40
standigheid, dat de opeenvolgende secretarissen den bouw van het
archief eerst moesten bestudeeren, wilden zij in staat zijn om in
de zoo ingewikkelde administratie van al deze particuliere testamenten,
stichtingen en kapitalen, waarvan Parnassiem met de uitvoering belast
zijn, den weg te kunnen vinden, hier behouden bleef.
Toch zou een goede inventaris, zooals onlangs Dr. N. Japikse
terecht opmerkte, gewenscht blijven, want dit archief moge voor
't algemeen historisch oogpunt niet zóó belangrijk zijn, als vermoed
werd, toch zijn hier de bronnen opgestapeld van de kennis van het
belangrijk Joodsch cultuurcentrum, dat hier in de 17de eeuw was, als
voornaamste Joodsche Gemeenschap ter wereld en voor de dochter
gemeenten in Brazilië, Suriname, Curagao, N.-Amerika, Engeland en
Hamburg.
Ook voor het eveneens in de Portugeesche taal gestelde archief
der Portug. Israël. Gemeente in Den Haag is dit gewenscht. Thans
is het ontoegankelijk, alhoewel het vrij veilig opgeborgen ligt achter
in de synagoge aan de Princessegracht. Wellicht kunnen dan ook
eens de archieven van de Portugeesche Gemeente van Curagao aan
de beurt komen
Maar dit behoort m.i. toch achteraan te komen. Eerst behooren
die archieven gered te worden, wier bestaan onmiddellijk op 't spel
staan: de oude Jiddische archieven in Nederland, Hun veiligheid moet
eerst verzekerd wordeneerst daarna kan de inventarisatie-arbeid ter
hand genomen worden en vervolgens het uitgeven der stukken. Wel
licht is de mogelijkheid niet uitgesloten, dat de nog overgebleven
Pinkasboeken, de bronnen van het innerlijk leven en volontaire juris
dictie der Hoogduitsche Joden in de 17de en 18de eeuw, nog eens
in een der serieën der Rijks Geschiedkundige Publicatiën zullen ver
schijnen.
Maar allereerst blijve het beginselredden wat er nog te redden
valt! Daartoe biedt ons de archiefordening de gelegenheid, door
11, waarbij den besturen bevoegdheid wordt gegeven, hun archieven
aan Rijks- en Gemeentearchief-bewaarplaats in bruikleen aan te bieden,
onder goedkeuring der Permanente Commissie.
Ik acht deze oplossing zeer gelukkig, omdat zij de mogelijkheid
voor de toekomst openlaat, dat eventueel de door mij voorgestane
centralisatie niet behoeft te worden uitgesloten. Zij lost de urgente
kwestie op van de noodzakelijke overbrenging der archieven van deze
verdwenen of schijnbaar bestaande Joodsche Gemeenten.
Zoo is practisch de toestand der Joodsche archieven in Neder-
41
land. Dringend noodig lijkt mij thans een dezer beide oplossingen.
1e. Het Nederlandsch-Israëlietisch kerkgenootschap wende zich
tot de regeering met verzoek een inspecteur voor de Israëlitisch
Kerkelijke archieven te willen aanstellen, op den voet, zooals het
eenige jaren geleden aan het Ned. Hervormd Kerkgenootschap is
vergund in den persoon van Dr. L. W. A. M. Lasonder.
2e. Het Nederlandsch Israëlietisch Kerkgenootschap vrage de
Regeering subsidie, teneinde een inspecteur aan te stellen tot het
behoud van de Kerkelijke archieven der Israëlietische Gemeenten in
Nederland,
Natuurlijk moet deze functionaris eenig begrip van moderne
wetenschappelijke archiefinventarisatie hebben, opdat hij na 't inspec-
teeren in staat is zich met de inventarisatie van de aan de respec
tieve depóts overgedragen Jiddische archieven te belasten, terwijl
natuurlijk eenige kennis van de geschiedenis der Joden in Nederland
onontbeerlijk is. Zoo niet een der beide wetenschappelijke archiefamb-
tenaarsgraden geeischt wordt, dan zou zulk een functionaris meer
negatieven dan positieven arbeid verrichten.
Ik weet het, wij leven in een tijd van bezuiniging. Toch blijf ik
aandringen op een spoedige uitvoering van een dezer twee punten,
die de oplossing omvatten, die mij de meest rationeele lijkt voor het
onmiddellijk behoud der Joodsche archieven in Nederlland.
JAC. ZWARTS.
Naschrift. Op 3 September werd de „Bond van Nederl.
Israël, gemeenten in Nederland" geconstitueerd, die zich hoofdzakelijk
ten doel stelt: „Het bevorderen van de uniformiteit bij de uitvoering
der Centrale Commissie van het Nederl. Israël. Kerkgenootschap."
De Voorzitter Dr. M. Wolf lichtte deze bepaling toe, door op
te merken, dat zij bedoelt de gemeenten bij te staan „bij de be
scheiden, zooals de archieven der gemeenten".
Wellicht kan zij met Rijkssteun een ambtenaar aanstellen, die
aan mijn desiderata kan tegemoetkomen. Wellicht kan zulk een ambte
naar in gelijke richting werken als het „Gesamtarchiv der Deutsche
Juden waarin alle akten en stukken van gemeente- en familie-archieven,
die verloren dreigden te gaan, zijn vereenigd, al zou ik hier voor-
loopig slechts overbrenging naar de Provinciale archiefdepóts wenschen.
Het „Gesamtarchiv" deed mooi werkJaarlijksch gaf het »Mit-
teilungen" uit; een oorkondenboek der Duitsche Joden in de Middel
eeuwen is in voorbereiding, eveneens het verzamelen en publiceeren
van de oude grafopschriften der eeuwenoude Joodsche begraafplaatsen.
Wij missen nog altijd een oorkondenboek der Joden in de Neder
landen tijdens de middeleeuwen; het belangrijke gebied der geschie-
V Zie het naschrift.