48 ^T lS Landsarchief - het best bewaarde Compagnie-gebouw tnLttel eeuw organiseerden wij, met hulp vaak van anderen, ten toonstellingen, die druk bezocht werden. Tegen alle rede in hoopten wij, e oorlog ons zou sparen. Desalniettemin namen de noodzakelijke militaire voorbereidingen steeds meer tijd in beslag; alle daarvoor in aan merking komende leden van het personeel werden gemilitairiseerd en de noodige luchtbeschermingsmaatregelen genomen. De plannen tot publi catie van archivalia werden daardoor vertraagd en moesten tenslotte geheel worden opgegeven. Ook het denkbeeld om een korte beredeneerde gids van den inhoud van het Landsarchief samen te stellen en te publi- ceeren, kon niet meer ten uitvoer gebracht worden. Toen eenmaal de oorlog met Japan losgebarsten was, zijn twee maac- egelen genomen, die een verder strekkende beteekenis zouden hebben In de eerste plaats is besloten de op het Landsarchief bewaarde archi valia met naar wat men toen nog meende te zijn beter beschermde scharn tfrS RVer te ueTn (z0°als wel 9ebeur'd is met den goud van het Bataviaasch Genootschap en met 's Lands schilderijen- verzameling), terwijl in de tweede plaats de Landsarchivaris gedemilita riseerd werd met opdracht, bij een bezetting van Batavia door den vijand op zijn post te blijven. Beide maatregelen hebben ertoe bijgedra- ÏSLn ST' dat,ar,chiv/lia verloren gingen toen Batavia begin Maart 1942 in Japansche handen viel. Uiteindelijk is slechts één testa men tenregmter uit 1735 met enkele uitgeleende en niet terugbezorgde oeken verloren gegaan; de verbinding echter met de toch zoo vlak bij Enkel V*jrzam n9 ln de benedenstad was al spoedig geheel verbroken. Enkele dagen na de bezetting van Batavia deden duistere elementen een poging om, onder het mom van Japansche autoriteit, archiefstukken te ontvreemden en het gebouw in bezit te krijgen. Op mijn protest ver scheen toen een Japansche kolonel met gevolg, die toen hem duidelijk gemaakt was dat de leiding nog aanwezig was de opdracht gaf dat Landsarchief normaal geopend moest blijven. Deze kolonel, die eente historisch interesse bleek te hebben, liet zich toen met zijn adjudanten op het grasveld in den achtertuin neer, en wenschte documenten te zien met de handteekeningen van Coen, Daendels en andere grootheden u,t Coen én ml?'! fn' had «een handteekenmg van Coen en met de fraaie onderteekening van Raffles toonde deze qele oorbgsheer zich toen tevreden. Erg aangenaam was de situatie overigïnS niet. Al spoedig kwam inmenging van allerlei elkander tegenwerkende aehfke D 2°°ï t Japansche propagandabureau, de politie en der gelijke Dwarskijkers —een instelling, aan onze voorouders welbekend - werden aangesteld Het kostte groote moeite, na eenige maanden veigeefsch wachten, althans voor het Inheemsche personeel salaris los te krijgen. Gelukkig bleek al spoedig, dat wij toch nog in de alom heer- irnfT wanorde een nuttige werkzaamheid ten bate van de zwaar ge- gemeenschap konden verrichten. Een criterium voor de behande- sisc\VbLTte z din9e2f nen.bleek namdijk de hoeveeIheid Indone- ch bloed te zijn, die in hun aderen vloeide. Hoe meer Indonesische 49 voorouders zij konden aantoonen, hoe beter in den regel de behandeling der Japanners. Het behoeft geen betoog, dat deze aangelegenheid vooral voor de instandhouding van de belangrijke Indo-Europeesche gemeen schap van groot belang was. Immers, alles wat als volbloed Nederlander werd aangemerkt, werd opgevat, onderging althans een behandeling grootendeels analoog aan die der Joden in Nederland. Om nu de zoo noodige Indonesische voorouders te kunnen opsporen, was de 400.000 eenheden tellende gegealogische fiches-verzameling van het Landsarchief onontbeerlijk. Het bezoek aan het archief is ook nooit zoo groot geweest als in die dagen. Weken van 900 bezoekers waren geen zeldzaamheid meer; het personeel dat ik hier gaarne een woord van hulde voor hun plichtsbetrachting wil geven -werkte van 's ochtends vroeg tot de duisternis viel om alle aanvragen te kunnen afhandelen. Het kwam al spoedig neer op het samenstellen aan den loopenden band van assal-oesoels, afstammkigslijsten, die merkwaardig genoeg volkomen aanvaardbaar bleken voor de betrokken Japansche instanties. Het is ons altijd mogen gelukken tegenover de Japanners wat wij noemden de wetenschappelijke basis van deze afstammingslijsten te handhaven, en toch aan de aanvragers de „benefit of doubt" van de vaak schamele of vage gegevens te schenken. Zoo heel moeilijk was dit trouwens niet, want de Japanner, belast met het dagelij'ksch toezicht op dit Landsarchief, en ook op het Museum van het Bataviaasch Genootschap, had vóór de invasie het eerzame ambacht van fotograaf uitgeoefend. Japansche belangstelling was er overigens meer dan ons lief was, vooral voor de vrij groote collectie Decima-stukken. Het verbaast mij nog altijd dat die collectie niet naar Japan is versleept. Een jaar na de capitulatie werd het overgebleven Europeesche per soneel van het Landsarchief geïnterneerd, twee ervan hebben in het inter- neeringskamp den dood gevonden. Het vertrouwen, dat ik in het achtergebleven Indonesisch personeel heb gesteld, is niet beschaamd geworden. Na de bevrijding was het nog op zijn post en waren de verzamelingen ongeschonden. Er viel zelfs nog een aanwinst te constateeren. In het gebouw van de Algemeene Secretarie te Buitenzorg was n.l. de Kempetai, de Japansche Gestapo, onderge bracht; het daar bewaarde belangrijke regeeringsarchief was zonder verder toezicht in enkele localen opgestapeld. Den hierboven genoemden Japanschen fotograaf heb ik kunnen bewegen om vrachtauto's beschikbaar te stellen voor de overbrenging van deze archieven naar het Lands archief; na mijn interneering is dit werk voortgezet door het Inheemsche personeel en dusdoende is een belangrijk deel van het centrale regee ringsarchief in veiligheid gebracht. Hoe is het nu met het Landsarchief gesteld? Het archief staat thans onder beheer van een republikeinsche instantie van wetenschappelijk kaliber, gevestigd in het Museum van het Bataviaasch Genootschap. Dit betreft alleen het toezicht; aan het archief zelf zijn geen wetenschappe lijke krachten verbonden. Daar is het Indonesisch personeel van vroeger nog met de verzorging belast. Zooals ik al vermelde, zijn er praktisch

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1947 | | pagina 28