192
van de inventarisatie door den agent De Hevde van het jaar 1656,
waar zij omschreven staan als:
33=27. Placaten, ordonnantiën, stucken ende andere minumenten
wanneer bij de Staten het Gouvernement is aangenomen beginnende
met Junio 1581.
35=28. Instructie tot verandering van de guamisoenen in Gel
derland 1582.
36 29. Executie van beeden en subventien als bij de Hertogen
ende Graven van de Nederlanden t'allen tijden is gedaan 1582.
38 31. Nieuwe commissien gegeven door Franpois, Hertog van
Alengon, bij aenvaerdinge van t' Gouvernement der Nederlanden 1582.
De aldus omschreven stukken komen niet voor op den inventaris
van het archief der Staten-Generaal, vervaardigd door den agent
endrick Verburch in 1635; en evenmin kent deze inventaris Iiaspakken
loopende stukken vóór 1590, die eerst vermeld staan op den inven
taris door De Hevde van 1656. Bij het onderzoek der bescheiden
in de Iiaspakken loopende stukken vóór 1590 kon geconstateerd
worden, dat op deze bescheiden door Cornelis de Heyde dateeringen
in dorso waren aangebracht. Een en ander leidde tot de conclusie,
dat de Iiaspakken van vóór 1590 door De Hevde waren gevormd en wel
rrZOOals ,nacJer. k100^ c'oor samenvoeging van papieren van de
griffie-administratie, van die der AssEUERS-collectie, en van de stukken
der Hoogduitsche secretarie.
De aanwijzingen, ontleend aan de inventarissen van 1635 en 1656
en aan de Iiaspakken uit de periode vóór 1590, nopen nu tot de
gevolgtrekking, dat de AssELiERS-papieren eerst in 1656 met het
griffie-archief zijn vermengd; voordien hebben zij dus eene afzon
derlijke collectie gevormd. Daarbij kan tevens worden aangegeven,
wanneer zij naar de griffie der Staten-Generaal zijn overgebracht;
dit is blijkbaar geschied ter uitvoering van een resolutie der Staten-
Generaal van 5 September 1584, onmiddellijk na AsSeliers overlijden
genomen, waarbij gecommitteerden worden benoemd tot het segues-
treeren der stukken, achtergelaten door den audiencier Asseliers,
vermits zij „de Generaliteyt aengaen".
Wij bepalen ons nu verder tot de bescheiden, behoorend tot de
administratie der audience over de maanden Mei Augustus 1581.
In de Brusselsche verzameling worden dergelijke stukken aangetroffen
in den band, gemerkt: Dépêches des Rebelles lr Janvier au 15
Septembre 1581. (Papiers d Etat et de l'Audience no. 554) en in den
band gemerkt Patentes des Rebelles Mai a Décembre 1581. (Papiers
d'Etat et de l'Audience no. 578), welke stukken in de 19de eeuw
gefolieerd en gebonden zijn. Voor de te 's-Gravenhage berustende
193
bescheiden der audience blijven wij aangewezen op het dossier in de
loketkas, afdeeling loopende stukken no. 33. Ter aanvulling van de
gegevens der audience-bescheiden verschaffen voorts de resolutiën
der Staten-Generaal gegevens, waaruit wij de wijze, waarop in deze
periode de audience hare werkzaamheid heeft verricht, kunnen
leeren kennen.
Beginnen wij met het bedrijf van den audiencier Asseliers zelf in
dit tijdsbestek na te gaan.
Onder dateering van 15 Mei 1581 teekende Aartshertog Matthias
te Antwerpen de akte, waarbij hij afstand deed van het gouvernement
over de Nederlanden. De Staatsraad Leoninus, de hofmeester van Zijne
Hoogheid, Anthoine de Lalaing, heer van La Mouillerie, en de audien-
dier Asseliers werden denzelfden dag gemachtigd, deze akte aan de
Staten-Generaal over te geven. Op 24 Mei 1581 vroegen zij daartoe
audiëntie aan bij de Staten-Generaal, destijds vergaderd te Amster
dam, die de gedeputeerden den volgende dag ontvingen. Matthias'
renuntiatie van het gouvernement werd door de Staten-Generaal
geaccepteerd en zijn decharge bepaald bij resolutie van 7 Juni;
tegelijk besloten de Staten, dat de Generaliteit met Zijne Vorstelijke
Genade (dus de Staten-Generaal met den Prins van Oranje) het
gouvernement der Nederlanden zouden aannemen, totdat de Land
raad zoude zijn opgesteld en de Hertog van Anjou de Nederlanden
zoude aangenomen hebben. Den dag daarna ontvingen de Staten-
Generaal van den Prins van Oranje mededeeling, dat hij de resolutie
betreffende het gouvernement goedkeurde, maar dat hij zich excu
seerde het gouvernement met de Staten aan te nemen.
Het duurde tot 11 Juli 1581 voordat de Staten-Generaal, die in
de laatste week van Juni hunne vergadering van Amsterdam naar
's-Gravenhage hadden overgebracht, besloten, dat de akte van accep
tatie, ontworpen op de renuntiatie van het gouvernement van de
Nederlanden, gedaan door Zijne Hoogheid, zoude uitgereikt worden
aan diens gezanten, in dier voege als dezelve akte was luidende in
de minuut. In het stuk werd eene verandering aangebracht op 17 Juli
1581 (gelijk in de Staten-resolutiën van dien dag vermeld staat) en
ten slotte werd de text der akte, gewijzigd volgens Matthias' wensch,
vastgesteld bij resolutie der Staten-Generaal van 28 Juli 1581.
Bij de ambtsnederlegging van den Gouverneur-generaal sloten de
leden van de Raad van State zich in Juni aan. In de vergadering der
Staten-Generaal van 19 Juni 1581 deelde raadsheer Leoninus mede,
dat hij, ingevolge het overgeven door Zijne Hoogheid van het gou
vernement-generaal van de Geüniëerde Nederlanden en de acceptatie
daarvan door de Staten-Generaal, voor zich en zijne medeleden in