128 Het zal nuttig zijn, alvorens iets over de bestanddeelen van deze aanwinst mede te deelen, de oorsprong en de werkwijze van de Nederlandsche Overzee Trustmaatschappij in de herinnering te brengen. Wijlen de oud minister Mr. M. W. F. Treub wijdt in zijn werk „Oorlogs tijd een aantal bladzijden aan dit lichaam, waarnaar wij belangstel lenden meenen te mogen verwijzen. In het kort komt de tot stand koming op het volgende neer. Korten tijd na het uitbreken van den oorlog, den 21 sten September 1914, hadden enkele vooraanstaande personen uit de kringen van het Bankwezen en de Scheepvaart een „Commissie voor den Nederlandschen Handel" geconstitueerd, met het doel de Nederlandsche handelaars voor te lichten omtrent hetgeen in verband met den ingetreden oorlogs toestand als geoorloofd en als niet geoorloofd zou zijn te beschouwen. Aan deze Commissie werd alras van alle zijden om raad gevraagd. Toen het nu in het najaar van 1914 duidelijk werd, dat door ver schillende bepalingen van de zijde van Engeland en van Frankrijk onze overzeesche handel dreigde vast te loopen, is in den boezem der Commissie de gedachte geuit, om een naamlooze vennootschap op te richten, waaraan de handel zijn van overzee komende goederen zou kunnen consigneeren. De N. V. zou het karakter van Trustee tegenover de oorlogvoerende rijken moeten hebben, om te waken, dat de ingevoerde goederen alleen voor binnenlandsch verbruik zouden worden aangewend, of in bepaalde gevallen zouden kunnen worden uitgevoerd naar andere neutrale landen. Na meerdere onderhandelingen kwam op den 24sten November 1914 de acte tot stand, waarbij de Nederlandsche Overzee Trust maatschappij, spoedig algemeen bekend als de N. O. T,, werd opgericht. Medio Januari 1915 waren alle voorbereidingen zoover gereed, dat de nieuwe N.V. haar deuren voor het publiek kon openstellen. Blijkens de statuten werd het doel als volgt omschreven„Het doel der vennootschap is het verleenen van hare tusschenkomst in den ruimsten zin des woords ten behoeve van Nederlandsche koop lieden of Nederlandsche vennootschappen van koophandel ter ver zekering van den ongestoorden aanvoer van overzee van artikelen, welke door oorlogvoerende Mogendheden tot absolute dan wel tot conditioneele contrabande zijn verklaard of daartoe alsnog verklaard zouden kunnen worden. Het doen van eenigerlei zaken voor eigen rekening is uitdrukkelijk uitgesloten. „Reeds na enkele maanden moest deze omschrijving worden verruimd; zij luidde toen als volgt: Het doel der vennootschap is het verleenen van hare tusschenkomst in den ruimsten zin des woords ten behoeve van Nederlandsche koop heden of Nederlandsche vennootschappen van koophandel, teneinde, ondanks den bestaanden oorlogstoestand, den ongestoorden aanvoer 129 en uitvoer van goederen zooveel mogelijk te verzekeren. Het doen van eenigerlei zaken voor eigen rekening is uitgesloten". Hieruit blijkt dus, dat voortaan de N. O. T. haar medewerking zou kunnen verleenen niet alleen voor goederen, welke overzee werden aange voerd, dus hoofdzakelijk goederen van Engelschen of Franschen oorsprong, doch ook voor goederen uit andere landen; bovendien zou zij medewerking kunnen verleenen bij den uitvoer van goederen, en tenslotte was het begrip contrabande uit de doelstelling verdwenen. Het arbeidsveld van de N. O. T. was derhalve aanmerkelijk uitgebreid. Zelden of nooit zal het in Nederlandsche handelskringen zijn voor gekomen, dat een lichaam korten tijd na zijn oprichting zulk een omvang heeft gekregen als de N. O. T. Begonnen met een kantoor, bestaande uit twee kamers, breidde de N. O. T. zich in enkele jaren uit tot een instelling, welke tenslotte 1000 man in dienst had, verdeeld over een 18tal kantoorgebouwen, voor het overgroote deel in de residentie gevestigd. Het is te begrijpen, dat de groei der archieven gelijken tred hield met de plaats vindende uitbreiding. Teneinde een overzicht te krijgen van deze zoo snel gevormde archieven dienen hier allereerst de hoofdafdeelingen van de N. O. T. in logische volgorde te worden genoemd. Het zijn: a. De afdeeling Contracten b. De afdeeling Garanties; c. De afdeeling Consenten; d. De afdeeling Cognossementen. Naast deze algemeene afdeelingen, welke voor alle goederen golden, treft men aan a. Afdeelingen, welke betrekking hadden op den in- of uitvoer van een bepaald artikel of van een groep van artikelen, en b. Afdeelingen, welke een algemeen karakter droegen, bijv. de Contróle-afdeeling, of de Kas en Boekhouding. Onder de directe leiding van een „Uitvoerende Commissie", als gemachtigde van den „Raad van Bestuur", werkte de afdeeling „Algemeene Zaken", welke de algemeene werkzaamheid der afdeelingen in de practijk leidde. Bovendien waren er nog verschillende N. O. T. Commissies, die ook in twee soorten waren te verdeelen, te weten a. Commissies, die de functie van een afdeeling hadden en als zoodanig een zelfstandig afgeronde taak hadden met betrekking tot een bepaald artikel, een bepaald doel of tot bepaalde werkzaamheden. Als voorbeelden kunnen worden genoemd resp. de Controle-commissies voor Koffie, Kina, Tabak, de Commissie voor de Scheepvaart, en de Commissie voor Nederlandsche Overzeesche Belangen. b. Commissies, die als adviseur van de N. O. T. optraden met

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1937 | | pagina 12