172 1918 in druk verschenen. Alleen is aan de tweede uitgave een zeer welkome index toegevoegd. De uitgevers, de Erven B. van der Kamp, zonden aan ons blad een recensie-exemplaar. Beter dan om hiervoor een recensent te zoeken of zelf het boek te bespreken de eerste uitgave is trouwens in den jaargang 1898/99, blz. 114 vlg. uitvoerig besproken door den heer Flament kwam het de redactie voor om in de eerstvolgende aflevering naast de rubriek: De Archiefwet en hare uitvoering een rubriek te openen; De Handleiding en hare practische toepassing. In die rubriek kunnen dan worden opgenomen de bezwaren, opmerkingen en nieuwe voorbeelden, waartoe het gebruik der Handleiding aanleiding kan geven, en waarnaar reeds in den jaargang 1915—1916, blz. 174, toen nog het plan bestond een herziene uitgave te doen ver schijnen, door de beide overlevenden der oorspronkelijke bewerkers gevraagd werd. Thans bestaat er nog te meer grond* om dergelijke inzendingen te verwachten, nu het aantal personen, die de Handleiding dagelijks bij hun werk gebruiken, steeds stijgende is, en de redactie houdt zich dan ook voor b ij dragen voor de nieuwe rubriek, kleine en groot e, ten zeerste aanbevolen. Benoeming van een gemeente-archivaris te Gouda. Door het Bestuur is het volgende verzoekschrift verzonden aan den Raad der gemeente Gouda: „Geven met verschuldigden eerbied te kennende ondergeteekenden Mr. Dr. J. C. Overvoorde, archivaris der gemeente Leiden, en Dr. E. Wiersum, archivaris der gemeente Rotterdam, vertegenwoordigende het Bestuur der Vereeniging van archivarissen in Nederland, respectievelijk als ondervoorzitter en secretaris dat zij met belangstelling uitzien naar de vervulling der vacature van archivaris uwer gemeente, ontstaan door het aftreden als zoodanig, reeds eenigen tijd geleden, van Dr. J. Huges, wetenschappelijk archiefambtenaar eerste klasse dat zij het zeer op prijs zouden stellen, indien uw college zou willen besluiten, om in zijne plaats weder iemand te benoemen, die eveneens het radicaal van wetenschappelijk archiefambtenaar eerste klasse bezit of mocht dit bezwaarlijk blijken met machtiging van den Minister van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen, iemand die het radicaal van weten schappelijk archiefambtenaar tweede klasse bezit dat zij, hoe uwe beslissing in dezen ook moge uitvallen, Uw college op de wenschelijkheid willen wijzen, om in elk geval het ambt zoo in te richten, dat de te benoemen archivaris zich geheel aan zijn taak zal kunnen wijden, of althans het archiefwerk als zijn hoofdtaak zal moeten beschouwen, ook al mocht deze regeling de gemeente op eenige financieele opoffering komen te staan 173 dat zij zich veroorloven, hierop bij uw college aan te dringen, omdat bij aanstelling van iemand, die zijn archivarisambt als bijbetrekking zou waarnemen, het belangrijke archief Uwer gemeente niet voldoende tot zijn recht zou komende langdurige ziekte van den afgetreden archivaris maakt het dubbel noodzakelijk, dat thans eindelijk afdoende maatregelen worden getroffen, opdat hetgeen tot dusverre door bijzondere omstandigheden ach terwege is gebleven, thans eindelijk tot stand kome, namelijk eene zoo danige organisatie van het archief, dat zijne schatten dagelijks zonder moeite onder deskundige leiding te raadplegen zijn. 't Welk doende enz. DL°!de?- November 1921. J- C. OVERVOORDE. Rotterdam E WIERSUM." Nieuwe leden. Volgens art. 7 van het Reglement zijn door het Bestuur als nieuwe leden aangenomen Mej. J. IJperlaan te Delft en de Heeren Jhr. Mr. D. P. M. Graswinckel te Zwolle, L. Kruyff te 's-Hertogenbosch, Ds. H. Makkink te Alkmaar en M. van der Waerden te Eindhoven. Verslag van de dertigste jaarvergadering. De vergadering werd gehouden op Zaterdag 3 September 1921 in „Ons Huis" te Zutphen. Aanwezig waren 16 leden De Voorzitter, Prof. Mr. R. Fruin brengt het jaarverslag uit, dat hierachter in zijn geheel is opgenomen. Naar aanleiding van de passage over vrijdom van port voor rijks archivarissen wijst Dr. Wiersum op de wenschelijkheid om ook voor gemeente-archivarissen dien vrijdom te verkrijgen. Volgens den Voorzitter zal op vervulling van dien wensch voorloopig niet veel kans bestaan. De Heeren Lasonder en Meilink hebben schriftelijk rapport uitgebracht over hunne werkzaamheden betreffende den Archiefgids. De Heer Fruin doet zulks mondeling over den voortgang van het Handboek der Chrono logie, waarvan de spoedige uitgave nog zeer onzeker is. Beide commissies worden diligent verklaard. Daarna brengt de Heer Gimbero namens Kasopnemers rapport uit over de Rekening en Verantwoording van de Penningmeesteres. Ze hebben alles in orde bevonden. De ontvangsten bedragen ƒ873 37'/ji, de uit gaven 408.84'/i- Het batig saldo is derhalve ƒ464.53. De Penning meesteres en de Kasnazieners worden onder dankbetuiging gedechargeerd. Bij de bestuursverkiezing herinnert de Voorzitter er aan, dat Dr. Heerinoa niet herkiesbaar is. De overige bestuursleden Mej. Visscher en de Heeren Fruin, Overvoorde en Wiersum worden met nagenoeg alge-

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1921 | | pagina 2