'mm. 1st! m 'ïi H i ..m 42 de hoofdtrap zoodanig is gedisponeerd, dat de vroeger genoemde verbin dingsgangen op elke verdieping bereikbaar zijn. Ter weerszijden van den hoofdingang liggen de wachtkamer en de portiersloge, in welke laatste de centrale bediening der huistelefoon-installatie plaats heeft. De rechtervleugel van de beganegrond-verdieping wordt geheel ingenomen door de bibliotheek; in den linker bevinden zich de bodenkamer, de binderij, de rijwielen bergplaats, een tweetal bureaux, de lift en de W. C.'s. Op de eerste verdieping is de linkervleugel geheel voor den bureau- dienst bestemd. Hier bevindt zich ook de werkkamer van den Algemeenen Rijksarchivaris, waaraan eene wachtkamer grenst. De rechtervleugel wordt ingenomen door de leeszaal voor het publiek. Het boven de vestibule liggende vertrek, vroeger tentoonstellingslokaal, is thans eveneens voor den bureaudienst bestemd. Verder is uitteraard ook op deze verdieping de lift bereikbaar en zijn de noodige gemakken aanwezig. De eigenlijke leeszaal is van de gang gescheiden door eene ruimte welke links toegang geeft tot de vestiaire en toilets voor het publiek' rechts tot een vertrek voor de controleerende ambtenaren, die door een glaswand het gezicht op de zaal hebben. Deze laatste bevat 5 leestafels elk voor 4 bezoekers, benevens een tafel voor het verrichten van teeken- werk. Hier is ook opgesteld de brandkast, welke de in duplo aanwezige akte van den Vrede van Munster bevat. Door eene vernuftige constructie, bedacht door den machinist van het Archief, kunnen de stukken, zonder hunne veilige bergplaats geheel te verlaten en zonder te kunnen worden aangeraakt, onder de oogen van den belangstellende worden gebracht. Op de tweede verdieping herhaalt zich ter linkerzijde en in het mid den de indeeling der eerste; aan de rechterzijde bevindt zich een viertal bureaulokalen en eene bibliotheek. Voorts heeft de linkervleugel met de middenpartij nog een derde verdieping, wederom gelijk aan de beide voorgaande. Het rechter gedeelte blijft hier als zolder liggen. Het hoogst opgaande (midden)gedeelte van het gebouw heeft eindelijk nog een vertrek, dat is ingericht als fotografisch atelier. Ofschoon het beginsel van brandvrijheid niet zóó volstrekt is door gevoerd als bij het Dépot, is de keuze der bouwstoffen daarop toch ook bij de samenstelling van het Dienstgebouw gericht geweest. Alle vloeren der lokalen zijn in eiken parquet hydrofuge gelegd op troggewelven; vestibule en gangen zijn met kruisgewelven overhuifd en van tegelvloeren in geometrisch dessin voorziende trappen zijn van hard steen, gedeeltelijk gedekt met rubber. Voor de kapconstructie is getrokken ijzer gebezigd, de dakbebording is gemaakt van gewapend beton en gedekt met leien. Voor de timmerwerken (ramen en deuren) is uitsluitend gebruik gemaakt van teakhout. Behangwerk is nergens toegepast. SSiflHfllli. 'V- TTT V- sWWNNJCs - mfli Hfrj' i iiSS IBlii' UI V-. ir \\v .55 \v - o vs. IV®" A Mj?> i\ O D. OU Q bi p "du 'd. r—1 *3 c j- au CU b/) CO c c aS au b/) e CU O co T3 "au blo ja c n a. au a 'tj au c au bjo au c "co a c au 'n O ca J- au -a c au LU

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1914 | | pagina 9