Het oud-archief van Steenwijk. In de vergadering van den
raad van Steenwijk van 12 Mei 1914 deelde de Voorzitter mede, dat van
den Algemeenen rijksarchivaris, prof. R. Fruin, een schrijven is ingekomen,
waarbij deze aanbiedt de archivalia der gemeente van vóór 1813 geheel
gratis te ordenen. B. en W. hebben dit belangelooze aanbod met groote
dankbaarheid aanvaard.
De heer Van Gilse vroeg, of de bewaring van het archief, zooals
die thans geschiedt, wel veilig genoeg is. Spr. meende deze vraag ont
kennend te moeten beantwoorden. Hij zou daarom willen voorstellen,
zoolang hier een veilige bewaarplaats ontbreekt, het archief in bruikleen
aan het Rijk af te staan.
De Voorzitter had met een ambtenaar van het Algemeen rijksarchief
gesproken over de bewaring van de archivalia. Met groote bereidwilligheid
heeft deze ambtenaar de toezegging gedaan, een kostenopgaaf van voor
veilige bewaring geschikte archiefkasten te zullen zenden. Spr. zou het
jammer vinden, als het interessante archief buiten de gemeente zou worden
bewaard.
De heeren Veen en Aberson vonden het ook beter, dat het ai chief
hier ter plaatse wordt bewaard.
's Voorzitters mededeeling werd hierna voor kennisgeving aangenomen.
(Prov. Ov. en Zw. C. 14 Mei 1914.)
Orgaan van de VEREENIGING VAN ARCHIVARISSEN in Nederland.
1914/1915.
No. 2»
Het Nederlandsch Economisch-Historisch Archief.
Vele leden onzer vereeniging zullen, vermoed ik, vreemd hebben
opgekeken, toen onze voorzitter op de jaarvergadering te Breda aan het
slot van zijne openings-toespraak een pleidooi hield voor het goed recht
van het eenigen tijd geleden opgerichte Nederlandsch Economisch-Histo
risch Archief.
Een gebeurtenis van belang in de archiefwereld, noemde hij deze
oprichting.
Hij vergat daarbij echter, dat aan deze belangrijke gebeurtenis onze
vereeniging, die nu bijna een kwarteeuw lang de belangen van het Neder-
landsche archiefwezen behartigt, part noch deel heeft en de leden dus, voor
zoover zij niet toevallig een hier en daar verdwaald dagbladartikeltje onder
de oogen gehad hadden, van de heele zaak niets afwisten en niets konden
afweten.
Niets konden afweten, is wellicht wat sterk. Want ook in ons eigen
orgaan verscheen in den afgeloopen jaargang een kleinere bijdrage over
handelsarchieven, waarin de schrijver met een enkelen zin de oprichting
van bedoeld archief vermeldde, aangevuld in een noot van den redacteur
met een mededeeling over de plaats van vestiging.
Doch zelfs indien onze leden deze nu juist niet zeer in het oog
loopende passage gelezen hadden, wat wisten zij van het doel der nieuwe
vereeniging, wat van de statuten? Konden zij bekend zijn met de namen
28
Bijdragen voor dit tijdschrift te zenden aan Dr. K. HEERINGA te Middelburg.
De abonnementsprijs van het Ned. Archievenblad bedraagt per jaargang ƒ4.50; voor het buitenland 5.25.
De jaargang loopt van Sept. Aug.
Goedgekeurd bij Kon. besl. van 29 Sept. 1891.