136 LEIDEN, Gemeente-Archief. 1. Testament van Symon filius Florentii de Endegheest dd. 16 Febr. 1402, waarin legaten voorkomen ten bate van de papelijke prove en de fabriek der kerk van Reynsburch (Archieven van de Gasthuizen, inv. 371. Vgl. Cart. A fol. 64). 2. Oorkonde van Clemeyns van der Horst, abdis van Rijnsburg (1411—1432), dd. 4 Sept. 1415 betreffende de aflossing van een rente van 4 pond 2 schelling ten laste van het Sinte Katrynengasthuis (Origineel en een afschrift, Archieven van de Gasthuizen, inv. 917. Het afschrift in cart. B, blz. 181). 3. Oorkonde van Maria van Tautenburg, abdis van Rijnsburg (1535—1552) en haar convent, en van de gasthuismeesters van Sinte Katrinengasthuis betreffende ruiling van land dd. 17 April 1536 (Afschrift; sign. cart. B, blz. 296). MIDDELBURG, Rijksarchief. 1. Drie oorkonden, nl. van Jan van Nassau, elect van Utrecht, dd. 20 Mei 127/; van Aleid, abdis van Rijnsburg, dd. Juni 1277 (geen dagdatum); van Floris V, dd. 20 Sept. 1277, alle drie betrekking hebbende op den verkoop van land door de abdij van Rijnsburg aan die van Middelburg (Afschriften; inv. n. 34 fol. XLIX b; n. 33 fol. L). 2. Twee oorkonden, nl. van Willem Claesz. van Oostkapelle e.a., en van den Provisor en Deken van Walcheren, resp. dd. 19 en 23 Jan. 1399, betreffende landbezit van de abdis van Rijnsburg op Walcheren (Origineeleninv. n. 91 en 241). 3. Acte van dagvaarding van de Staten, betreffende het geschil van den rentmeester van Bewesten Schelde en de pachters van landerijen van het klooster te Rijnsburg over zekere heffing, dd. 26 April 1552 (Orig. Inv. n. 38). MIDDELBURG, Gemeente-Archief. Memorie, betreffende den verkoop van het huis en de landen van Rijnsburg op het eiland Walcheren aan Alexander van Haultain, wiens, vrouw, Margareta van Berchem, conventuale te Rijnsburg was geweest, dd. 21 Aug. 1579 (Afschrift. Register: Oude charters en brieven n. 65). 137 UTRECHT, Rijksarchief. 1. Vier oorkonden, waarvan de eerste drie betrekking hebben op de afzetting van Catharina van Reimerswaal, abdis van Rijnsburg (1396— 1401en de keuze van haar opvolgster Margareta van Buyren, dd. 20 Dec. 1401 (2 brieven) en 7 Jan. 1402. De vierde betreft den terugkeer der Rijnsburgsche conventuale Margareta van Uppelen uit de abdij van Dikninge naar Rijnsburg, dd. 1 Jan. 1403 (Afschriften. Archief der bisschoppen van Utrecht, reg. n. 10, fol. 19a-b, 20a-b, 63b. Formulare tempore Friderici de Blankenhem). 2. Schrijven van den elect Philips aan het convent van Rijnsburg, waardoor hij Mariken Fransdochter voordraagt om opgenomen te worden in de abdij, d.d. 18 Jan. 1518 (Afschrift. Reg. n. 258, fol. 32). 3. Eenige posten in de Rekeningen van den Vicaris-Generaal van het bisdom Utrecht, betreffende de kerk en de abdis van Rijnsburg, uit de jaren 1529-1569 (Archief der Bisschoppen van Utrecht). UTRECHT, Universiteitsbibliotheek. Verzameling van documenten betreffende de privilegiën en de goederen van de abdij van Rijnsburch uit de jaren 1199—1686, afge schreven door Ant. Matthaeus (Afschriften; cod. 1253 vol. VI pag. 929-953 en 985-1128). WARMOND, Groot-Seminarie. 1. Vijf oorkonden uit de jaren 1403, 1437, 1450, 1451 en 1560 (Origineelen. Sign. Charters 65, 66, 40, 41, 67). 2. Verschillende origineele brieven (papier), notarieele acten (inventarissen, extracten) en oude copieën, dateerende uit de jaren 1496-1619 (sign, 93 G 29). Zie ook onder n. 7, Vgl. J. C. OVERVOORDE, Gemeente-Archief, Leiden. Archieven van de Gasthuizen, Inventarissen en Regestenlijsten Leiden 1913), Regesten van liet Sinte Catharina-Gasthuis n. 272 (blz. 242 v.), n. 369 (blz. 262) en n. 1099 (blz. 417). Vgl. R. FRUIN, Het Archief der O. L. Vr. Abdij te Middelburg ('s-Graven- hage 1902), reg. nn. 69, 70, 72, 651, 652. Vgl. R. FRUIN, Het Archief van Prelaat en Edelen van Zeeland s-Graven- hage 1904), reg. n. 501, blz. 160. Vgl. J. H, DE STOPPELAAR, Inventaris van het Oud-Archief der stad Mid delburg 1217-1581 (Middelburg 1883), n. 2819, 4e afd. blz. 192. Vgl. S. Muller Fz., Regesten van het Archief der Bisschoppen van Utrecht 722-1528, II Utrecht 1918) nn. 1710, 1711, 1713, 1724 en III (Utrecht 1919), n. 5395. Zie over deze rekeningen: Mr. S. MULLER FZ., Gatalogus van het Archief der Bisschoppen van Utrecht Utrecht 1906) blz. 30, n. 230 en blz. 69, n. 544. Vgl. P. M. GRIIPINK: Kerkelijk Register op de Rekeningen van den Vicaris- Generaal van het Bisdom Utrecht in Bijdragen voor de Gesch. v. h. Bisdom Haarlem, dl. 40 (1920/21), i. v. Rijnsburch, blz. 161 v. De verzameling telt 64 afschriften. Op pag. 1075 bevindt zich een brief, dd. 13 Maart 1380, die hoewel „ex Archivis Claustri Rijnsburgensis" (p. 985) opgenomen, in geen betrekking staat tot de abdij. Enkele van deze afschriften komen niet voor onder de door VAN ALKEMADE, Riinsburg I gemaakte copieën (vgl. i- v. Warmond), doch van bijna allen zijn de origineelen bekend. Vgl. (P. A. TlELE), Catalogus codicum manu scriptorum bibliothecae Univer- sitatis Rheno- Trajectinae (II (Trajecti ad Rhenum 1887), nr. 1253, vol. VI.

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1928 | | pagina 37