68
BIJLAGE II.
THEORETISCHE ANALYSE VAN HET ARCHIEFSTUK:
Vorm
Inhoud
-Materiële vorm
Inkleding
'Kenmerken
Mededeling;
-Stof
Omvang
"Redactie
Taal
- Datum
-Persoon-
"■Plaats
Object
-.Gezichtspunt
--ontvangst
- behandeling
-verzending
afkomst
bestemming
'herkomst
-bestemming
Ontwikkelingsstadium
naar vorm en inhoud
zwevend: klad of concept
minuut
vaststaand grosse
copie
69
BIJLAGE III.
GRONDSCHEMA VOOR EEN LEERBOEK DER ARCHIVISTIEK:
A. De beschrijving van het archiefstuk.
*L De oude titel.
II. De moderne beschrijving (analyse),
a. de vorm.
b. de inhoud (onderwerp, zaak).
c. de datum.
d. het ontwikkelingsstadium.
e. de andere elementen.
III. Practische wenken voor de beschrijving van het enkelvoudige
archiefstuk.
B. De beschrijving van de door een ordeningsmotief verenigde verzame
ling stukken.
I. Orde:
a. het effect van de elementen van de moderne beschrijving van
het stuk als ordeningsmotief in beperkt verband.
b. ordeningsstelsels van archieven gebaseerd op combinatie der
motieven.
II. Uiterlijke vorm:
a. de uiterlijke band (band, lias, trousse, dossieromslag).
b. de omvang en de aanduiding daarvan.
archief als product der administratie.
Het materiaal.
a. de drie vormende elementen.
b. het accent van de vormende elementen in de archieven van
verschillende administraties in hun tijdsverband.
c. het eigenaardige van het moderne archief.
Hulpmiddelen door de administratie bij het archief gevormd of
daarop toegepast.
a. voor de controle op de afdoening van de zaken.
b. als toegang (hier o.a. codes).
c. als neveningang om de gebleken nadelen van de gekozen orde
en de daarbij behorende toegangen op te heffen.
De vernietiging van archieven.
a. als factor van ordening.
b. de grondslag in de administratie.
c. de invloed van haar noodzaak op de keuze van ordeningsstelsel.
d. de voorschriften en de practische uitvoering.
D. Het maken van de inventaris.
I. a. De relatie tussen de bestuursvorm, de organisatie van de ad
ministratie en het archief,
b. 1. Het onderzoek, dat aan de ordening voorafgaat.
2. De verwerking van het geselecteerd materiaal in de inleiding.
C. Het
I.
II.