138
en die in bijna onafgebroken reeks vanaf 1432 bewaard zijn (slechts
twee delen zijn bij de brand van Augustus 1914 verloren gegaan).
Zeker nog belangrijker is de reeks van documenten, hier ondergebracht
onder „La doctrine enseignée et les controverses" van de Theologiese
Faculteit, waarin de strijd tegen het Protestantisme, het Jansenisme
en Quesnelisme rijk vertegenwoordigd is. Het schijnt echter, dat de
strijd met Erasmus niet in t archief zijn neerslag heeft gevonden,
tenminste daar heeft Prof. de Vocht vergeefs naar gezocht. Tenslotte
worden hier genoemd vele documenten van de Faculté des Arts
(de andere faculteiten hebben lang niet zulke uitgebreide archieven);
acta van het bestuur en stukken over handhaving der orthodoxie en
de strijd tegen de „systèmes erronés de Philosophie"de Acta
dateren reeds uit de 15e eeuw, de beide andere uit 't einde der
17e en uit de 18e eeuw. - Een derde gebied, waarop uit dit archief
veel licht verspreid kan worden, is het economiese. De colleges,
zoowel als de andere fundaties, hebben hun bezittingen, bestaande
in stadshuizen, landerijen en renten, en hiervan zijn allerlei documenten
bewaard, de charters, waarbij het bezit werd overgedragen, de opsomming
der bezittingen in later tijd en vooral ook een groot aantal rekeningen
over deze eigendommen. Deze alle zijn van zeer oude datum; blijkbaar
werden met de goederen zelf ook alle daarop betrekking hebbende
papieren overgegeven, zodat b.v. onder de bezittingen van het
„Grand collége du Saint-Esprit" charters voorkomen uit 1347. Verreweg
het meeste is echter uit de 17e en 18e eeuw. Komen onder deze
„economiese" documenten ook vele voor uit Noord-Nederland, van
meer-speciaal Zuid-Nederlandsche betekenis is de rijke schat van
gegevens, die opgeleverd worden door de archieven, welke betrekking
hebben op de handhaving der privileges van de Universiteit. Zij had
haar eigen rechtspraak en is dus in vele processen gemoeid geweest,
maar had ook exemptie van alle belastingen en in deze afdeling
is veel, wat voor het sociale en financiële van een laatmiddeleeuwse
en 17e en 18e eeuwse stad dat van betekenis is. In haar „Cave de
Vin had zij zelfs een geheel eigen verkoopsbedrijf van wijn en bier.
Natuurlik bevatten de archieven ook oneindig veel over onderwijs
zaken. Zo zal dunkt mij menig Nederlands (Groot- of Klein-) historicus
deze archieven, nu zij zo overzichtelik geordend zijn door de buiten
gewone toewijding van Prof. de Vocht, met succes raadplegen. Het
is nogmaals een bewijs, hoe rijk het Brusselse Algemene Rijksarchief is.
Daar is nog heel veel inventariseringswerk te verrichten, maar daar
is ook nu al veel te vinden, wat men elders vergeefs zoekt.
H. A. ENNO VAN GELDER.
139
Nordwest Europas Verkehr, Handel und Gewerbe im fiiihen
Mittehalter von Paul Kletler (Deutsche Kultur, wissenscliaftliche ArDeiten
von der Universiteit in Wien, herausgegeben von W. Brecht und A.
Dopsch, historische Reihe. geleitet von Alfons Dopsch). Wien, Ostei-
reichischer Schulbücherverlag.
In dit werkje van geringen omvang de tekst omvat 174 blad
zijden - vat de auteur alles samen, wat in afzonderlijke publicaties
en in tijdschriftartikelen reeds over bovengenoemd onderwerp ver
schenen is, voegt er de resultaten van zijn eigen onderzoekingen bij,
en is er in geslaagd een levendig beeld te schetsen van handel en
nijverheid van Noordwest Europa in het tijdperk, omvattende de jaren
600— 1000.
Het terrein was voor hem reeds terdege onderzocht. Juist over
deze periode van den handel zijn vele publicaties verschenen, doch
het waren allen detailstudies, betrekking hebbende, hetzij op een
gedeelte van Noordwest-Europa, hetzij omvattende een kleiner tijds
bestek uit bovengenoemd tijdperk.
De verdienste van den schrijver bestaat vooral hierin, dat hij al
hetgeen gepubliceerd was samengevat heeft, het ontbrekende door
eigen grondige studie aangevuld heeft en het geheel gemaakt heeft
tot een logisch ingedeelde, goed geschreven en gedocumenteerde
handelsgeschiedenis van Noordwest Europa.
Bovenal strekt het den schrijver tot verdienste, dat hij de tailooze
min of meer belangrijke feiten, de beschrijving van de vele handels
plaatsen, handelswegen, industrieën enz. geplaatst heeft in de om
lijsting van den tijd. Zeer aantrekkelijk en aanschouwelijk schildert hij
in breede trekken de politieke, godsdienstige, cultureele ontwikkeling
van Noordwest Europa fraai beschrijft hij onder meer de godsdienstige
en intellectueele wisselwerking tusschen Ierland, Engeland eener- en
het vaste land van Europa en vooral Rome anderzijds. In deze breede
omlijsting springen de meer gedetailleerde beschrijvingen van handels
plaatsen, handelswegen, industrieën te scherper naar voren.
Wie iets wil weten over handel en nijverheid van Noordwest
Europa van 600-1000 heeft in den vervolge slechts het boekje van
Kletler te raadplegen. De schrijver is een zeer betrouwbare gids op
dit zoo moeilijk begaanbaar terrein.
Hierboven heb ik reeds gezegd, dat de schrijver niet alleen de
reeds verschenen publicaties gebruikt heeft, doch nagenoeg alle be
reikbare bronnen heeft hij aangeboord en critisch onderzocht.
Natuurlijk blijven er vragen onbeantwoord en kwesties onopgelost,
of liever, de schrijver is deze eenigszins uit den weg gegaan. In de