14 Lijst der geschriften van Prof. Mr. R. Fruin De vijfde en laatste onderafdeeling heeft uitsluitend betrekking W. Moll. 1886-1936 Toen het Bestuur van de Vereeniging van Archivarissen had besloten, ter eere van de nagedachtenis van het betreurde Eerelid en ten gerieve van velen, een zooveel mogelijk volledige lijst der geschriften van Prof. Fruin te publiceeren, bleek deze taak een betrekkelijk eenvoudige. Want de schrijver zelf had in twee cahiers 483 geschriften, ver schenen in het verloop van nagenoeg een halve eeuw, aangeteekend. De groote nauwkeurigheid van den geleerde is waarborg dat deze zelf samengestelde opgave geheel volledig is. Inderdaad is zulks zonder meer aangenomen en is tevens alles door den Heer Fruin zelf aangeteekend als geschrift beschouwd, hoewel er enkele be richtjes van luttele regels en korte ingezonden stukken in dag- en weekbladen onder voorkomen. Bovendien zijn vier titels opgenomen van posthume artikelen, die eerst in 1936 het licht hebben gezien, of nog zullen zien. In totaal worden hier dus 487 titels gegeven. In de cahiers van den Heer Fruin waren de titels chronologisch volgens den datum van het verschijnen der geschriften vermeld. Deze volgorde is door een systematische vervangen, daar zulks, zooals geen nader betoog behoeft, de bruikbaarheid der lijst ten zeerste verhoogt. De titels werden over zeven afdeelingen verdeeld. Ten eerste een afdeeling Archiefwezen, waarin 290 titels, aanmerkelijk meer dus dan de helft, een plaats konden vinden. Maar daardoor was onder verdeeling noodzakelijk. Men treft dus eerst aan de onderafdeeling Inventarissen en beschrijvingen van archieven en aan verwante verzamelingen, waarin deze geschriften werden ge scheiden naar hun ontstaan tijdens de ambtsvervulling van den schrijver in Utrecht, in Zeeland en aan het Algemeen Rijks archief. De tweede onderafdeeling bevat Verslagen van archie ven en betreffende het archiefwezen, de derde stukken over bepaalde Archiefambtenaren. Het bleek wenschelijk de vierde onderafdeeling Archiefzaken verder te splitsen in acht rubrieken n.l. De Archiefwet, De Hand leiding, Het archiefwezen in het algemeen, Kerkelijke archieven, Private archieven, Film-archieven, Het archivarisambt en de opleiding daartoe en tenslotte Internationaal en b u i t e n l a n d sc h archiefwezen. 15 op onze Vereeniging. Daarin zijn Prof. Fruin's toespraken als Voor zitter bijeen gebracht. Op de grootste hoofdafdeeling volgen er betreffende Chrono logie, Genealogie, en Palaeografie en diplomatiek. Dan komen Oud-vaderlandsch recht en geschiedenis, de laatste weer gescheiden in Vaderlandsche en algemeene geschiedenis en Oude en bijbelsche geschiedenis. Ten slotte bleek een afdeeling Varia, die overigens slechts 15 titels behoefde te omvatten, niet gemist te kunnen worden. Zoo werd, meenen wij, een tamelijk overzichtelijk geheel ver kregen, waarin men zonder te veel moeite zal kunnen vinden wat men zoekt. Bij de bewerking werd zeer veel steun ondervonden niet alleen van de familie Fruin, maar vooral van het lid der redactie-commissie jhr. Mr. D. P. M. Graswinckel, die evenals de redacteur Dr. Lasonder ook de systematische indeeling geheel doornam. Aan beide heeren is menige verbetering te danken. Naast den Heer Graswinckel waren verscheidene ambtgenooten behulpzaam bij het lastige werk om bij de geschriften het aantal bladzijden te vermelden. Dit is in nagenoeg alle gevallen mogen ge lukken en hierdoor zal de gebruiker met één oogopslag kunnen zien of hij met een boekdeel, een lange of een korte verhandeling te doen heeft. Moge menigeen deze lijst met vrucht gebruiken; hij zal in elk geval met ontzag vervuld worden voor den werkzamen geleerde, die aan den arbeid is gebleven, zoolang en haast langer dan zijn krachten het toelieten.

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1936 | | pagina 14