185 muur, bijvoorbeeld van de Sacristie, was gemetseld. Beide kasten zijn dan, mogelijk bij de uitbreiding van het kerkgebouw, welke in het laatst der 15e eeuw heeft plaats gevonden, uit den muur gebroken waarin zij oorspronkelijk zaten, waarna de eene in een muur der in 1497 gebouwde Huiszittenkapel is gemetseld en de andere „boven in de Oude Kerck" in een nis der IJzeren Kapel is geplaatst. Het stadswapen waarmede de deur der kast is ontsierd werd er ver moedelijk pas in den loop der 19e eeuw op geschilderd. W. F. H. OLDEWELT. De oudste kaarten van Gooiland en zijn grensgebieden. Zou er wel één andere streek in ons vaderland zijn, waar zoo voortdurend door de eeuwen heen getwist is over het bezit en het gebruik van den bodem als in Gooiland? Sinds in de tiende eeuw graaf WlCHMAN de abdij van Elten met goederen in Naardingerland begiftigde en zijn dochter Adela en zijn schoonzoon Balderik daad werkelijk tegen die schenking opkwamen, totdat, na de troebelen in het begin van onze eeuw, de Erfgooierswet van 1912 rechtszekerheid en daardoor rust in het Gooi bracht, zijn de tusschenliggende eeuwen vervuld geweest van geschillen en processen. Het rijkst daaraan waren de tweede helft der vijftiende en de eerste helft der zestiende eeuw, toen tot in hoogste instantie uitgevochten werd, wien de grond in Gooiland toebehoorde, den landsheer of den Gooiers, en gerechtelijk de grenzen vastgesteld werden, die Gooiland van het omringende Stichtsche land scheidden. Deze laatste processen gaven aanleiding tot het in kaart brengen van de betwiste grensgebieden en daaraan danken wij de enkele kaarten en schetsen, die ons uit dien tijd over geleverd zijn. Deze vormen het onderwerp van de hier volgende studie. Vooraf moge ik den lezer waarschuwen, dat ik mij niet aan geogra fische conclusies zal wagen. Mijn doel is de kaarten zoo nauwkeurig mogelijk te dateeren en na te gaan, welke gevolgtrekkingen van histo risch en vooral rechtshistorisch, belang zij veroorloven. Voor de dateering van deze kaarten heb ik gebruik gemaakt, behalve van gedrukte, ook van eenige ongedrukte bescheiden, bewaard in het Algemeen Rijksarchief die eerst beschreven dienen te worden. Ik bedoel de verslagen van de nasporingen nopens de grenzen van Algemeen Rijksarchief, Grafelijkheid van Holland, Rekenkamer, no. 755f.

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1932 | | pagina 28