111
STAAT VAN HET
N e d e r I a n d sc h e Archiefwezen c. a.
16 Juni 1933.
RIJKSARCHIEVEN.
Bibliothecaris (Klerk): J. A. Bettink.
110
heeft bekleed. Toch trok zijn hart meer naar het archiefwezen; het
was dan ook geen wonder, dat bij de eerste vacature van Algemeen
Rijksarchivaris de regeering de hand legde op Fruin. Zijn benoeming
als zoodanig in 1912 werd dan ook algemeen gewaardeerd; zonder
twijfel heeft zij ook ten volle aan de verwachtingen beantwoord.
Wij zouden te technisch worden, zoo wij in bijzQnderheden wilden
gaan. Maar wel mogen wij constateeren, dat Fruin een geheele
reorganisatie van het Algemeen Rijksarchief tot stand bracht, waardoor
de ordening en de beschrijving veel eenvoudiger en overzichtelijker
kon worden. Zeer groot is dan ook het aantal inventarissen, dat in
deze twintig jaar door Fruin en zijn staf is uitgegeven. Fruin is ook
geweest de stichter der Archiefschool, jammer genoeg reeds als
slachtoffer der bezuiniging gevallen, al liet men de daaraan verbonden
examens bestaan. Fruin was het ook, die de wat onhandelbaar ge
worden archiefverslagen verbeterde en hervormde, die de inspectie
der rijksarchieven tot een werkelijkheid maakte, die geregelde be
trekkingen aanknoopte met buitenlandsche archieven En daarbij bleef
zijn zuiver wetenschappelijk werk doorgaantal van publicaties zagen
geregeld het licht. Zoo kan men veilig zeggen, dat hij in velerlei
opzicht de meeste van zijn voorgangers overtreft. Met één uitzondering,
die Fruin zelf onmiddellijk zal erkennenBakhuizen van den Brink. Maar
erkennende, dat deze geniale historicus hem te boven ging, moet
men toch ook dadelijk erkennen, dat Fruin als archivaris gerust naast
Bakhuizen kan worden gesteld. Fruin heeft eens de gestie van Bakhuizen
in een zeer zakelijk geschrift uitgebeeldheeft hij de verwantschap
gevoeld met dezen energieken organisator, dezen rusteloozen ont
dekker, dezen suggestieven beschrijver? Het is inderdaad geen kleine
eer voor Fruin, dat deze vergelijking zich aan ons opdringt."
Ten slotte nog in het kort hier ter plaatse enkele biographica
over den nieuw opgetreden Algemeenen Rijksarchivaris Mr. R. Biilsma.
Geboren in 1880 te Lochem, studeerde hij aan de Rijksuniversiteit te
Utrecht, waar hij in 1903 in de rechtswetenschap promoveerde. Van
dat jaar af tot 1916 was hij verbonden aan het Gemeentearchief te
Rotterdam eerst als adjunct-commies, daarna als adjunct-archivaris.
In 1916 ging hij in Rijksdienst over en sedert dat jaar was hij
werkzaam aan het Algemeen Rijksarchief eerst als Hoofdcommies-
chartermeester aan de Afdeeling der Koloniale en Marine-archieven,
daarna als Archivaris, Chef van de Afdeeling der Generaliteit,
bij welke Afdeeling na het aftreden van Dr. de Hullu in 1924 ook
de Afdeeling der Koloniale en Marine-archieven werd gevoegd.
De vele archiefpublicaties van Mr. Biilsma mag men bij de lezers
van dit blad bekend veronderstellen. Daarnaast vond Mr. Biilsma
gelegenheid te Rotterdam zijn groote werk te schrijven: Rotterdam's
Welvaren 1550—1650, en zoowel te Rotterdam als te 's-Gravenhage
verschillende bijdragen van zijn hand in historische tijdschriften, met
name, in verband met zijn werkzaamheden aan de Koloniale Afdeeling
van het Algemeen Rijksarchief, ook in de West-Indische Gids, te
doen verschijnen.
Moge het den nieuwen leider van ons archiefwezen gegeven zijn
vele jaren zijn krachten aan zijn omvangrijke taak te geven en moge
Prof. Fruin met onverzwakte geestkracht nog menig jaar getuige
daarvan kunnen zijn. L. L.
N.B. De namen van de Leden van de Vereeniging van Archivarissen
in Nederland zijn gespatieerd gedrukt.
(I) achter den naam beteekent: iri het bezit van het radicaal van wetenschappelijk
archiefambtenaar der eerste klasse.
(II) achter den naam beteekent: in het bezit van het radicaal van wetenschappelijk
archiefambtenaar der tweede klasse.
vóór den naam van de instelling beteekent dat, volgens de Beschikking van
den Minister van O., K. en W. van 10 November 1923 Izie R. FRUIN, De Archiefwet
1918, Derde Stuk, blz. 38) archiefbeheerders verplicht zi|n op aanvrage archiefstukken
naar die instelling uit te leenen.
Algemeen Riiksarchief te 's-Gravenhage.
Algemeen Rijksarchivaris: Mr. R. Bijlsma (I).
Algemeen Beheer.
Secretaresse (Commies-chartermeester): Mej. Dr.a E. H. Korvezee(l).
Klerk: C. G. H. Bloemen.
Leeszaal.
HoofdcommiesH. Brouwer (II).
Zegel verzameling.
Chartermeester (Commies): Mej. Mr. E. C. M. Prins (I).
Bibliotheek.