136 Correspondentie ontstaan; de map betreffende deze verordening zal soms jaren gebruikt kunnen worden; daarin wordt dan ook alleen opgenomen de correspondentie betreffende de verordening en de wijzigingen daarvan. De map, welke de bezwaarschriften inhoudt, zal b.v. spoedig gevuld zijn. Zoodra dit het geval is, wordt deze map afgesloten en een vervolgmap aangelegd. Nadat het archief geruimen tijd in zijn geheel volgens deze methode geordend is, zal de tijd komen, dat vernietiging van archiefstukken noodig wordt met het oog op de plaatsruimte in de archiefbewaar plaats of met het oog op de omstandigheid, dat het aantal dossiers zoo geweldig groot wordt, dat deze een belemmering vormen voor een goed overzicht van datgene, wat voor de administratie en voor de historie van belang moet worden geacht. Er wordt overgegaan tot vernietiging. Wat gebeurt nu? De stukken, die van weinig belang zijn (in het door mij genoemde geval, b.v. de bezwaarschriften, de kwijtscheldingen, de verminderingen, enz.) komen voor vernietiging in aanmerking. De betrekkelijke dossiers worden uit de verzameling genomen en vernietigd. Geen uitzoeken van stukken is noodig. De selectie van de stukken heeft reeds plaats gehad bij de dossier vorming. Alleen wanneer de vernietiging van stukken geen meerder werk vraagt dan hier is aangegeven, zal regelmatige zuivering van de archieven tot de mogelijkheden behooren. Welke regeling men ook treft bij chronologische ordening van de stukken of bij indeeling van de stukken naar rubrieken of onderwerpen, de vernietiging zal in den regel achterwege blijven tengevolge van de omstandigheid, dat het veel te veel werk vraagt om in deze methoden eene selectie van stukken naar hunne vernietigbaarheid toe te passen. Ten slotte nog een enkele opmerking. Het wil mij n.l. voorkomen, dat er ook ten aanzien van een ander punt in de nieuwere methoden van afchiefordening nog een misverstand kan bestaan. Enkele uitdruk kingen van den heer Muller wijzen in de richting, dat hij de opvatting heeft, dat ieder dossier evenals ieder stuk in de chronologische ordening en in het rubriekenstelsel een eigen nummer moet dragen en dat deze vaste nummering dan een bezwaar kan zijn voor den systematischen uitbouw van het archief en bij de vernietiging van archiefstukken, omdat er dan hiaten ontstaan. Dit is een geheel ver keerde opvatting. Voor de ordening van archieven op den grondslag van het dossierstelsel is het noodig dat wordt samengesteld een registratuurplan, een plan van indeeling van al de onderwerpen, die voor de administratie, waarvoor het archief moet dienen, van belang zijn of kunnen zijn. Dit houdt in, dat een registratuurplan op een breede basis moet worden opgebouwd en dat de groepeering der 137 stukken zoodanig moet zijn, dat daarin gemakkelijk de weg is te vinden en dat daarin steeds weer nieuwe onderwerpen toegevoegd kunnen worden, zonder dat dit afbreuk doet aan het geheel. Een en ander is mogelijk door gebruik te maken van een systematische indee ling en van z.g. decimale cijfergroepen. Hierdoor is een „elastische" indeeling van onderwerpen mogelijk. Nu ontvangt ieder onderwerp in het registratuurplan een (decimale) cijferaanduiding, doch niet ieder dossier. Er kunnen zich verschillende dossiers onder één onderwerpsomschrijving vormen en dit levert in het geheel geen bezwaar op. De cijferaanduiding op het dossier geeft aan tot welk onderwerp van het registratuurplan het dossier behoort en waar zijn plaats in het archief zal zijn. Vormen zich onder een cijferaanduiding verschillende dossiers, dan kan dit aanleiding geven tot eene splitsing van het onderwerp en tot verdere verdeeling van de betrekkelijke cijfergroep, doch ook is het mogelijk dat een nadere onderverdeeling achterwege blijft, omdat de nadere ordening van de dossiers langs een anderen weg kan geschieden. Zoo is er b.v. in het gemeentelijk registratuurplan één cijfergroep voor alle z.g. personeele dossiers. Deze dossiers alle met dezelfde cijfergroep worden nader gerangschikt naar de namen van het personeel in alphabetische volgorde. Dossiers met bouwvergunningen b.v. (die alle eenzelfde cijfergroep volgens het registratuurplan hebben) kunnen nader worden onderverdeeld naar straatnamen en huisnummers. Zoo is het mogelijk om voor gemeenten van zeer uiteenloopende grootte en geaardheid één en hetzelfde plan van ordening voor het archief te gebruiken, zonder dat dit moeilijkheden oplevert voor de z.g. klassificatieaan- duiding. Mogelijk dat de heer Muller met eene decimale Massificatie heeft kennis gemaakt, waarbij tegen verschillende regels van de moderne archiefverzorging is gezondigd. De praktijk van de ordening van archieven van vele Nederlandsche gemeenten is er om te bewijzen, dat het ook anders en beter kan. P. NOORDENBOS. De Archiefwet en de uitvoering daarvan. De universitaire vorming van den archivaris. Het belangwekkend artikel, dat de heer Steur in de vorige aflevering van ons tijdschrift (bl. 33 39) aan de vooropleiding van wetenschap pelijke archiefambtenaren der eerste en tweede klas wijdt, strekt, meen ik, in hoofdzaak om te betoogen, dat de eisch van een geslaagd doctoraal examen, die thans aan de candidaten voor het radicaal der

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1933 | | pagina 27