ARCHIEVENBLAD
NEDERLANDSCH
56
1940-1941
N° 2
ORGAAN VAN DE VEREENIGING VAN
ARCHIVARISSEN IN NEDERLAND
Archivarissen in gebreke gesteld.
namelijk thans de archiefstukken en is daarbii reeds tot de conclusie gekomen, dat
Kethel ouder moet zijn dan Schiedam I
Uit het Raadsverslag der gemeente Kethel en Spaland,
voorkomende in de Voorwaarts, d.d. 21 Maart 1940.
Vlaardings Volksblad
Afgesloten 15 November 1940.
GOEDGEKEURD BIJ KON. BESLUIT VAN 29 SEPT. 1891
(LAATSTELIJK GEWIJZIGD BIJ KON. BESLUIT VAN 16 APRIL 1920, No. 54)
DE ABONN EM ENTSPRIJS
VAN HETNEDERLANDSCH
ARCHIEVENBLAD BE
DRAAGT PER IAARGANG
F 7.50; VOOR HET BUITEN
LAND F 8.75
DEZE JAARGANG
LOOPT VAN SEP
TEMBER 1940 TOT
SEPTEMBER 1941
BIJDRAGEN VOOR DIT
TIJDSCHRIFT TE ZENDEN
AAN Mr.H.C.HAZEWINKEL,
ARCHIVARIS DER GE
MEENTE ROTTERDAM,
ESSCHENLAAN 79
Onder den titel: „De medewerking der Archieven" heeft de heer
C. Pama in No. 2 van het maandblad van het Nederlandsche Verbond
voor Sibbekunde, „Sibbe", gemeend zich tot tolk te moeten maken
van de steeds talrijker wordende schare van lieden, die zich nood
gedwongen ter verkrijging van de vereischte afstammingsdocumenten,
tot ambtenaren van den Burgerlijken Stand en archivarissen hebben
gewend en „in zeer vele gevallen" van de laatstgenoemden nul op
het request zouden hebben gekregen.
Dagelijks", zoo schrijft hij o. m., „krijgen wij meer klachten van
menschen, wier brieven, ook na herhaald verzoek, onbeantwoord
bleven. Steeds meer hooren wij van bepaalde onwelwillendheid, van
een sturen van het kastje naar de muur en andere tegenwerking.
Het toppunt vormt echter wel de mededeeling, dat men in verschil
lende archieven het plotseling noodig heeft gevonden de doop-,
trouw- en begraafboeken en dergelijke bescheiden van sibbekundig
belang, op een onbereikbare plaats op te bergen z.g. tegen oorlogs-
sc hade, in werkelijkheid echter om van de aanvragen af te zijn.
Wij hopen oprecht, dat de betrokken ambtenaren hun vreemde manier
van handelen zullen herzien en zich hun taak in dezen tijd bewust
mogen worden. Mochten zij echter in hun houding blijven volharden,
dan spreekt het wel van zelf, dat het Verbond niet aarzelen zal, in
het belang van het sibbekundig onderzoek, bij het betrokken depar
tement de stappen te ondernemen, die het noodig acht
Nederlandsch Archievenblad 1940—1941 5