152 Nijmegen. De archieflokalen in het Gemeentehuis zijn in goeden staat, veranderingen waren niet noodig. Rotterdam. De archivaris klaagt over de geringe ruimte, thans in het depot meer beschikbaar. Reeds zijn in de doorgangen hulp kasten bijgeplaatst en is alle ruimte in het depót door kasten ingenomen. Hij spreekt den wensch uit, dat het nieuwe Stadhuis, zoodra de archief bewaarplaats daar gereed zal zijn, weer een deel van het nieuw- archief moge overnemen. Schiedam. Over den toestand der lokaliteiten zijn geen opmer kingen te maken. Door doelmatiger en intenser verwarming werd met gunstig resultaat tegen vocht opgetreden. Vlaardingen. De archivaris klaagt over plaatsgebrek, waardoor de stukken dikwijls niet gemakkelijk te vinden zijn. V1 i s si n g e n. Het archief is door den Minister van Binnenlandsche zaken bij schrijven van 16 December 1916 aangewezen als te be- hooren tot die openbare inrichtingen, waarheen archiefstukken van het Rijk zonder nadere machtiging kunnen worden verzonden. IV. Beschrijving der verzamelingen. Alkmaar. De drievoudige klapper op de omvangrijke onderaf deling „Eigendomsbewijzen" en daarmee de geheele afdeeling „Perkamenten en Papieren" van den inventaris van het archief, werd voltooid. Thans is de klapper op de afdeeling „Boeken en Banden" aan de beurt. Amsterdam. Aan de regeling en beschrijving van de oudste notarieele protokollen werd gewerkt. Deels werd aangevangen met de oudste stukken en registers sedert 1578, deels, met die na 1653. Tevens werd begonnen met het vervaardigen van een klapper op de in de akten voorkomende persoonsnamen, terwijl ook op de onder werpen een klapper werd aangelegd. De regeling van het omvangrijke archief van het Burgerweeshuis had plaats. De reorganisatie van de stukken, beschreven in het 2e deel van den ouden inventaris, vorderde dit jaar slechts over de letter D, doch gold tevens vele dossiers onder latere letters, die in de nieuwe regeling hun plaats vonden. Het werk aan de Weeskamer had zeer weinig voortgang. Aan de kaartencollectie van de doopakten kon dit jaar minder tijd worden gegeven. De kaarten over de akten van 1736—1740 werden lexico grafisch geregeld en het afschrijven van de akten over de jaren 1731 1735 werd vervolgd. De kaartencollectie over de gehuwden en ingeboren poorterschappen kwam met die over 1655 gereed, na welk jaar de groote poorter- 153 registers tot 1811 aanwezig zijn. De collectie tot 1655 wacht nu haar lexicografische ordening. Arnhem. Met de algemeene herschikking, vergelijking met de oude staten en inventaris, en opmaking van een overzicht van nog niet overgebrachte bescheiden van het geheele oud-archief van vóór het jaar 1860 is voortgegaan. Verschillende overbrengingen vonden plaats. Een aantal bescheiden ontbreken nog. De opmaking van een proces-verbaal der opneming van het oud-archief tot einde 1859 is nog verschoven. Brielle. Het vervaardigen van aanteekeningen ten behoeve van het gemeente-archief uit het archief der Brielsche notarissen, hetwelk zich in het Algemeen Rijksarchief bevindt, werd voltooid. Die aan teekeningen, loopende over de jaren 1626—1811, vullen drie deelen. Aan de vervaardiging van Personen- en Zaak-registers daarop wordt thans druk gearbeid. Delft. De beschrijving van het archief tusschen 1815 en 1895 kwam vrijwel gereed. Deventer. Het archief der in 1518 opgerichte achtenkamer werd geïnventariseerd. Dordrecht. Een index werd vervaardigd op een trouwregister van 1672—1679, zoodat de trouwakten van 1672— 1691, aansluitende aan de Huwelijksregisters van schepenen van 1691—1812, nu gemak kelijk kunnen worden geraadpleegd. Het deel vóór 1672 werd in bewerking genomen. Voorts werd een index gemaakt op de doodenlijsten der Wees kamer, beginnende bij 1684, zoodat nu een doodenlijst van 1684 1700, aansluitende aan het register op het begraven in klassen van 1790 tot 1805, is verkregen. Ook op enkele Weesboeken en deelen van de rechterlijke archie ven werden klappers gemaakt. Bovendien zijn uit de kerk-rekeningen doodenlijsten van 1588—1628 opgemaakt, die evenwel door het ont breken van rekeningen niet volledig zijn. Het op kaarten brengen der doopboeken stond dit jaar stil. Afgewerkt zijn hiervan de jaren 1754 1608 en 16141619. Eindhoven. Met de verdere ordening van het archief werd doorgegaan. Goes. Met de regeling van de archieven der voormalige gilden werd een begin gemaakt. Gouda. De samenstelling van een nieuwen inventaris werd voorbereid. 's-Gravenhage. De bewerking der klappers op de trouw boeken is gevorderd tot 1780, zoodat in 1917 de voltooiing tot 1811

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1917 | | pagina 32