ra zTZvt °entrekende niet aaaSt°"dS -
Bi"den ÏT r °-K'
plaat, "rr„9»doe"k„0elnedaan' aan8eZien "iema°d <S' d'e d»=
h°°,dS,Uk
62
™m9 VV3n Arnhem is het administratiegebouw van
bet Rijksarchief met de bibliotheek geheel verloren gegaan; hetTepöt-
vet h!hS S £ChtS Teini9 beschadi9d en de daarin a'anwizigi archt
ven hebben vrijwel geen letsel ondervonden. Wegvoering van belangrijke
Nederlandsche archiefbestanddeelen naar Duitschland heeft n et plaats
gevonden Wel hebben de Duitschers voor en tijdens hun terugtocht een
groot deel van hun eigen archieven naar Duitschland mede gevoerd Een
dee ervan is opgespoord en kon teruggebracht worden.
hppft~ be,noemin.3 van den in de tweede alinea bedoelden Rijksarchivaris
den nnl rt *T 7°' BÜ*tdea den ambtsvoorganger van
terd wïs to' Dcn ambtMaar< die toen kernei
werd, was op grond van zuiveringsmaatregelen ontslag verleend als
provinciaal ambtenaar. De termen, waarin dit ontslag was vervat verzet-
ten zich er echter „eenszin, tegen, dat deze ambtenaar weten
schappelijke functie werd herplaatst. Aan rechten van anderen werd door
De vraag, wat moet geschieden met de z.g. nieuwere archieven heeft
de aandacht van den ondergeteekende. Zij behooren - zoocE^ door
l-stddmófSvaaneeen0R kn a^Stootea T °nder het beheer worden
gesteld ot van een Rijksarchivaris in de provincie óf van de Tweede
Afdeeling van het Algemeen Rijksarchief, die volgens de thans bestaande
regelen aangewezen zijn om deze archieven over te nemen InSsschen
stellen de allernieuwste archieven hun eigen problemen. Of het ter oplos
sing daarvan noodig zal zijn een specialen archivaris aan te stellen is een
Archieven uit den bezettingstijd. Een gedeelte van het archief van het
Rijkscommissariaat is door ambtenaren van het Rijksinstituut voor Oor
logsdocumentatie in West-Duitschland opgespoord en naar Amsïerdam
vergebracht, zooals de dagbladen meldden. Het orgaan van het Instituut
Nederland ,n Oorlogstijd no. 19/20, brengt hierover een belangwekkend
heteComm,?saaarUlt; deel betreft van de archieven van
et Commissariaat-generaal voor Bestuur en Justitie1).
co™, „erchenh „et £T h°0H'
dij beschikking van 27 Dec 194ó <c
dofum. de heer L. van der GouwtZS i
63
Rijksarchief in Zeeland. Tot tijdelijk adjunct-commies is benoemd de
heer M. P. de Bruin, ambtenaar op arbeidscontract.
Rijksarchief in Limburg. Bij beschikking van den Minister van O., K.
en W. van 28 Oct. 1946 is, te rekenen van 1 Oct. 1946, voor een proef
tijd van een jaar benoemd tot tijdelijk chartermeester (commies) mej. dra.
E. M. Th. W. Nuyens.
Axel. Tot archivaris-honorair is, na verkregen dispensatie, benoemd
de heer J. R. de Jonge, te Axel.
Tolen. Tot archivaris is benoemd de heer G. Stadermann, archivaris
der gemeenten Goes en Hulst.
Polder Walcheren. De sinds 1914 niet vervulde post van archivaris
van dit waterschap is hersteld door de benoeming van den heer M. P.
de Bruin, tijdelijk ambtenaar bij het Rijksarchief in Zeeland.
H. M. de Koningin -heeft tot directeur van Haar Huisarchief benoemd
jhr. ir. P. F. O. R. Sickinge, intendant der Koninklijke paleizen.
Ned.-Hervormde Kerk. Tot archivaris is, met ingang van 1 Jan. 1947,
benoemd mr. J. T. Naudin ten Cate.
Provinciaal Archief der Minderbroeders. Tot archivaris van het Pro
vinciaal Archief van de Minderbroeders in Nederland, gevestigd te Weert,
is dato October 1946 door het Hoogw. Definitorium van de Minder
broeders in Nederland benoemd dr. Daniël van Wely, O.F.M.
Archieven in de diocees Roermond. De bisschop van Roermond heeft
in Oct. 1946 een „Voorloopige Adviescommissie" van vijf leden ingesteld,
belast met het inventariseeren van alle tot het bezit der kerken behooren-
de voorwerpen van kunst- of oudheidkundige waarde en archieven. Daar
van maakt o.a. deel uit drs. L. Hommerich, gemeente-archivaris van
Heerlen.
Onderscheidingen. De gedenkpenning, op 's Rijks Munt naar ontwerp
van P. Grégoire geslagen ter gelegenheid van de opheffing der Rijks
inspectie Kunstbescherming, is als teeken van erkentelijkheid voor hun
aandeel in het werk en de zorgen der Kunstbescherming door den Minis
ter van O., K. en W. toegekend aan de volgende archivisten: C. G. H.
Bloemen, H. Brouwer, jhr. dr. D. P. M. Graswinckel, mr. J. W. Groes-
beek, dr. A. L. Heerma van Voss, P. D. Keymel, dr. G. W. A. Panhuy-
sen, mr. A. P. van Schilfgaarde, dr. W. S. Unger, drs. E. J. Werkman.
RIJKSARCHIEVEN.
-O» wel eens grondig onderZTog iT^rden °'-
GEMEENTE- EN WATERSCHAPSARCHIEVEN.
KONINKLIJK HUISARCHIEF.
KERKELIJKE ARCHIEVEN.
PERSONALIA.
