?lEZd" K"1 <v"""v'n de 72 gedurende de gehele achttiende eeuw. 26) Hiernaast werden de huwe lijken m de meeste kerkgenootschappen ook nog kerkelijk ingezeqend. 27) Uit een merkwaardige optekening van het jaar 1626 blijkt, dat men meer waarde hechtte aan de huwelijksvoltrekking in de kerk dan aan die op het stadhuis. Op 1 Januari 1626 was in de huwelijksintekeninq- registers van de kerk een zekere Jan Muller van Bremen opgetekend. Up 15 rebruari 1626 werd zijn huwelijk op het stadhuis voltrokken en daaromtrent de volgende aantekening gemaakt: „Johan Moller van Bre- men heeft troubeloften gedaen ende getrout mits desen Marritgen Dircx, ende (alsoo hij om seeckere penningen te genieten most hebben sijns moeders consent om te trouwen, welcke tot Bremen is woonende) van hier nae Bremen vertrocken met beloften van wederom hier te zijn bin- nen Yan ^rie maenden uyterlijck ende alsdan alhier ter stede openthjck te doen de solemnisatie hier in de kercke gebruyckelijck." 2S) ..huwelijksinzegening in de Gereformeerde kerken 29) was tege lijkertijd huwelijksvoltrekking, daar zij door de overheid als geldig erkend werd. Oorspronkelijk werd alleen getrouwd in de Oude Kerk; later toen de Nieuwe Kerk door de Gereformeerden in gebruik was ge nomen, werd ook hier getrouwd en eveneens in de Walenkerk. In 1607 73 werd de Engels-Presbyteriaanse Kerk geopend en sinds September van dit jaar zijn ook hier huwelijken voltrokken. De huwelijken werden door de kosters geregistreerd. De kosters van de Oude- en de Nieuwe Kerk deden dit volgens de ordonnantie van 1586 in hun functie van boden van de Commissarissen van de Huwe lijkse Zaken. Hun werd gelast zorg te dragen, dat de trouwboeken steeds met de proclamatieboeken klopten. Echter ook na de scheiding van de functie van bode en koster zijn zij de trouwboeken blijven bij houden. Zij deden het toen als stedelijke ambtenaren, zoals al van ouds het geval was bij de kosters van de Walen- en Presbyteriaanse Kerk. Deze trouwboeken hebben nooit een deel van de kerkelijke archieven uitgemaakt. Bij de Waalse Gemeente blijkt dit o.a. uit het feit, dat zij op alle archieflijsten ontbreken. Bij de Hollands Gereformeerde Kerk wordt in de acta van de latere tijd nooit enige melding gemaakt van de trouwboeken. Slechts in de oudste protocollen worden zij een enkel maal genoemd. Zo stelde op 11 Januari 1596 Ds Planicus in de Kerke raad voor contact te zoeken met de Commissarissen van Huwelijkse Zaken, daar niet allen na afkondiging der proclamaties in het huwelijk traden. Op 3 November 1611 nam de Kerkeraad het besluit de trouw boeken te visiteren en te informeren bij Commissarissen, wie buiten de stald gehuwd waren ter controle van hun boeken. Op 30 Mei 1624 en 17 Juni 1627 besloot men tot de visitatie der trouwboeken over te gaan. Dit ds de laatste maal, dat de Kerkeraadsprotocollen handelen over de trouwboeken, wat niet geheel is, zoals het hoorde, daar de synodale verordeningen wel degelijk aan de Kerkeraden de verplichting oplegden trouwboeken bij 'te houden. Dat geschiedde hier niet, zoals in het vol gende ook nog eens duidelijk tot uiting zal komen. Toen in 1792 de Provinciale Staten het bijhouden van dubbele trouw boeken door de verschillende gezindten verordenden, is in de Gerefor meerde Kerken in Amsterdam niets veranderd. De Kerkeraad hield immers geen trouwboeken bij; dat geschiedde door de kosters als stede lijke ambtenaren, waartoe een stedelijke instructie hun opdracht gaf. De stad trok zich van deze provinciale verordening niets aan, waarin zij naar de letter gelijk had, zodat van de Amsterdamse trouwboeken ook na 1792 geen dubbele exemplaren bewaard zijn. so) Drie jaren later, in 1795, toen in verband met de instelling van het Burgerlijk huwelijk de trouwboeken allen gevorderd werden, is dit geheel buiten de Kerke raden om gegaan. .Bij deze vordering heeft de stad alleen opgevraagd de trouwboeken van de kerken, waar de huwelijksinzegening geldigheid ook voor de buitenwereld bezat. Eén register is toen over het hoofd gezien, toevalligerwijze echter later ingeleverd, daar het tevens als doopregister dienst had gedaan. Op 14 December 1707 had de Engels- Episcopale Kerk te Amsterdam van de stedelijke overheid in navolging van die te Rotterdam het privilege gekregen, dat de huwelijksinzegening a,v oiaOUWKe?j 7an Stadhuis zijn herhaalde malen huwelijksvoltrekkingen, die e ders hadden plaats gevonden, geregistreerd. Wat daar de reden van was kan ik met zeggen In de meeste gevallen vond geen registratie plaats. De huwelijksvoltrekkingen te Amsterdam zijn niet altijd op het stadhuis geschied. t l'i ktJ? h,et m huis geschieden; op 9 November 1697 vond zon al r fl M ivtiS T een ®ecre'aris' daartoe gemachtigd door schepenen, "p 14 Juh 1J654 werd een huwelijk in de boeien voltrokken. De Berqen- vonr h r' aan,de ^m,nel gelegen, heeft ook een enkele maal als trouwkamer voor schepenen gediend. (Pr.ocl. Stadhuis 18 April-2 Mei 1694). 911M t u Staj' o het trouwregister van schepenen een verklaring van 21 Me van Jacobus du Pire. Sacrosancti Ministerii Candidates, geboekt, dat hb BurnJme^ rif - Ambassadeurs de Czaar en met toestemming van Burgemeesters Chnstiaan van Ditmar, bediende van de Czaar, en Susanna van Ree publiek in de echt heeft verbonden in de herberg de Keizerskroon Sadhuifvan ZiTa^ÏmI aantekenin9 in een proclamatieregister van het 22 Am-il 1688" D Sn"» acte verleent om voor de priester te trouwen meetr K V 30 Au9uftus 1657 werd in de Kerkeraad van de Gerefor meerde Kerk een geval besproken van een huwelijk van Cornelia Dominicus, die Z Vf t /en Paap. genaamd Theodorus de la Bave in de Groene Helm van de Molensteeg, zonder voorgaande proclamatiën met Hans getl0uwd was' z,oals bl.eek uit de attestatie en ondertekening van de paap zelf, waar.op geen andere solemnisatie van huwelijk was gevolgd. De vrouw roeg nu of dit huwelijk wettig was. De Kerkeraad besloot van niet en wendde 2-1 m m Bui'9emeesters' °Pdat de2e hun maatregelen konden nemen. liiL^CLidma1fnendiein ecbter, 0P9ehouden me' het kerkelijk inzegenen der huwe lijken. Lidmaten, die een kerkelijke inzegening wensten, lieten zich niet op het 2S) 'n d®.karkeIiike Rouwregisters is dit huwelijk echter nog niet eens gevonden zo- gewenst met teru99ekeerd is óf een tweede huwelijksvoltrekking niet heeft 29) Ook trouwden de Gereformeerden wel in kerken buiten de stad echter in veel mindere getale dan de niet-Gereformeerden. 30Er bevonden zich op het stadhuis wel dubbelen in de vorm van registers voor het middel op het trouwen. Deze zijn verloren gegaan.

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1948 | | pagina 5