148 inhoud van het Algemeen Rijksarchief, die ref., na al het voorgaande, buiten bespreking mag laten. il -j_ Hij besluit met den wensch, dat het contact tusschen Algemeene Rijksarchieven bewaard moge blijven. III. IJsland. Met het Rikisskjalasafn (Algemeen Rijksarchief) van dit merkwaardige land, dat sinds den wereldoorlog volkomen ze fstan ig is, en een personeele Unie met Denemarken vormt - het bezit nu te Reykjavik ook een eigen Universiteit - heeft het Algemeen Ri| s- archief geen contact. Ook in dit opzicht met dat oude cultuurl contact te zoeken, - ref. verwijst naar prof. van Hamel s pas ver schenen boek IIsland oud en nieuw - zou aanbevelenswaardig z.)n. IV. Zweden. De bibliotheek van het Algemeen Rijksarchief bevat een aantal werken, betreffende het archiefwezen in Zweden. Zij bezit: A Meddelanden frên Svenska Riksarkivet (mededeelingen uit het Zw R A.) XX-XXIV, 1896-1900; 1-XIX, 1877-1895 ontbreken. Deze nummers zijn reeds besproken door Pro[, gemeld artikel in het Nederlandsch Archievenblad van 1900-1901. BI. Meddelanden frên Svenska Riksarkivet, Ny Följd 1 ^'euwe ic 1—2 1902* 3 6 1903; 7~~8, 1904; 9 11, 1905; 12 14, 1906- 15-16, 1907; 17-18, 1908; 19-21, 1909; 22-24, 1910; 95 27 1911 28-30 1912; 31-32, 1913; 33-35, 1914; 36-38, f9r5 39-41 1916 42-44, 1917; 45-47, 1918; 48-50, 1920; 51 -53, 1922; 54-56, 1923; 57 - 59, 1924 60-62, 1925; 63-65, 1926; 66-70, 1927. Deze zeventig nummers van beperkten omvang zijn in drie groepen verdeeld: R i k s a r k i v a r i e n s (Riksa rkivets) êrsberatte se or 1901-1925 (jaarverslag van den Algemeenen Rijksarchivaris (van het Algemeen Riikse, chief] ove, 1901 - 1925);Han dl inga r Arkivvasendet (handelingen, het archiefwezen betreffende), teckningar en Utredningar (inventarissen en ordeningen en beschrijvingen, artikelen over archiefwetenschap). De eerste twee groepen - jaarverslagen en handelingen - zi)n niet van elkaar te scheiden. De jaarverslagen bespreken in twee 149 hoofdstukken, in het hoofdstuk Riksarkivet, de aanwinsten, het aantal bezoekers, het gebruik, het personeel, de ordening en be schrijving, de publicaties van archivalia men spreekt in Zweden niet, zooals in Noorwegen en Denemarken van „litteraire werk zaamheid" en de localiteiten; in het hoofdstuk Landsarkiven de ingekomen berichten der Rijksarchivarissen in de „Landsar kiven", en houden in het begin der beide hoofdstukken algemeene beschouwingen. Juist deze algemeene beschouwingen in het tweede hoofdstuk onderbreken herhaaldelijk de eentonigheid der relazen; zij betreffen dan de plaats, waar een nieuw huis voor de archieven van het zeer uitgestrekte Norrland het is bijna zoo groot als Frankrijk, maar veel dunner bevolkt te bouwen zou zijn, het archiefdepot van het eigenlijke Zweden, „Svealand", te Upsala is te klein geworden; waarheen het archiefdepot van „Götaland", uit het door ongunstige ligging en gebrek aan traditie minder geschikte Vadstena, waar zonder veel kosten een oud gebouw, dat dan tevens gerestaureerd werd, in gebruik kon worden genomen, zou moeten worden verplaatst; is misschien voor dit groote landschap één archiefdepot niet te weinig, en waar, zoo men tot het oprichten van een nieuw archiefdepot zou besluiten, zou dit tweede te zetten zijn: in Skara of in Göteborg. De eerste vraag, die reeds in het jaarverslag over 1903 ter sprake kwam, was in 1925, bij het ver schijnen van het laatste, nog niet opgelost! Een gemeentebestuur in Norrland Ostersund bood grond aan, plannen worden gemaakt, kosten berekend, locale invloeden werken in de Tweede Kamer; een andere gemeente Harnosand biedt ook grond aan, eerst voor een nieuw archiefdepot, later, om het Rijk kosten te besparen, voor een gebouw, dat zoowel het kadaster als de archieven zou kunnen huisvesten. Maar de Algemeene Rijksarchivaris blijkt voor Ostersund gestemden er gebeurt niets. De tweede vraag is gedeeltelijk opgelost; in 1911 is een nieuw gebouw te Göteborg voor het Westelijk gedeelte in gebruik genomen, nadat de gemeente kosteloos terrein beschikbaar had gesteld en de bezwaren tegen deze plaats: be trekkelijk jonge havenstad, gevaar voor beschieting in oorlogstijd, Skara als oude bisschopsstad te prefereeren, zeker wel vooral door het royale aanbod waren uit den weg geruimd. Maar de rest der archieven van „Götaland" blijft dan nog te Vadstena. In 1914 biedt het gemeentebestuur van de oude bisschopsstad Linköping, het cul tureel centrum van het Oostelijk gedeelte, grond aan, en tevens, uit een hun toegevallen legaat, een bijdrage in de kosten van het zetten van een nieuw archiefdepot; weer plannen, weer kostenberekeningen. Maar in 1918 zijn de bouwkosten zoo gestegen, dat de Regeering niet -ZTl77e eerste twintig jaarverslagen over 1901 -1920 richt de Algemeene Rijks archivaris zich tot den Koning; in de laatste v„f over 1921-1925 tot den mm,ster van Onderwijs en Eeredienst.

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1934 | | pagina 24