136
137
missielid aangewezen. De redactie van de overzichten van de grootere gemeentelijke
archiefbewaarplaatsen (samengesteld door de beheerders) is als taak toegewezen aan
Mr. B. VAN 'T HOFF te Deventer, die daarbii de medewerking van Mejuffrouw M. M.
HOOGENRAAD zal hebben, terwijl Dr. FORMSMA het verzamelen en redigeeren van de
overzichten van de kleinere gemeentearchieven (provinciegewijs) zal ter handnemen.
Mr. A. LE COSQUINO DE BtlSSY te Amsterdam zal over dit alles zijn wakend oog
laten gaan.
Koloniale archieven.
Curagao. De heer P. NOORDENBOS, wien een regeling van de verzorging
der nieuwe Curagaosche archieven opgedragen is, vertelt daarvan in No. 26 van het
maandblad „Gemeentelijke Documentatie en Secretarie-organisatie". Hij heeft in de
eerste plaats weten te bereiken, dat van gouvernementswege regels omtrent kwaliteit
en formaat van het voor administratieve doeleinden te gebruiken papier vastgesteld
zijn, welke normalisatie een groote besparing opgeleverd heeft. Vervolgens is een
aanvang gemaakt met de toepassing van het dossierstelsel voor de ordening van het
Gouvernementsarchief. Te dien aanzien heeft de Gouverneur goedgevonden:
1°. Te bepalen, dat met ingang van 1 (anuari 1939 de ordening van het archief
van het Gouvernement Curagao en van den Gezaghebber van Aruba zal geschieden
op den grondslag eener zaaksgewijze ordening, waarbij gebruik wordt gemaakt van het
vanwege het Registratuurbureau der Vereeniging van Nederlandsche Gemeenten te
's-Gravenhage samengestelde registratuurplan voor het Gebiedsdeel Curagao;
2°. Te bepalen, dat het sub 1°. bedoelde stelsel van archiefordening tevens,
voor zooveel noodig, wordt toegepast voor de ordening van de archieven der Gou
vernementsdiensten, waarvoor de Hoofden van dienst zich voor zoover dit nog
niet heeft plaats gevonden - zoo spoedig mogelijk in verbinding stellen met den
Directeur van het Registratuurbureau voornoemd;
3°. De Gezaghebbers van Bonaire en de Bovenwindsche eilanden, zoomede de
Districtsmeesters uit te noodigen zich vóór 1 Maart 1939 eveneens in verbinding te
stellen met genoemden Directeur voor eene regeling van de verzorging van het
archief hunner administratie;
4°. Den commies ter Gouvernements-secretarie F. CORVER aan te wijzen
als Algemeen Registrator, belast met de verzorging van het archief van het Gouver
nement Curagao, aan wien tevens wordt opgedragen het toezicht op de archieven
van de Diensten, de Gezaghebbers en de Districtsmeesters, een en ander volgens
nader vast te stellen instructie.
De tekst dezer instructie is afgedrukt in No. 27 van bovengenoemd maandblad.
Kerkelijke archieven.
Ned. Hervormde Kerk. Onder groote belangstelling heeft Dr. L. W. A M.
LASONDER, archivaris bij de Algemeene Synode der Ned. Hervormde Kerk op 25 Fe
bruari in huize Voorhout te 's-Gravenhage zijn 60sten verjaardag gevierd.
R. K. Kerk. In „De Tijd" van 19 Maart 1939 troffen we de volgende
mededeeling aan
Parochie-archieven.
Pater A. MUNSTERS M. S. C. wijst in „De Maasgouw" op het belang van en de
belangstelling voor oude parochiearchieven
Wel zelden zullen de oude parochieregisters van ons gewest zich in zulk een
levendige belangstelling van niet-historici hebben mogen verheugen als thans het
geval is. Er zijn Limburgsche parochies, waar geen week voorbijgaat, zonder dat uit
een naburig land meerdere, gewoonlijk zeer vage aanvragen binnenkomen om gegevens
over den stamboom van een bepaalde familie, met bijvoeging dat men die kosteloos
moet verstrekken,
Overigens hebben die registers gewoonlijk slechts de belangstelling van genea
logen en historici, waarvoor zij van groote waarde zijn, omdat zij niet enkel de
familiebanden doen kennen, maar ook zeer belangrijke ethnographische gegevens
bevatten en bovendien voor de plaatselijke geschiedenis soms verrassende en be
trouwbare toelichtingen verschaffen. Om deze bron van geschiedenis volledig te doen
rendeeren, bestaat er sinds enkele jaren een Bureau voor Historische Demographie,
ondergebracht in het Algemeen Rijksarchief te 's-Gravenhage, dat zich ten doei stelt:
al die oude gegevens van den burgerlijken stand over te schrijven en daarop een
kaartsysteem in te richten. Wie den tijd te zijner beschikking heeft zal hieraan
nuttige diensten kunnen bewijzen.
Van de praktische waarde van inkomstenregisters, lijsten van stichtingen en
parochieele verplichtingen is men gemakkelijk overtuigd. Waar dit echter nog in
kerkelijke voorschriften vastgelegd moest worden, zal men begrijpen, dat het bijhouden
van een burgerlijken stand niet zoo voor iedereen vanzelfsprekend was. Algemeene
bepalingen omtrent doop- en huwelijksregisters werden voor het eerst getroffen door
het Concilie van Trente in 1563, voornamelijk om een nauwkeurige controle te krijgen
op de bloedverwantschap, die door huwelijk en huwelijkszegen, en op de geestelijke
verwantschap, die door het peterschap bij het Doopsel ontstaat.
De praktische invoering en naleving was echter met die algemeene verplichting
nog niet onmiddellijk bereikt. In de bisdommen Roermond en Luik werden de bepa
lingen in de diocesane statuten opgenomen op het einde van de 16e en in het begin
der 17e eeuw. Men kan er de doorwerking van het groote Concilie aan meten. De
Statuten van het Aartsdiakonaat Kempenland, waartoe o.a. Stein behoorde, bepaalden
in 1612, dat de pastoors een doop-, huwelijks- en doodenregister moesten aanleggen.
Dat was een halve eeuw na de bepaling van Trente. Het zal nogmaals een halve
eeuw duren voor die bepaling algemeene praktijk is.
Slechts weinige parochiekerken zullen waarschijnlijk die oude registers nog be
zitten. Sommige zijn verloren gegaan door verslijt en zorgeloosheid. Het grootste
aandeel aan de verdwijning echter hebben de Franschen gehad, die sinds 1796 alle
doopregisters opeischten. Zoo zijn vele parochies daarvan beroofd, SEBASTIAAN BARON,
pastoor te Urmond van 1803-1833, noteert einde 1817, dat hij uit de oude inkomsten
registers enkele stichtingsoorkonden overschrijft, omdat die registers zelf door het
bestuur opgeëischt werden. Doop- of huwelijksregisters, enz. van vóór 1800 zijn dan
in Urmond ook niet meer aanwezig.
In Elsloo werden de registers van den burgerlijken stand in 1801 vernieuwd door
Pastoor KeRCKHOFFS. Als reden daarvoor geeft hij op de tijdsomstandigheden en
den slechten staat waarin de registers verkeeren. Waar de oorspronkelijke later
gebleven zijn, is ons onbekend. De Martinusparochie te Stein bezit nog al haar oor
spronkelijke registers vanaf 1680. Dit is te merkwaardiger, omdat het archief niet
ongestoord bewaard bleef. Zoo bezit de Kerk slechts een inkomstenregister, beginnend
in het jaar 1708. Een ander, beginnend in het jaar 1739, bevindt zich in het Staats
archief te Brussel (n. 18761) en een van 1793 in het Rijksarchief te Maastricht.
Buitenlandsche archieven.
Een nieuw Staatsarchief in Marburg. - Dezen herfst is het mo
dernste Duitsche archiefgebouw ingewijd, het Staatsarchief in Marburg. De belangrijke
archieven zijn van hun oude bewaarplaats in het hoog gelegen slot verhuisd naar het
in het zuidwestelijke gedeelte van de stad opgetrokken nieuwe gebouw. In verband