op het onderwijs aan deze universiteit aan professoren en studenten het voor onderzoek en college noodige studiemateriaal op de minst kost bare wijze te verschaffen. De praktijk heeft de doelmatigheid van dezen maatregel ten volle bewezen. Er is een zoo druk gebruik gemaakt van het photographisch atelier, dat het gewenscht gebleken is eene lijst der negatieven bekend te maken, opdat ook buiten Utrecht wonende geleerden ten bate van hun onderwijs of voor eigen studiën afdrukken kunnen erlangen. De lijst is in vier afdeelingen verdeeld, waarvan de vierde 221 oorkonden bevat uit de jaren 166—1475, welke alle voor het Instituut voor Middeleeuwsche geschiedenis zijn vervaardigd of door deze instelling in depot gegeven. R oo m sch - K at h o 1 i ek e kerkelijke archieven. InDeKatho- liek van Maart 1917 geeft fr. D. van Adrichem O. F. M. eene samen vatting van hetgeen op blz. 34 vg. van den vorigen jaargang van ons orgaan over de kerkelijke archieven der Hervormden is medegedeeld, en vervolgt dan „In alle bescheidenheid stellen we de vraaghoe staat het met onze parochiale en andere oude kerkelijke archieven? Wordt daaraan de zorg besteed, die zij vereischen en verdienen Opwekking, geen beschuldiging, is het doel onzer vergelijking. Ten onzent bestaan bindende voorschriften, die de parochiale archieven moeten beveiligen; wij vreezen geen centrali satie van gezag, wanneer bij de kerkvisitatie soms een aanmerking gemaakt wordt op de bewaarplaats der archievenbij ons komt de zorg der archieven ten laste van pastoor en niet van kerkmeesters enz., die het nut van oude paperassen moeielijk snappen kunnen. Zelfs wordt bij den bouw van nieuwe kerken en pastorieën aan een brandvrijé, droge en luchtige kluis gedacht. Of daarom de toestand onzer oude kerkelijke archieven niets meer te wenschen laat? Een beperkte, doch treurige ervaring op dit punt verbiedt ons den toestand rooskleurig te noemen. Wordt deze toestand bestendigd, dan zullen binnen korte jaren vele, vooral kleinere, parochies al haar oude archieven door vochtigheid en schimmel verliezen, om van de gevallen, waarin de stukken voor goed zoek raken, maar niet te gewagen. Wie aan locale geschiedenis doet, ondervindt telkens, dat vroeger aan wezige en gebruikte archiefstukken nu spoorloos zijn verdwenen. Geen archivaris van het bisdom stelt voor zoover we konden nagaan zijn kunde en krachten beschikbaar tot behoud der kerkelijke archieven. Zelfs moet men zoeken en vragen, om de namen der archiva rissen van de bisdommen en van de religieuze Orden te leeren kennen. De laatste omstandigheid wijst er niet op, hoe verdienstelijk zij overigens wellicht werken in de aan hunne zorgen toevertrouwde schatten, dat hun werkzaamheid veel naar buiten treedt. Zoek maar eens naar gedrukte 81 inventarissen van kerkelijke archieven, hoe summier ook, wellicht worden uw geduld en speurzin op een harden proef gesteld. Altemaal bewijzen, dat onze oude kerkelijke archieven niet die belang stelling ondervinden, waarop zij recht hebben, èn om hun waarde voor de eigenaars, èn om hun beteekenis voor de kerkelijke geschiedenis van ons vaderland in het algemeen, van de parochie of religieuze Orde in het bijzonder. Nu er van verschillende kanten stemmen opgaan om te komen tot nieuwe uitgave van katholieke geschriften uit den Hervormingstijd en uit de Jansenistische periode, is het goed ook zijn aandacht te schenken aan de oude kerkelijke archieven. Zij roepen om conserveering en om syste matische exploitatie. Wie hier het juiste middel weet aan te geven, maakt zich buitengewoon verdienstelijk voor de geschiedenis der Kath. Kerk in Nederland en kan rekenen op de dankbaarheid van het nageslacht". De verzameling handschriften en charters van baron Van Spaen. In het Maandblad van het Genealogisch Heral disch genootschap „De Nederlandsche Leeuw", 1917, wijdt Jhr. mr. W. A. Beelaerts van Blokland eenige bladzijden aan deze ver zameling, welke in 1819 door het Rijk is aangekocht. De charters en losse zegels zijn destijds naar het Rijksarchief overgebracht, de handschriften naar het archief van den Hoogen Raad van Adel. De charters zijn sedert door nieuwe rangschikkingen meer en meer uiteengeraakt en met andere vermengd, totdat de tegenwoordige Algemeene rijksarchivaris eene poging ondernam om de collectie te reconstrueeren. Het voorloopig resultaat daarvan is neergelegd in bijlage II tot het Verslag over 1913. De heer Beelaerts betoogt nu, dat voor eene verdere reconstructie de handschriften collectie onschatbare gegevens bevat, en meent dat een wederopbouw van de archieven, waaruit baron Van Spaen geput heeft, kan worden beproefd. Le bibliographe moderne. Courrier international des archives et des bibliothèques, publié sous la direction de M. Henri Stein. Dix-huitième année. 19161917. JuilletOctobre. Paris, Auguste Picard. In de Chronique des archives wordt in dit tijdschrift 'de aandacht gevestigd op een artikel van de hand van den heer Le Cacheux, archi varis van het departement, in het Journal de la Manche van 8 Juli 1916, getiteld: Gardons nos archives. De schrijver wijst op het gevaar dat uit de behoefte aan papier voorkomt, dat men niet alleen oude kranten, maar ook archieven naar den papiermolen brengt. Verschillende gemeentebesturen hebben machtiging tot opruiming van oude archieven gevraagd. De regeering heeft herhaaldelijk vastgesteld, dat het toezicht van den departementalen archivaris daarbij noodig is. 80

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1917 | | pagina 21