92 vallenmen kan die althans nog moeielijker dan de kruidenierswinkels aan duiden als instellingen of ondernemingen met besturen en ambtenaars. En door het niet meer vermelden der „partikulieren" wordt het bezwaar weggedoezeld, dat de papieren van partikulieren geene vaste organisatie hebben en dus den naam van archief niet verdienen. Het is inderdaad zéér handig; maar het schijnt mij niet aannemelijk. Want juist op de partikulieren komt het aantegen hen heb ik bezwaar, omdat de vrije wil van een partikulier geene vaste organisatie geeft aan zijn archief. Nu zouden de partikulieren niet genoemd, maar wel bedoeld worden. Ik wilde ze verwijderen; maar nu ze behouden worden, noeme men ze ook; ze te verstoppen baat niet en zou eerder aanleiding geven tot nieuw mis verstand. Nog eene opmerking ten slotte. De heer Fruin meent een paar maal te mogen verklaren, wat onze Handleiding „zeggen wil", zelfs wat zij „ergens bij denkt". Het is mij welmaar hij herinnere zich, dat ik 1 der Handleiding geschreven heb, en dat ik dus eenig recht meen te hebben te zeggen, wat deze waarvan de Handleiding uitgaat, eigenlijk bedoelt. Men kan natuurlijk besluiten, die te veranderenmaar zoolang dit niet geschied is, mag men hare beteekenis niet wijzigen. S. MULLER Fz. Ontwerp van wet tot regeling van het Archiefwezen. Wij Wilhelmina, bij de gratie Gods Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz., enz., enz. Allen, die deze zullen zien of hooren lezen, salutdoen te weten Alzoo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenschelijk is het Nederlandsche Archiefwezen te regelen bij de Wet, Zoo is het, dat Wij, den Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze Titel I. Algemeene bepalingen. Artikel 1. De in deze wet behandelde en naar de onderscheidene daarbij aan gewezen bewaarplaatsen overgebrachte archieven zijn, behoudens de beper kingen, welke bij de overbrenging mochten zijn gesteld, openbaar. Onder dezelfde beperkingen is een ieder bevoegd die archieven kos teloos te raadplegen en te zijnen koste daaruit afbeeldingen, afschriften of uittreksels te maken of te doen maken. 93 Een algemeene maatregel van bestuur regelt de bevoegdheid van de beheerders dier bewaarplaatsen, om in bijzondere gevallen van het hier- voren bepaalde af te wijken. Artikel 2. De archieven en andere bescheiden, welke krachtens overeenkomsten of ingevolge beschikkingen van particuliere instellingen of personen worden opgenomen in de in deze wet bedoelde archiefbewaarplaatsen, zijn onder worpen aan dezelfde bepalingen, als de daarin door het bevoegde open baar gezag geplaatste, behoudens de bijzondere voorwaarden, in die over eenkomsten vervat. Artikel 3. Een algemeene maatregel van bestuur stelt de eischen vast voor de benoembaarheid tot wetenschappelijk ambtenaar aan de in deze wet bedoelde archiefbewaarplaatsen Artikel 4. De beheerders der in deze wet bedoelde archiefbewaarplaatsen zijn bevoegd tot het opmaken en afgeven van afschriften van of met de over genomen gedeelten gelijkluidende uittreksels uit de aldaar bewaard wordende bescheiden. Wanneer een beheerder, als in het eerste lid van dit artikel is bedoeld, niet is een wetenschappelijk ambtenaar in den zin van artikel 3, moeten zulke door hem opgemaakte afschriften van of uittreksels uit bescheiden, dagteekenende van vóór 1700, om als een afschrift of uittreksel, bedoeld in het eerste lid van dit artikel, te kunnen gelden, voor „gezien" worden geteekend door den beheerder der archiefbewaarplaats in de hoofdplaats der provincie of een hem vervangend wetenschappelijk ambtenaar. Artikel 5. Een algemeene maatregel van bestuur stelt vast de gevallen, waarin, en de wijze, waarop archiefbescheiden, al of niet reeds in eenige bewaar plaats overgebracht, voor vernietiging in aanmerking kunnen komen. Titel II. Van de Rijks- en de Provinciale archieven. Artikel 6. Te 's Gravenhage is gevestigd de Algemeene Rijksarchiefbewaarplaats. In de hoofdplaats van elke provincie is eene Rijksarchiefbewaarplaats gevestigd. De Algemeene Rijksarchiefbewaarplaats te 's-Gravenhage kan tevens

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1917 | | pagina 2