114 gehoor, door enige merkwaardige namen uit hun streek te noemen: mevr. Doornink wijst op het voorkomen van de naam „schupstoel" te Zutfen, mr Van Schilfgaarde op vreemde namen in de omgeving van Culemborg als Parijs (welke naam mr Smit verklaart als een familie naam); dr Heerma van Voss maakt attent op intensieve beoefening der toponymie door de Friese Academie, terwijl mej. Vlam nog in het bijzonder de aandacht vraagt voor de veldnamen, welke te zeer ver waarloosd worden en veel in archivalia voorkomen. Nadat de voorzitter de ondertussen binnengekomen gasten dr C. J. Dippel en zijn assistent, de heer Van Alphen, alsmede het nieuwe lid, de heer L. Merkelbach van Enkhuizen, heeft welkom geheten, deelt hij mede, dat de Archiefgidsen en het Repertorium van inventarissen van Nederlandse archieven door de firma Mart. Nijhoff in de handel worden gebracht, en dat het archief der vereniging op het Algemeen Rijks archief, waar het in bewaring zal blijven, wordt geïnventariseerd. Bij de nu volgende rondvraag beklaagt de heer C, Bloemen zich erover, dat het Bestuur besloten heeft, dat geen antwoord meer op de door het Rijksinstituut voor Oorlogsdocumentatie ingezonden verdediging tegen zijn aanval op deze instelling in het Archievenblad zal worden opgeno men. De voorzitter betoogt, dat hij het alreeds had afgekeurd, dat de bedoelde passage in de voordracht van de heer Bloemen in het Archie venblad was opgenomen als daar niet op zijn plaats zijnde, en dat het Bestuur daarom ook gemeend had, dat met het antwoord van het Insti tuut al genoeg van de kostbare plaatsruimte van ons blad was ingenomen. Na enige discussie hierover verklaart de'heer Bloemen zich voldaan, wanneer hem wordt toegezegd, dat voortaan de perszede van re- en dupliek in het Archievenblad zal worden gehandhaafd. Dr Heerma van Voss doet enige mededelingen over de bijeenkomst van de afdeling der rijksarchiefambtenaren, welke op 3 en 4 Juli te Leeuwarden gehouden zal worden. Mej. Beydals klaagt over het tegen elkaar opbieden van verschillende rijksdiensten op veilingen en wenst een soort centrale voor opgaven van inkopen; verder bepleit zij ook het nut van betere kennis over gravures e.d. voor hét kopen op een veiling. De voorzitter draagt haar een ont werp van dergelijke centrale op en raadt haar aan, contact te zoeken met aanverwante instellingen. De heer Bloemen geeft de wens te kennen, dat ook de archivarissen advies zullen uitbrengen in de Staatscommissie tot inlichtingen over departementsadministratie. De voorzitter zegt hem toe, dat deze zaak in de a.s. bestuursvergadering zal worden besproken. Mr Haga vraagt om tijdig verschijnen van het Archievenblad; de schuld ligt echter niet bij de redacteur, maar bij de uitgever, betoogt de voorzitter t). De vergadering wordt daarop te 1.15 uur geschorst voor een gemeen schappelijke lunch in de Raadskelder. Na hervatting der vergadering te circa 3 uur houdt dr C. J. Dippel Het gaat al beter! (N. v. d. R.). 115 een voordracht over „Mikrophotographie als hulpmiddel in de documen tatie", toegelicht door enige lichtbeelden. Dr Dippel gaf hiervan het volgende resumé: Spreker begon met nadruk te leggen op het belang van mikrodocumen- tatie (d.i. photographische reproductie van documenten op meer of min der verkleinde schaal) ook voor het archiefwezen: ruimteprobleem, ver nietigingsprobleem, bevordering van toegankelijkheid en uitleenmogelijk heid van documenten, de betere ordeningsmogelijkheid enz. Ter realisering werden verschillende bestaande methoden toegelicht: de vol-automatische en de half-automatische methode van Recordak- apparaturen e.d. en het bewaren der photo's in de vorm van korte film strips. Deze berusten alle op de ééndimensionale rangschikking van de mikrobeelden in de lengte van de film. In de praktijk blijkt, dat deze methode veld wint, omdat zij in vele gebieden noodzakelijk is, maar op ernstige weerstanden stuit, die popularisering in de weg staan, daar de mikrobeelden teruggelezen moeten worden in een projectie-apparaat, waardoor men bij het lezen aan plaats gebonden en het lezen ver moeiend is, het terugvinden van een bepaalde plaats in de film een vervelend werk en de kwaliteit van het geprojecteerde beeld niet goed genoeg is. Als nieuwe mogelijkheid werd gewezen op de documentatie met sheets", d.w.z. filmblaadjes, waarop de mikrobeelden tweedimensionaal naast en onder elkaar zijn gerangschikt. Wanneer men beschikt over photograpisch reproductiemateriaal, dat een hoog scheidend vermogen bezit, dan kan men zeer veel pagina's op een klein sheetformaat vereni gen, al naar de gekozen reproductiefactor. Met behulp van lantaarn plaatjes, mikroscoop en leeskast demonstreerde spr. mikrobeelden met een reductiefactor 1:24, 1:70 en 1:200, verkregen op een nieuw door het Philips' Natuurkundig Laboratorium ontwikkeld photographisch reproductie-materiaal. Met behulp van een een voudige leeskast is het mogelijk bij reductiefactor tot 1:40 een zeer voldoende helderheid te krijgen op het projectievlak en aldus een prima kwaliteit van het beeld, zodat de psychologische weerstanden tegen en de vermoeidheid door het lezen veel geringer worden. Het grote voor deel van „sheets" is gelegen in het feit, dat de voordelen van ordening via kaartsystemen gemakkelijk gecombineerd kunnen worden met deze vorm van mikroreproductie. De ruimte-besparing door toepassing van mikrodocumentatie is zeer groot: het Rijksarchief, met 125.000.000 pag., zou opgeborgen kunnen worden in 520 laden van 40 X 50 X 10' cm, als het opgenomen wordt op 16 mm Kodak-film, reductiefactor 1:24. Op „sheets" zou de benodigde ruimte nog geringer zijn, nl. 125 laden, terwijl bij sterkere reducties, nl. 1:45 en 1:100, resp. 30 en 8 laden vol doende zouden blijken. Getracht werd om globaal een indruk te geven van de kosten, welke mikrodocumentatie meebrengt. Het vol-automatische Kodak-systeem reduceert de kosten per beeldje tot een zeer laag bedrag: grootte-orde

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1948 | | pagina 2