79 78 stukken in de gemeente-archieven, te herzien heeft de Minister, nadat de Gedeputeerde Staten van de onderscheidene provinciën daaromtrent advies hadden uitgebracht, deze aangelegenheid ook aan de Ver- eeniging van Nederlandsche Gemeenten voorgelegd om kennis te dragen van hare beschouwingen daaromtrent. De Vereeniging heeft gemeend dit punt tot een onderwerp van bespreking te moeten maken in de archiefcommissie, door haar ingesteld. Het rapport der commissie is voor de Vereeniging de leidraad geweest voor de samenstelling van een ontwerp voor een geheel nieuwe lijst. De praktijk had geleerd, dat de bezwaren tegen de lijst van 1908 niet alleen hun oorzaak vonden in de omstandigheid, dat in de lijst tal van categorieën van stukken niet genoemd werden, doch dat de onvoldoende zuivering van de archieven van onbelangrijke stukken hoofdzakelijk haar oorzaak vond in de omstandigheid dat de aan duiding dezer stukken dikwijls zeer onduidelijk en onvolledig was. In de eerste plaats is dan ook onderzocht op welke wijze de gebreken van de bestaande regeling konden verholpen worden. Daarbij bleek, dat er bezwaren waren van drieërlei aard. In de eerste plaats was de aanduiding der vernietigbare stukken te veel gebaseerd op bestaande (wettelijke) voorschriften, waardoor de toestand was ontstaan, dat na wijziging van deze voorschriften de aanduiding onvolledig was geworden. In de tweede plaats was in de bestaande lijst de omschrijving der stukken van dien aard, dat deze aanleiding gaf tot twijfel, wat tengevolge had dat óf de vernietiging geheel achterwege bleef óf dat meer werd vernietigd dan wenschelijk moet worden geacht. In de derde plaats en dit was wel het grootste bezwaar gaf de lijst eene aanduiding van stukken met behulp van alphabetisch gerangschikte trefwoorden. Een alphabetische rangschikking kan in vele gevallen duidelijk en eenvoudig zijn, wanneer zij wordt gebezigd b.v. voor de aanduiding van eigennamen (persoons- en plaatsnamen) doch voor de aanduiding van stukken naar hun inhoud, voor de aanduiding derhalve van onderwerpen vooral ten behoeve van eene voor alle gemeenten geldende aanduiding is het gebruik van trefwoorden ongeschikt. Behalve dat voor de aanduiding van een enkel onderwerp verschillende trefwoorden kunnen worden gebezigd bij de keuze waarvan men zich bovendien geheel laat leiden door willekeur is het ook onmogelijk eene duidelijke onderwerps- omschrijving, eene nauwkeurige aanduiding van de stukken te geven, wanneer deze aanduiding moet geschieden met behulp van enkele woorden. Voor de aanduiding van de voor vernietiging in aanmerking komende stukken in eene lijst, die toepassing moet vinden voor de archieven van alle Nederlandsche gemeenten, is het noodig dat deze stukken duidelijk en nauwkeurig worden omschreven. Dit is niet mogelijk wanneer men gebruik gaat maken van trefwoorden; noodig is eene systematische indeeling die een logisch en samenhangend verband in deze onderwerpen schept. In de aanduiding van de onder werpen met behulp van alphabetisch geordende trefwoorden werd dan ook een onoverkomelijk bezwaar gezien met betrekking tot de samenstelling van een bruikbare lijst. Daarom diende de bestaande indeeling te worden prijs gegeven en eene geheel nieuwe lijst te worden samengesteld, waarbij tot grondslag zou worden genomen eene systematische indeeling van de onderwerpen der gemeentelijke bemoeiingen. Zulk een indeeling kan eene duidelijke aanduiding geven van de in de lijst opgenomen stukken en past zich bovendien veel beter aan bij de meer en meer gevolgd wordende nieuwere methode van archiefordening, n.l. de toepassing van het dossierstelsel. Bovendien werd het van groot belang geacht dat bij deze systematische indeeling aansluiting werd gezocht aan soortgelijke indeelingen, opdat de grootst mogelijke uniformiteit in de aanduiding van de onderwerpen dei- gemeentelijke bemoeiingen kon worden betracht. Een en ander heeft er toe geleid, dat een ontwerp-lijst door de commissie is samengesteld, die vrijwel ongewijzigd is overgenomen en vastgesteld bij besluit van den Minister van Binnenlandsche Zaken en Landbouw van 13 Februari 1928, no. 1013, Afdeeling B.B. Deze lijst heeft het eerste resultaat opgeleverd van eene samen werking tusschen de verzorgers van de oude en de nieuwere archieven. Met zorg is een keuze gedaan uit de geweldige hoeveelheid corres pondentie waaruit de archieven van den tegenwoordigen tijd zijn samengesteld. De noodzakelijkheid van eene behoorlijke „reiniging" der archieven wordt algemeen erkend, doch ook bestaat de over tuiging dat zulks met zorg moet geschieden. En dat dit is geschied door samenwerking, waardoor het mogelijk werd te letten èn op de eischen der administratie èn op die van de historie, is zeker van groot belang te achten. Bij de samenstelling van de lijst is uitgegaan van de gedachte, dat zij zal moeten dienen voor de vernietiging van stukken uit het archief dat zich gaat vormen en dat zij voor het reeds gevormde archief slechts geldt voor zoover zij daarop van toepassing kan zijn. Voor zoover er zich in het reeds gevormde archief stukken bevinden, die voor vernietiging in aanmerking komen en niet genoemd zijn in de nieuwe lijst, zou naar het oordeel der commissie de bestaande lijst van kracht kunnen blijven. De Minister heeft evenwel bij vorengenoemd besluit van 13 Februari 1928 de oude lijst (van

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1931 | | pagina 17