-16-
drukkelijk moeten bepalen,dat de niet naar dë gemeentelijke archief
bewaarplaats overgebrachte archieven blijven onder het beheer van
de Hoofden der gemeentelijke diensten, bedrijven of. instellingen,
waartoe zij behoren; en dat Burgemeesteren wethouders, indien zij
een wetenschappelijk gevormde archivapis met het beheer van de ge
meentelijke archiefbewaarplaats hebben belast,door bemiddeling van
deze archivaris toezicht uitoefenen op het beheer door de hoof den
der gemeentelijke diensten, bedrijven en instellingen der onder
deze ressorterende archieven". Ten onrechte immers heeft Fruin,
Archiefwet 1918 I p. 4-7, gemeend, dat aan Burgemeester en Wethou
ders, evenals aan de Gedeputeerde Staten, de vrijheid diende te
worden gelaten, hoe, met welke middelen zij de hun opgedragen zorg
voor de gemeentearchieven wensten uit te oefenen. Tengevolge van
deze "vrijheid" is er van deze zorg, .voor wat betreft .de archieven
der gemeentelijke diensten, bedrijven en instellingen, in vele ge
vallen zo goed als niets terecht gekomen.
Ik inspecteer in Limburg nu reeds 15 jaar lang naast de ar
chieven der secre'tarieen ook de archieven van deze talrijke gemeen
telijke diensten, bedrijven en instellingen, .in al de gemeenten,
waar zij van enig belang zijn. Deze ervaring heeft mij geleerd, in
de eerste plaats,dat deze inspectie zeer dringend noodzakelijk is;
in de tweede plaats,dat degene,die namens de Provincie inspecteert,
bij deze inspectie de huxp van de gemeentearchivaris in de toekomst
niet zal kunnen Ontberen, zeker niet, wanneer hij bovendien nog
belast zal worden met de inspectie van de archieven der Rijksin
stellingen, diensten en bedrijven in zijn gewest.'
Ik stel daarom voor, dat nu reeds, zonder op de wijziging
van onze Archiefwet te wachten, de besturen der grotere gemeenten,
waar dat nog niet gebeurd mocht zijn, aan de Hoofden van alle ge
meentelijke instellingen, bedrijven en diensten uitdrukkelijk op
dragen:
1°, Goede zorg te dragen voor de archieven van de instelling, het
bedrijf of de dienst onder hen ressorterende, voorzover deze
archieven niet naar de (centrale)gemeentelijke archiefbewaar
plaats zijn overgebracht;
2°. die gedeelten van de onder hun beheer staande archieven,welke
voor de lopende dienst van hun instelling, bedrijf of dienst
niet meer veelvuldig geraadpleegd behoeven te worden, zodra
mogelijk in overleg met en met instemming van de archivaris
der gemeente naar de centrale gemeentelijke archiefbewaar
plaats over te brengen;
3 géén stukken uit de ondér hun beheer staande archieven te
vernietigen zonder voorafgaand overleg met en zonder goed
keuring van de archivaris der gemeente.
Verder stel ik véér, dat het eerste artikel van de in
structie van de Gemeentearchivaris, zoals Fruin die in zijn "Ar
chiefwet 1918", Tweede stuk, p.101, gegeven heeft en zoals ze wel
veelvuldig door onze Nederlandse Gemeentebesturen zal zijn nage
volgd, wordt aangevuld.
Di eerste artikel zegt, dat de archivaris is belast met
het beheer der in de Gemeentelijke Archiefbewaarplaats overgebrach
te archieven en verzamelingen. Het ware naar mijn mening aan te
vullen met 3 nieuwe bepalingen, luidende:
1 uLid 2. Hij (de archivaris der gemeente)houdt tevens toezicht
op de uitoefening van de zorg voor de archieven der gemeente
lijke instellingen, bedrijven en diensten, welke aan de Hoof-
-17-
den dier instellingen, bedrijven en diensten is opgedragen;
hij zal daartoe minstens éénmaal per jaar de genoemde archie
ven bezoeken en jaarlijks aan het College van Burgemeester en
Wethouders verslag uitbrengen over de toestand, waarin hij
deze archieven heeft aangetroffen»
2°, "Lid 3* Hij bevordert, dat die gedeelten van de archieven
der gemeentelijke instellingen, bedrijven en diensten, welke
voor de lopende dienst dier instellingen, bedrijven en dien
sten. niet meer veelvuldig geraadpleegd behoeven te worden, zo
spoedig mogelijk naar de centrale .Gemeentelijke archiefbe
waarplaats worden overgebracht".
3°. "Lid 4-, Hij adviseert de Hoofden van de gemeentelijke instel
lingen, bedrijven en diensten betreffende de vernietiging van
stukken uit de archieven, welke onder hun beheer staan".
Een zeer belangrijk onderdeel van de zorg voor de moderne
archieven bestaat vanzelfsprekend in hun ordening en inventarisatie.
Het is mijn vaste overtuiging .en ook deze is gebaseerd op een 15
jaar lange ervaring bij de inspectie en de inventarisatie der ge
meente-archieven, dat de inventarisatie éék van deze moderne ar
chieven, voor zover zij .dateren van véér de invoering van het Deci
male Registratuurstelsel in de desbetreffende dienst, moet worden
opgedragen aan archivarissen, die minstens, wat wij noemen, weten
schappelijke archiefambtenaren der 2de klasse zijn. Want voor de
juiste, verantwoorde ordening en inventarisatie dezer moderne ar
chieven is beslist evenveel historische zin en minstens evenveel
archief-economisch inzicht nodig, als bij de ordening en inventa
risatie van menig archief uit de 16e,17e of 18e eeuw;ik meen zelfs,
dat de inventarisatie van vele schepenbanksarchieven,van notariële
protocollen, van oude kerkelijke doop-, huwelijks- en overlijdens-
registers enz.,heel wat minder problemen van archief-economische
aard oplevert, dan de inventarisatie van het moderne archief ener
gemeente. Het administratieve personeel op de secretarieen der ge
meenten is voor deze taak niet berekend en het heeft er geen tijd
vooroverstelpt als het wordt door zuiver administratieve werkzaam
heden. Zelfs het volgen van een cursus voor gemeentelijke archief
verzorging maakt hen voor deze taak niet geschikt, omdat daar hun
vorming op dit punt beperkt blijft tot "enige kennis van de verzor
ging der oude archieven van nê. 1813"* Nogmaals: voor degene, die
deze moderne archieven der Rijks-, Provinciale- en Gemeentelijke
instellingen, diénsten en bedrijven zelfstandig op de juiste wijze
wil kunnen inventariseren,is m.i.onontbeerlijk de normale bestaan
de vorming tot wetenschappelijk archiefambtenaar der tweede klasse,
na een stage van niet een half, maar van minstens één héél jaar,
doorgebracht aan een onzer grotere archiefbewaarplaatsen onder lei
ding van een wetenschappelijk gevormde archivaris; als véérstudie
acht ik voor hen eindexamen Gymnasium of H.B.S, noodzakelijk. Ik
zie hier een zéér belangrijk en zéér uitgestrekt arbeidsveld., juist
voor onze op deze wijze gevormde, weetenschappelijke archiefambte
naren der 2de klasse.
Immers, naast de moderne archieven der instellingen, dien
sten en bedrijven van het Rijk, van de Provincie en van de Gemeen
ten, zijn er nog zovele andere moderne archieven, welke voor de ge
schiedenis van ons vaderland uiterst belangrijk zijn. Ik bedoel de
archieven van de moderne groot-industrieen, van de handelsonderne
mingen,van particuliere stichtingen op allerlei gebied,van sociale,
politieke en andere organisaties en verenigingen op alle terreinen
van het maatschappelijk leven»In al hun rijke gevarieerdheid zullen