230
231
Ten dienste van den archivaris staat een 1200 boekdeelen bevattende hand
bibliotheek, waarin hoofdzakelijk literatuur geraadpleegd kan worden over de geschie
denis van Heerlen, van Zuid-Limburg, van het aangrenzend Luiker- en Aker-land en
van het oude hertogdom Brabant.
Kampen. Nu ruim een jaar geleden herdacht mej. C. J. Welcker den dag,
waarop zij voor 25 jaar haar ambt als archivaris der gemeente aanvaardde. De
Zwolsche Courant schreef naar aanleiding van dit feit in haar nummer van 1 Septem
ber 1942 o.a.:
„Mej. Welcker kwam in 1908 ter opleiding bij het gemeentearchief van 's Gra-
venhage, onder leiding van dr. H. E. van Gelder. Hier werkte zij twee jaren en kreeg
vervolgens in 1910 een aanstelling op het Algemeen Rijksarchief te 's Gravenhage
onder prof. dr. H. T. Colenbrander, waar zij inzonderheid werd belast met de werk
zaamheden op de afdeeling Rijksgeschiedkundige püblicatiën. O.m. bewerkte mej.
Welcker hier de briefboeken van de Oost-Indische Compagnie vanaf de grondlegging
tot 1700 en verrichtte zij veel werk voor de Van Linschotenvereeniging.
Met ingang van 1 September 1917 werd mej. Welcker tot gemeente-archivaris
te Kampen benoemd als opvolger van wijlen mr. Nanninga Uiterdijk. Met de liefde
en toewijding, die zij van jongsaf voor het vak bezat, zette zij het werk van haar
voorganger op vruchtbare wijze voort. Door diepgaand en tijdroovend onderzoek wist
zij op verschillende punten de kennis der Kamper geschiedenis te verdiepen. Talrijke
artikelen in de Verslagen en Mededeelingen van de Ver. tot beoefening van Over-
ijsselsch Regt en Geschiedenis, het Ned. Archievenblad, het maandblad van het Gene-
ralogisch-Heraldisch Genootschap „De Ned. Leeuw de Kamper Almanakken en ook
in dit blad leggen daarvan getuigenis af. Haar voornaamste werk is echter het boek
over Hendrik en iBarent Avercamp „schilders tot Campen een belangrijk studiewerk
uitgegeven ter gelegenheid van het 75-jarig bestaan van Overijsselsch Regt en
Geschiedenis.
Van deze vereeniging is mej. Welcker reeds 20 jaren bestuurslid. Het zilveren
jubileum is hedenmiddag op het stadhuis in den kring der ambtenaren herdacht.
Leiden. De klerk A. J. van Rossum Duchattel is verbonden aan het
gemeente-archief te 's Gravenhage en de wetenschappelijke assistente, mej. L. J. Ruys,
aan het Rijksarchief in Overijssel. Benoemd is de heer Drs. J. Taal (I).
Nijmegen. Tot archivaris dezer gemeente is benoemd Dr. A. B. M. de
Jong (I), die reeds als ambtenaar aan het archief verbonden was. In zijn plaats is
tot commies benoemd Dr. P, C. Boeren. (II)
Roermond. Als archivaris dezer gemeente is opqetreden de heer M. H.
J. Smeets. (II)
V e n 1 o. In October 1942 is benoemd tot archivaris, tevens belast met de in
richting van een stedelijk museum, de 'heer Dr. P. C. Boeren. Na zijn benoeming aan het
gemeente-archief te Nijmegen is als archivaris opgetreden de heer C. Th. Kokke. (II)
Vlissingen. Met ingang van 1 November 1943 is den heer H. G. van
Grol eervol ontslag verleend als archivaris en conservator van het stedelijk museum,
welke functie hij gedurende 32 jaren had uitgeoefend. Tot zijn opvolger is benoemd
Mej. I. M. J. Doornbos (II), werkzaam aan dit archief.
Zierikzee. Op 76-jarigen leeftijd is de heer P. D. de Vos, oud-archivaris
te Zierikzee. aldaar overleden. Met hem verdwijnt de laatste der Zeeuwsche archi
varissen. die, zonder een wetenschappelijke opleiding te hebben genoten, door veel
zijdige kennis van hun geboortestad als geroepen waren om dit ambt te bekleeden.
De Kruyter van Goes, Adriaanse van Hulst, Hollestelle van Tolen en thans De Vos
van Zierikzee zij vertegenwoordigen een generatie van archivarissen, waaraan al
wie zich 'bezighoudt met de geschiedenis van Zeeland steeds met dankbaarheid en
erkentelijkheid zal terugdenken.
Geen van hen heeft zooveel in het licht gegeven als de archivaris van Zierikzee,
die, hoewel reeds in 1892 met de zorg voor het gemeente-archief belast, eerst in 1920
officieel tot archivariswerd benoemd.
Ettelijke honderden feuilletons over de geschiedenis van zijn geboortestad en
-eiland in de Zierikzeesche Nieuwsbode leggen van zijn bijzondere kennis getuigenis
af. Men behoeft maar een studie als Zierikzee voor honderd jaar (1922) te lezen,
om te ervaren hoezeer de geschiedenis van Schouwens hoofdstad in haar archivaris
gestalte had gekregen. Daarvan getuigen ook de (anoniem verschenen) Gids voor
Zierikzee en de eilanden Schouwen en Duiveland (1896), Een blik op het ontstaan
en de verdere ontwikkeling van Zierikzee (Oudheidskundig Jaarboek, 1921), de lot
gevallen van Zierikzee, Schouwen en Duiveland in 1813 en 1814, in het Historisch
Gedenkboek 1813, en vele andere publicaties van historischen aard. In samenwerking
met anderen schreef hij de genealogieën van de Zierikzeesche families Van der
Hucht, Teelinck en De Huybert, terwijl zijn zoo bescheiden aangekondigde Kleine
bijdrage tot de kennis van de naaste voorouders en familie van Jacob Cats (De
Nederlandsche Leeuw, 1919) tal van nieuwe gegevens behelst over het voorgeslacht
en de bloedverwanten van den Zeeuwschen voksdichter.
De naam van De Vos zal echter vooral blijven voortleven door zijn standaard
werk over De vroedschap van Zierikzee (1931). Hierin zijn van de tweede helft der
16de eeuw tot 1795 ongeveer 340 vroedschapsleden of raden vermeld, elk met zijn
voor- en nageslacht. N.R.Ct. 11-9-1942.
Zutphen. In plaats van de archivaris, Mej, Dra. W. E. Smelt, die elders
ten werkkring heeft gevonden, is met ingang van 1 September 1943 tot archivaris be
noemd mevrouw M. M. DoorninkHoogenraad (I), te Amersfoort.
Waterschap „De P urm er". De archivaris, de heer G. J. de Goede,
is 2 Sept. 1943 overleden.
Kerke 1 ij ke archieven.
De archivaris der Ned. Herv. kerk, de heer Dr. L. W. A. M. Lasor.der, heeft
op zijn verzoek van de Synode eervol ontslag verkregen uit zijn functie met ingang
van 1 April 1944. Een waardeerend artikel over zijn werk is opgenomen in „Her
vormd Nederland" d.d. 26 Aug. 1943, no. 178.
Particuliere archieven.
Bij den brand, die in den avond van 18 Augustus 1943 het hoofdgebouw van
het kasteel „De Voorst" te Eefde verwoestte, is, met den kostbaren inboedel en de
familieportretten, ook het niet omvangrijke archief met inventaris verloren gegaan.
Vernietiging van archiefstukken.
Bij beschikking van den secretaris-generaal van het departement van Opvoeding.
WTetenschap en Kuituurbescherming werd dezer dagen ingesteld een commissie van
advies inzake vernietiging van archiefstukken. Tot voorzitter werd benoemd mr.
R. Bijlsma, algemeen rijksarchivaris te 's Gravenhage.
Met de instelling van deze commissie neemt de Staat een taak over, welke tot
heden werd verricht door een particuliere commissie van ongeveer dezelfde samen
stelling, in het leven geroepen door de Vereeniging van archivarissen. Zij is bedoeld
als adviescommissie ter voorlichting van de regeeringsorganen bij de schifting van
archiefstukken. De staatsmachine produceert jaarlijks immers een groote hoeveelheid
documenten, welke niet alle bewaard behoeven te blijven. N.R.Ct. 22-1-1943.