-18- de kernen dezer archieven in de naaste toekomst even belangrijke bronnen voor de geschiedenis van ons Nederlandse volk kunnen vormen als de overheids-archieven zelve» Al hoort de zorg voor deze archieven niet tot onze ambtstaak, toch lijkt het mij een eretaak voor ons, archivarissen-ex^professo om ook op dit terrein,wanneer ons de kans geboden wordt, initiatie ven naar ons vermogen te steunen en in de goede richting te sturen. Want ook op dit terrein gaat zéér veel verloren, dat uiterst be langrijk is; en de vorming van particuliere stichtingen, welke zich het behoud, de ordening en de inventarisatie van deze archieven in gemeenschappelijke archiefbewaarplaatsen onder deskundig beheer ten doel stellen, zijn ten zeerste gewenst. Maar van de aanvan'g af moet er hierbij over gewaakt worden,dat de bestuurders van deze Stich tingen zich van hun bepaalde opgaven, van hun uitgebreide mogelijk heden, maar ook van hun beperkingen ten opzichte van de overheids archieven volkomen bewust zijn. Ik 'noemde deze laatste groep van particuliere archieven zeer opzettelijk. De belangrijkheid, ook van deze archieven, illus treert naar mijn mening nogmaals zeer nadrukkelijk, hoe groot en hoe gróóts, hoe verstrekkend de taak is van ons, archivarissen,wan neer wij ons in de waardering van de archieven,en in onze dagelijk se- arbeid als archivarisniet laten beperken door wat ik zou willen noemen een vóóroordeel, een eenzijdige waardering van speciaal de zogenaamde "oude archieven". Zelf ben ik mediaevist en mijn hele hart haakt naar de studie van de geschiedenis der Middeleeuwen, maar juist daarom meen ik met des te meer recht te mogen herhalen, dat onze persóónlijke voorkeur voor een bepèhlde periode uit onze geschiedenis en voor een bepèéiide historische tak van wetenschap, ons inzicht in de brede taak en in de verstrekkende plicht van de archivaris niet beperken, niet schaden en niet schenden mag. Moge ons bij onze arbeid steeds mêêr deze overtuiging lei den: "dat er slechts archieven zijn, archieven zonder meer; archie ven, welke onophoudelijk van karakter veranderen; de historische archieven van heden waren gisteren administratief5 de administra tieve archieven van heden zullen morgen historisch zijn"(Cuvelier) En wij archivarissen, dragen en wensen ten volle te dragen, in op dracht en met steun van onze Overheid, de zware last en de grote verantwoordelijkheid om nu in onze tijd, deze overheid voortdurend met welgeordende en goed geinventkriseerde archieven harer bestuurs instellingen van dienst te zijn, om het historisch onderzoek te dienen op brede terreinen en tevens door onze arbeid nu te beslis sen, over welke geschiedbronnen de historici in de toekomst beschik ken zullen, Een vroegere generatie van Archivarissen heeft Nederland roem gebracht door de methoden, welke zij vond voor de verzorging der oude archieven; ik hoop van harte dat onze generatie van archiva rissen ons land minstens deze eer verzekert, dat het in waardering en zorg voor de nieuwe, moderne archieven niet te veel bij andere landen ten achter blijft! Maastricht, 19 April 199-9. G. Panhuysen,

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1949 | | pagina 11