking met de hoofden van de- verschillende diensten de overdracht van hun archieven naar de be waarplaatsen van de Staat voor te bereiden en tot stand te brengen? zij kregen daarmede tevens, volledige controle over de vernietiging van waardeloze archiefstukken. ■Om de periodieke inspecties uit te voeren zullen de archiva rissen van de Staat regelmatig de administraties bezoeken,teneinde hun onderzoek naar de toestand dezer archieven in te stellen,en na te gaan, of zij regelmatig aan de bewaarplaatsen van de Staat wor den overgedragen. Het Ministeriele rapport, dat het wetsvoorstel van 1936 begeleidde,^ zegt nadrukkelijk, dat -juist de instelling van deze periodieke inspectie het nieuwe en wezenlijke element van het nieu we decreet^ uitmaaktdat juist het vroegere ontbreken van dergelijke inspectie-bepalingen voldoende verklaartwaarom de vroegere decre ten grotendeels hun uitwerking hebben gemist; in hun decreet, zo zeggen de ministers, die het voorstel deden, wordt voor de eerste maal het principe van een periodieke inspectie vastgelegd om te voorkomen, dat nog ooit een toestand van verwaarlozing zal kunnen ontstaan, ge.lijk aan die, waaraan nu een einde zal komen, lp- Amerika zijn de lotgevallen der archieven tot 1934- niet uitzonderlijk^geweestzoals blijkt o,a, uit de jaarverslagen van de Archivaris der Verenigde Staten", die in dat jaar in functie trad: verwaarlozing, hopeloze wanorde, vervuiling, vernietiging: dus ongeveer dezelfde geschiedenis als die van vele moderne 19de eeuwse archieven in vele landen,Archieven werden door talloze bran den (-250) geteisterd,gingen bij ontelbare verhuizingen verloren, werden door vocht, hitte en insecten beschadigd. Verzamelaars van postzegels handelaars in autografen en dieven schonden en stalen waardevolle documenten. Reeds in 1908 ging het Bestuur van de American Historical Association" zich met de' zaak bemoeien, maar het heeft tot 1931 geduurd vóör men tot de bouw van een Centrale Archiefbewaarplaats voor de Amerikaansche Regerings—archieven is overgegaan;in 1937- is zij gereed gekomen en zij voldoet nu aan de hoogste eisen, He bergruimte kan ruim 2,033»712 kubieke voet aan archieven bevatten»Bij hun aankomst worden de overgedragen archie— ^-n. een gr°te ontvangruimte; vandaar gaan zi j naar de a deling voor herstel en onderhoud;zij v/orden er grondig gezuiverd, gedesinfecteerd en gerestaureerd; dan worden zij in liften naar de verschillende depöts gevoerd. Hier zijn automatische, electrische alarmtoestellen geïnstalleerd om iedere poging tot diefstal en ie- der begin van brand onmiddellijk te signaleren,- De temperatuur .het vochtgehalte en het chemische gehalte van de lucht worden zodanig geregeld, dat de_documenten daarvan geen nadelige invloeden kunnen ondergaan. En dit alles voor de moderne archieven, die in Amerika ontstonden, s-inds het congres in 1774- voor de eerste maal te Phi ladelphia vergaderde. Door een wet van 19 Juni 1934- had men intussen in Amerika het gehele federale archiefwezen geregeld. Volgens deze wet is het doel van het Nationaal Archief; 1) concentratie en conservering in de Nationale: archiefbewaar plaats van alle archieven van de Bestuursinstellingen der Verenig- Staten, welke niet meer van direct belang zijn voor de lopende diensten, maartoch van zulke administratieve waarde, en van een zodanig_historisch belangdat zij bewaard moeten blijven voor lan gere tijd, of voor immer; 2) het beheer van zulke archieven, oïn deze in de eerste .plaats gemakkelijk bruikbaar te maken voor de regeringsdiensten en daarmede tevens toegankelijk voor historisch onderzoek. Daartoe werd dan het ambt van "Archivaris der Verenigde Staten" ingesteld en art. 3 van de Wet van 1934- bepaalt,dat alle archieven behorende tot het Bestuur van de Verenigde Staten (wetgevende, uit voerende, rechterlijke en andere) staan onder bewaking en onder op pertoezicht van deze Archivaris in de volgende zin; de archivaris heeft volledige bevoegdheid om-, persoonlijk of door een plaatsver vanger de archieven van elk regeringsbureau van de Verenigde Sta ten en van elke bestuursinstelling te inspecteren, van hoedanige aard deze ook zijn moge en waar zij ook moge zijn gevestigd;en hij zal bij deze inspectie de volledige medewerking hebben van al dege nen, die met de zorg van deze archieven belast zijn. Hij heeft ver der de bevoegdheid om de overdracht naar de Nationale archiefbewaar plaats te vorderen van die archieven, welke volgens het oordeel van de Nationale Archiefraad voor zulke overdracht in aanmerking komen. Deze Nationale Archiefraad is samengesteld uit de Secretaris sen Van ieder der 10 Regerings-departementen of hun plaatsvervan gers de Archivaris der ferenigde Staten en enkele andere met name genoemdefunctionarissen. Hetrecht tot inspectie van alle regeringsbureaux trad on middellijk in volle werking.Voor men tot het systematisch overnemen van archievenkon komen,moest immers een overzicht over hetgeen op de talloze, regerings-instellingen aanwezig was, verkregen worden. Een staf van deskundige inspecteurs werd samengesteld,die,voorzien van een zorgvuldig voorbereide vorm voor hun rapporten, hun werk begonnen en voortzetten. De talloze archieven,réssorterende onder de 10 Departementen, onder^het Congres,onder de Hoge Raad of onder een van de andere talrijke onafhankelijke regerings-instellingen werden geinspecteerd De toestand, waarin over het algemeen deze archieven werden aangetroffen,gaf de Nationale Archiefraad aanleiding op 10 Februari 1936 het volgende besluit te nenjen: De Archivaris der Verenigde Staten wordt hierbij gemachtigd om de overdracht naar de -Nationale. Archiefbewaarplaats te vorderen van alle archieven van alle bestuursinstellingen der Verenigde Sta ten (wetgevende,uitvoerende en rechtsprekende), welke vallen onder een van de volgende categorien: I) alle archieven van nog functionerende bestuursinstellingen a) waarvan het hoofd van de desbetreffende dienst meent, dat zij niet meernoodzakelijk zijn voor de afhandeling der lopende zaken in deze dienst,^ b) waarvan de archivaris zelf meent, dat zij in zulk een materiele toestand verkeren, dat zij niet langer zonder gevaarvoor beschadiging bij de betreffende dienst in gebruik kun nen blijven,en c) waarvoor volgens de archivaris geen voldoende of geen veilige bergplaats bij de desbetreffende dienst te verschaf fen is; II) alle archieven van iedehe opgeheven bestuurs-instelling, tenzij haar functies zijn overgedragen op die instelling, welke de archieven nu in bewaring heeft; III) tenslotte alle andere archieven, wanneer de Archiefraad r

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1949 | | pagina 4