7o
22
samen om het Bredasche gemeente-archief tot een der meest geraad
pleegde in den lande te maken.
Het meeste droeg juffrouw Mijnssen zelf bij. Hare opgeruimdheid,
dienstvaardigheid en ingeboren lieftalligheid namen de bezoekers voor
haar in. Haar bescheiden en voornaam optreden weerhielden hen, die
daarvan misbruik zouden mogen willen maken. Hare dames-volontairs
hielden van haar om haar tact en belangstelling in persoonlijke zaken.
Zij heeft duizenden in den lande aan zich verplicht. Haar werk was haar
alles en zij maakte het tot iets bijzonders. Het is jammer, dat dit alles zoo
kort heeft mogen duren.
's-Hertogenbosch, April 1946.
J. P. W. A. SMIT.
23
In memoriani Irene Doornbos
In het voorjaar van 1938 maakte een jeugdige Vlissingsche, die zich
tot de geschiedenis aangetrokken gevoelde, haar entree als volontaire op
het Zeeuwsche rijksarchief. Zij hield zich gedurende haar stage bezig
met de bewerking van het archief van de Inspectie van het Lager Onder
wijs in Zeeland arbeid, waarvan het voorloopig resultaat in Mei 1940
in vlammen opging en haalde in het einde van 1939 het radikaal van
archiefambtenaar der 2e klasse. In Februari d.a.v. werd zij voor de halve
w-erkweek aangesteld als assistente van den toenmaligen archivaris van
haar geboortestad, die binnen afzienbaren tijd met pensioen zou gaan; de
andere helft van haar tijd wijdde zij als volontaire nog eenigen tijd aan
net Rijksarchief, waar zij na de ramp aan bibliotheek en handschriften
verzameling heeft gearbeid. En toen de heer Van Grol in het najaar van
1943 wegens het bereiken van de leeftijdsgrens het archivariaat neer
legde, volgde mej. Doornbos hem in deze functie op. Haar taak was het
vóóral van de disjecta membra van hetgeen na het bombardement van
1809 over was gebleven aan Vlissingsche archivalia, een aan de eischen
voldoende beschrijving te vervaardigen, arbeid, waar haar voorganger
nooit toe was gekomen, doch die ter hand genomen worden moest. Met
ijver en met inzicht kweet zij zich van die, gezien het fragmentarische en
verwarde karakter van het Vlissingsche archief, niet gemakkelijke en
ondankbare taak, en ik ben er van overtuigd dat zij die, ware haar het
leven gegund gebleven, tot een goed einde zou hebben gebracht.
Dan, ander lot was voor haar weggelegd. Niet de bestudeering, doch
medewerking aan vorming van Geschiedenis werd haar taak. Gloeiend
van vaderlandsliefde, was zij een actief lid der illegale beweging geworden
en heeft, naar van die zijde is medegedeeld, met name als koerierster
daaraan onschatbare diensten bewezen. Toen direct levensgevaar haar
bedreigde, dook zij onder. Maar dit werd haar noodlottig. Zij werd ziek
en, onvoldoende verzorgd, succombeerde zij den 4 April 1944. Een veel
belovend jong leven werd ontijdig afgesneden, doch al heeft Irene Doorn
bos haar archieftaak niet kunnen volbrengen, zij heeft niet tevergeefs
geleefd en laat een schoone herinnering na bij allen, die haar gekend
hebben.
Ave pia anima, anima candidal
W. S. UNGER.