88
van den Kerkeraad der N. H. Gemeente te Kralingen waren eenige
bescheiden, in hoofdzaak gedeponeerde stukken, uitgeschoten, die
wellicht voor het gemeentearchief van belang konden zijn. Na
onderzoek werden, met eenige andere stukken, o.a. het archief van
de afdeeling van het Nederlandsch Bijbelgenootschap, waartoe ook
Kralingen behoorde, loopende van 1816 tot 1872, overgenomen.
Aangekocht werd nog een aantal handschriften betreffende
den luit.-admiaaal Willem 't Hooft, 1752.
Schiedam. Bij de inventarisatie van het rechterlijk archief
bleek, dat enkele stukken indertijd door het Rijk ten onrechte waren
overgenomen. Deze werden aan de gemeente gerestitueerd.
De oude z.g. Burgerlijke-standsregisters van vóór 1811 werden
van de gemeente-secretarie naar het archiefgebouw overgebracht.
Utrecht. Regenten van het Krankzinnigengesticht richtten tot
het Gemeentebestuur het verzoek, om hun oud-archief, waarvoor zij
geen behoorlijke berging bezaten, in het gemeentelijk depót te mogen
plaatsen. Op dit verzoek werd toestemmend beschikt.
Overgenomen werd verder het archief van den van 1866—1890'
te Utrecht gevestigden Koninklijken Nederlandschen Weerbaarheids-
bond, dat na ordening en beschrijving echter naar het nieuw-archief
der gemeente werd overgebracht, waar het bewaard zal worden.
Vlissingen. Ten geschenke werd ontvangen een „Privilegie-
boek der stad Vlissingen" in handschrift van het einde der 17de
eeuw, bijgehouden tot het einde der 18de eeuw.
Verliezen.
's-H e r t oge n b osch. Aan den Rijksarchivaris in Noord-Brabant
werd een groot aantal rechterlijke bescheiden overgedragen.
Ti el. Het geheele oud-archief werd aan den Rijksarchivaris in
Gelderland ter bewaring overgedragen.
Vlaardingen. Pogingen om het door den Algemeenen Rijks
archivaris ter plaatsing in het Rijksdepöt opgevraagde deel van het
in het gemeente-archief berustende archief van het College van de
Groote Visscherij te behouden, mochten niet baten. De opzending
van gemeld archief had daarop plaats.
Ook in 1915 werd, om een van de voornaamste punten nog
eens te releveeren, in meer dan één gemeente de bewaring
der archieven belangrijk verbeterd. In Deventer en Maastricht kregen
zij nieuwe huisvesting, in laatstgemelde gemeente zelfs een eigen
gebouw, dat men leze het in juichtoon geschreven verslag van
den archivaris een ware modelinrichting moet zijn. In Dordrecht
89
vordert de bouw van het nieuwe archiefgebouw in die mate, dat de
gemeenteverzamelingen in 1916 daarheen kunnen worden overgebracht.
Elders blijft de toestand echter bij het oude en afkeurenswaardige,
met name te Vlaardingen. Merkwaardig is ten slotte, dat reeds in
twee moderne archiefgebouwen gebrek aan bergruimte ontstaan is,
te Leiden en te Rotterdam.
H. P. COSTER.
Boekbespreking.
J. A. J. Vermaat Jr. Registratuur-stelsel. Delft. (1915.)
A. Boooerman. Het zoogenaamde Decimale stelsel van archief
ordening. (Weekblad v. d. Nederl. Bond v. gemeente-ambtenaren. 1916.)
De heer Vermaat heeft met het schrijven van zijn boekje een goed
werk verricht. Hij heeft daarin het door hem, als ambtenaar bij de
Pensioenraden, in praktijk gebrachte systeem van ordening van het archief in
alle bijzonderheden beschreven. Dit is nuttig en praktischwant het spreekt
van zelf, dat de heer Vermaat, zelf geruimen tijd in de praktijk werkzaam,
de regeling in bijzonderheden kent; bovendien heeft hij allerlei kleine
praktische maatregelen, die het gebruik van het stelsel vergemakkelijken,
uitgevonden of te pas gebracht. Ieder, die een uitgebreid administratief
archief op deze wijze wil ordenen en beschrijven, kan zich hier dus uit
nemend orienteeren. Ik neem gaarne de gelegenheid, die zich aanbiedt,
te baat, om het boek en het daarin aangeprezen stelsel kortelijk te be
spreken. Ik zal mij daarbij echter niet bezighouden met het vele, dat de
heer Vermaat mededeelt over het meubilair van het archief, het materieel
enz. enz.ook over de details van het maken van klappers, het nummeren
en dergelijke questies, die de toepassing en uitvoering van het stelsel be
treffen, zal ik niet handelen. Het is zeer nuttig voor de belanghebbenden,
dat de heer V. dit alles eens nauwkeurig heeft uiteengezet; maar het is
toch, zooals de heer Van Taack Trakranen, die een voorwoord voor het
boekje geschreven heeft, opmerkt,, „in zekeren zin bijzaak"; hoofdzaak is
de organisatie, de rangschikking van het archief en het daarbij gevolgde
systeem.
De heer Vermaat haalt de zaak hoog op. Hij verhaalt (en hij doet
daaraan zeer wel; want ik denk, dat dit alles voor menigeen even nieuw
is als voor mij), dat de tegenwoordig gebruikelijke behandeling van de
nieuwe archieven is vastgesteld bij K. B. van 4 September 1823, op voor
stel van eene bij K. B. van 1 Augustus 1818 benoemde Staatscommissie.
Door dit K. B. werd vastgesteld, dat er bij de Ministeries zou zijn
1 algemeene agenda, 1 algemeen bureau van expeditie en 1 algemeen
archief, waar ook de algemeene index vervaardigd zou worden. De rang-
N