a 54 kerken, eene methode, die ook in West-Europa niet onbekend is geweest, maar in Rusland bijzondere aanbeveling verdiende wegens het grootere brandgevaar, dat de vrij algemeen uit hout opgetrokken huizen moesten opleveren. Voor zeer belangrijke stukken is deze wijze van bewaring nog lang in gebruik gebleveno.a. is zoo gehandeld door Keizer Alexander 1 met de stukken betreffende zijne opvolging. Toch blijkt reeds in de zestiende eeuw een grootvorstelijk archief te hebben bestaan, hoewel deze naam dan nog niet voorkomt Drie inventarissen, waarvan de oudste is samengesteld door Viskovatov, een hoog ambtenaar uit den tijd van Ivan den Verschrikkelijke, veroorloven ons na te gaan, wat toen in 231 laden, kasten, kisten en doozen werd bewaard. De genoemde vorst heeft nieuwe administratiën ingesteld, waarvan het getal in de zeventiende eeuw tot 42 steeg, en deze hadden natuurlijk hun eigen archief; maar dat van de gezantschapskamer kreeg een gedeelte van de anderen over en werd zoo het voornaamste Russische archief. Ook uit de zeventiende eeuw bezitten wij daarvan een inventaris, welke vervaardigd is onder den Westersch beschaafden Matvëev. Onder Peter den Oroote is in 1711 de dirigeerende senaat opge richt en eenige jaren later een aantal colleges, welke voor een gedeelte als ministeries nu nog bestaan. De archivalia, welke in de vertrekken en kelders en op de zolders der oude 42 bestuurslichamen lagen, zijn in dien tijd overgebracht naar het centrale archief, een naam, die dan voor het eerst verschijnt evenals de titel van archivarius. Omtrent latere hervor mingen zal eene opmerking gemaakt worden bij de beschouwing van de tegenwoordige archieven. 1. Moskousch archief van het ministerie van Buitenlandsche Zaken. De kern hiervan is het archief van de gezantschapskamer. Omdat aan het ministerie van Buitenlandsche Zaken te Sint-Petersburg de vorming van een eigen archief noodig bleek, daar de eischen van den dienst de opzending van de akten uit den nieuweren tijd naar Moskou verboden, is tusschen 1830 en 1834 eene nieuwe be waarplaats ontstaan en bij die gelegenheid het jaar 1801 aangewezen als de grens tusschen den inhoud der archieven in de oude en de nieuwe hoofdstad. Tot dit jaar is men gekomen doordat in 1802 moderne ministeries zijn gevormd. De stukken in het Moskousche depot worden dan onderscheiden in een diplomatisch en een niet-diplomatisch gedeelte, Paul Karge (archivaris aan het staatsarchief te Koningsbergen), Das Rus sische Archivwesen, in het Zeitschrift für Osteuropaïsche Geschichte, Ibl. 225, 321. Een uittreksel van deze verhandeling is door hem voorgedragen op den archiefdag te Posen in 1910; zie dit stuk in het Korrespon- denzblatt des Gesamtvereins der Deutschen Geschichts- und Altertumsvereine, 1910, kol. 556 vg. 55 welke weer chronologisch onderverdeeld zijn. Het diplomatische archief bestaat uit twee afdeelingen, de Europeesche en de Aziatische; voorts is de stof naar de daarin behandelde staten en steden alphabetisch gerang schikt in de Europeesche groep vindt men b.v. eene serie Holland, beginnende met 1614. In de niet-diplomatische afdeeling bevinden zich o.a. stukken betreffende het keizerlijke huis, oorkonden uit den tijd der grootvorstendommen, alle akten van de oude gezantschapskamer, welke betrekking hebben op het binnenlandsch bestuur, en sedert 1828 een deel van de Poolsche en Litausche archiefschatten. Aan dit archief zijn voorts eene belangrijke handschriftenverzameling en eene rijke bibliotheek verbonden. Als directeuren van deze gewichtige instelling hebben zich onderscheidenin de achttiende eeuw O. F. Müller en N. N. Bantys-Kamenskij, in de negentiende o.a. F. A. Bühler, onder wiens bestuur het archief in 1874 een passend verblijf ontving. Hier heeft Prof. dr. C. C. Uhlenbeck drie maanden lang onderzoek gedaan naar archieven ten bate der Nederlandsche geschiedenis voornamelijk uit den tijd vóór 1725; hier is de stof geput voor tal van publicatiën in Rusland en elders. 2. St. Petersburgsch archief van het ministerie van buitenlandsche zaken, bevattende stukken sedert 1801. Hiermede is sedert 1865 vereenigd het zoogenaamde Rijks- of Staatsarchief, waarin zeer belangrijke oudere stukken berusten; dit was in 1809 opgericht als bewaarplaats van documenten, welke elders zich moeilijk lieten inpassen, en had in 1829 de bescheiden ontvangen van het toen opgeheven college van Buitenlandsche Zaken, ook voor en na documenten, welke in keizerlijke paleizen waren gevonden, stukken uit het door Katharina II opgerichte staatsarchief van oude akten, uit de archieven van den senaat, de vroegere geheime kanselarij, het militair-topographisch depot. Ook uit deze bewaar plaats hebben tal van geleerden geput. 3. Moskousch archief van het ministerie van Justitie, de hoofdbron voor de kennis van het oude binnenlandsch bestuur, het recht van eigendom op grond en het rechtswezen. Een onderdeel van dit archief is het in 1782 door Katharina 11 opgerichte staatsarchief voor oude akten, waar na de organisatie der veertig gouvernementen de akten van de oude rechterlijke colleges zouden worden bewaard. In 1812 hebben deze verzamelingen veel geleden. In het midden van de vorige eeuw zijn zij gereorganiseerd door den nieuwen directeur Ivanov. Hier is post varios casus in 1887 een gedeelte van de Poolsch-Litausche archieven aangeland. i) Zie zijn Verslag, 's-Gravenhage, Mart. Nijhoff, 1891.

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1916 | | pagina 33