194 de volgende kaart, die stellig jonger is dan de eerste verwoesting van Vredendaal. Men mag dus Perk S meening wel voor juist houden en de kaart op 1526 of iets vroeger dateeren. Maar dan geeft zij aanleiding tot enkele opmerkingen. In het „Bouck van den Behoeften ende Necessiteiten van der Rekencamer in den Hage 1516—1551" komen twee posten voor, die in verband met de onderhavige kaart de aandacht verdienen Zij luiden „Jan de Pape, scilder, bet. bij ordonnancie in date XlIIIe in Novembri XXV om een kaerte gemaict te hebben van Goylant, mitsgaders voir zijn ryse, tsyen zyne guit. oick XII Jan de Pape, schilder, bet. bij bevel van der earner van een caerte, bij hem gemaict van de gelegentheit van Goylant in Januario XXV stilo curie Hollandie HU X s." Hieruit blijkt dus, dat ook van Hollandsche zijde een kaart ge maakt is, die in Januari 1526 gereed was. Om de chronologie zou dat de ronde kaart kunnen zijn. Maar toch is dit niet waarschijnlijk te achten, aangezien dan in Holland juist zoo'n kaart vervaardigd zou zijn, als Hortensius van de Stichtenaars beschrijft. Men zal, dunkt mij, het dichtst de waarheid benaderen, als men aanneemt, dat de kaart van Jan de Pape thans verloren is. Meer kans is er, dat onze kaart bedoeld is in de volgende post in de rekening van het Stuivergeld van 1524: „Item uuyt bevel der Staten gegeven Goert die Greeff, die schilder, om een caerte te maicken van den veenen ende watergangen van den gesticht II gl."2). Dan zouden wij Goort de Greeff, van wien, naar ik meen, verder niets bekend is, als den maker van onze kaart mogen beschouwen en deze op 1524 mogen dateeren. Maar zekerheid daaromtrent ontbreekt. Op den Amersfoortschen Berg vertoont de ronde kaart twee raderen op staken, die het gerecht van Amersfoort verbeelden. Dit geeft geen nadere dateering van de kaart, want het oudste bericht erover is eerst van 1550. Evenwel blijkt uit dat bericht, dat het ge recht toen reeds langen tijd bestond3). Uit de aanduiding op de kaart volgt, dat het er reeds in 1526 moet geweest zijn. De kaart van Jan de Pape is de eenige niet, die verloren is ge gaan. Op 19 Juni 1532 gaf het Hof van Utrecht commissie aan Jan 1) Algemeen Rijksarchief, Rekenkamer, Auditeur 15, fol. 15 en 16; slordig afge drukt in: De Navorscher XX (1870) 86. 2) Dr. I. G. Avis was zoo vriendelijk deze plaats uit het Rijksarchief in Utrecht te mijner kennis te brengen. 3) H. Martin, De Galgenberg te Amersfoort, in: laarboekje van „Oud- Utrecht' IV (1927) 171.

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1932 | | pagina 35